Zeytinburnuspor Bij aankomst was de temperatuur al aangenaam, vandaag is het 27 graden. Tot het vertrek naar het vliegveld is er nog tijd voor één stadionbezoek. De Rough Guide belooft ons een stadion van Albanese allure in één van de armste wijken van Istanbul. Uiteindelijk valt dit wel mee. We hebben er dan wel weer een prachtige speurtocht opzitten. Nadat we uit de 'sneltram' zijn gestapt vragen we een toevallige passant naar de weg. Hij is niet te beroerd ons naar de standplaats van de taxibusjes te brengen en de chauffeur uit te leggen waar we naar toe willen. Hij hoeft geen geld en bedankt zijn Amsterdamse vrienden dat hij heeft mogen helpen. Zullen we ooit hoogte krijgen van dit volk? De rit met het busje is een avontuur op zich. We mogen voorin zitten en dat betekent dat we voortdurend het geld van medepassa giers moeten doorgeven om vervolgens het wisselgeld te retourneren. Het verkeer is hier zo mogelijk een nog grotere chaos dan in het centrum en regelmatig zien we acties die in Amsterdam tot een orkaan van zinloos geweld zouden leiden. Een auto schiet spookrijdend vlak voor ons busje langs en parkeert zonder boe of bah in één keer in een minimaal gaatje. Hier gaat iedereen in zo'n geval rustig door met toeteren zonder dat iemand een spier vertrekt. In het stadion van Zeytinburnuspor wacht ons de zoveelste verrassing. We worden welkom geheten door de president en mogen hem allemaal de hand schudden. Hij is in een goede bui en we mogen foto's nemen in het stadion. Omdat hij geen Engels spreekt blijft het contact helaas beperkt. Als we zeggen dat we uit Amsterdam komen en Ajax onze club is, weet een van zijn compagnons, duidelijk de leukste van het stel, nog te melden dat hij voor feyenoord is. Hij tovert een vertederend "Wiem van Hannenkem" uit zijn mond. Na een rondje over het veld, dat er verrassend goed bij ligt, zeker in verhouding tot de tribune die wel een likkie verf kan gebruiken, keren we terug naar het hotel. Onderweg slagen we erin bij cafetaria Ali Baba een heerlijke döner kebab te bestellen zonder te worden afgezet. De conclusie dat we in drie dagen redelijk zijn ingeburgerd lijkt gerecht vaardigd. Alleen hadden we buiten het veel te vriendelijke personeel van het hotel gerekend. Alsof we inmiddels nog niet achterdochtig genoeg waren, doen zij ook nog een duit in het zakje. De leren jas en creditcard zijn uit de veilig opgeborgen tas van een van de redacteuren gestolen. Een vette domper op een verder zeer geslaagd weekend. De laatste verrassing zijn de stewardessen van Air Holland. Deze dames zijn wel zo oer- Hollands, dat je je afvraagt waar ze vandaan komen. Waarschijnlijk uit het Openluchtmuseum want dergelijke types (blond met een stevige kont, al blijft een dergelijke beschrijving onvolle dig) zie je tegenwoordig nergens meer. Conclusie Istanbul staat als voetbalstad op eenzame hoogte in Europa. De combinatie van het grote aantal clubs en de manier waarop voetbal geleefd wordt is alleen vergelijkbaar met Londen. Het liefst zouden we morgen weer afreizen. We kunnen iedereen aanraden Istanbul te bezoeken, maar laat wel permanent je voelsprieten speuren naar alles wat naar bedrog en oplichting riekt. Ga lekker voetbal kijken en vermijdt de toeristische attracties, dan wordt er ook niet de hele dag aan je kop gezeurd. Want dat is wel de les die we hebben geleerd: niemand in Istanbul is te vertrouwen, behalve mensen die niets met de toeristenindustrie te maken hebben en voetbalsupporters, maar dat laatste spreekt voor zich. Zeytinburnuspor hoofdtribune

AJAX ARCHIEF

Fanzine De Ajax Ster (1996-2001) | 2001 | | pagina 35