hw& (jira (did katers b. van Mokum
H et zweet gutst van mijn voorhoofd als ik het bloedhete Bulgaarse computerhok binnenstap. In de hoop
wat Ajax-nieuws te kunnen checken, gooi ik een aantal Üostblokmuntjes in een betaal-pc waarna het apparaat
begint te trillen en te roken. Direct grijp ik de brandblusser die naast de receptie in de hotellobby hangt. Voor
niets zo blijkt, "les normal, det heppens all the taim", weet een medewerker van het hotel waarin ik verblijf me
te vertellen. Ik trek ter plekke een lauw blikje Kamenitza bier open, loop terug naar de computer, negeer de
rook en ga zitten met een gevoel van: 'ach, fuck it. Als Suarez maar blijft'.
Uiteindelijk lukt het me om via een trage Firefoxverbinding Ajax.tv te bereiken. Het eerste filmpje dat ik open
- in het kamertje waarin de temperatuur zeker boven de vijfendertig graden moet zijn geweest, verbaast me,
maar verrast me tevens in positieve zin. Mijn katerende ogen merken namelijk de aanvoerdersband om de
arm van Luis Suarez op, blijvend, zo wordt er in het filmpje gezegd. Martin Jol begrijpt het.
Normaliter volg ik overigens geen nieuws als ik op vakantie ben, maar wanneer transfergeruchten toenemen
en de competitie achterlijk vroeg begint, neemt mijn nieuwsgierigheid gestaag toe. Zelfs een Bulgaarse
computerkeet, dat er in mijn optiek uitzag als de ultieme kweekvijver voor een nieuwe agressieve griepsoort,
kan die drang naar het wit-rood-wit niet stillen.
Dus geen Stekelenburg, Vertonghen, De Zeeuw of Wielaert, maar onze frivole aanvaller uit Uruguay draagt
dit voetbaljaar de Amsterdamse Andreaskruisen in bandvorm om de bovenarm. Wat mij betreft een goede
zet van Jol, die ik sowieso een uitstekende indruk vind maken in de pers, maar ook langs de krijtlijn. Iemand
als Suarez moetje een beetje pleasen, aaien en complimentjes geven. Dat wat Van Basten niet kon. En
eerlijk is eerlijk. Luis is een kaartenpakker en zo'n aanvoerdersband geeft een speler toch iets meer krediet
bij scheidsrechters. Niet onbelangrijk. Over derde sterren en kampioenschappen ga ik me niet uitlaten.
Zeker niet vanuit een dampend computerhok in een Oostblokland. Ik wil die gasten gewoon weer goed zien
voetballen en vooral zien werken voor elkaar. Als team opereren. Lang geleden dat ik dat bij Ajax gezien heb.
Als dat gebeurt dan zijn prijzen een kwestie van tijd.
Een paar dagen later besluit ik opnieuw het computerhok binnen te stappen. Opnieuw gaan de Bulgaarse
Leva's (de plaatselijke valuta] de machine in, het kreng begint wederom te roken, maar ditmaal laat ik
de blusser gewoon hangen. Enkele minuten later spring ik met een lach van oor tot oor het nabijgelegen
zwembad in. Want ik vond Demy de Zeeuw altijd al goed, en hij komt naar Amsterdam. Wat een topmanier
om uit te brakken. Doe mij nog maar zo'n Bulgaarse kater. Proost!
Pagina 29 De Meersche Helden 2G09