zich op een veilige, althans dat dacht hij, plek op om op zijn gemak het supportersgebeuren te aanschouwen. En hij werd op zijn wenken bediend. Net op het moment dat het geweld wel heel erg dicht bij hem in de buurt kwam en hij zich voorzichtig wilde terugtrekken, werd hij door een kleine gedrongen supporter van achteren op zijn rug gesprongen. Doordat hij dit niet had zien aankomen knalde hij tegen de grond en ging het door hem heen dat dit wel eens zijn laatste wedstrijdbezoek kon zijn geweest. Met de moed der wanhoop draaide hij zich om en keek hij in het lachende gezicht van Arjan! Arjan (links) mei twee maten, op de terugweg vanuit duitsland. Ondanks dat Arjan zich bij supportersaangelegenheden zelden afzijdig hield, heeft hij hierbij nooit enige verwondingen opgelopen. Toch is het een keer met hem misgegaan. Tijdens het kampioensfeest in 1998 op het braakliggende terrein van De Meer trok hij zo hard aan een fakkel om deze te doen ontbranden, dat hij gelijk de bovenkant (dus de kant waar het vuur uitkomt) in zijn hand had. Een zwartgeblakerde hand was het gevolg en het kampioensfeest was hiermee gelijk voor hem voorbij! Arjen heeft in zijn supportersleven al heel wat uitgehaald. Doordat hij altijd wel zijn mannetje stond kon hem niet al te veel gebeuren. Toch is het een keertje misgegaan. Dat was bij Volendam-Den Haag. Een nauwkeurig geselecteerd groepje Ajacieden, onder wie Arjan, besloot dat Den Haag maar eens moest worden 'aangepakt'. Met z'n twaalven liepen ze door Volendam, op zoek naar een ongeveer evengrote groep Hagenezen. Het zat ze echter niet mee. Iedere keer kwamen ze groepen van een man of 50 tegen, en dat was toch wel wat teveel van het goede. Op een gegeven moment hadden ze echter mazzel. Een groepje van ongeveer zestien Den Haag-supporters liep een auto aan te duwen. Zonder na te denken stormden de Ajacieden eropaf. De overrompelde Hagenezen werden finaal weggeslagen. Wat de Ajacieden echter over het hoofd hadden gezien was een groep van zo'n 200 Hagenaars die zich net om de hoek stond te verpozen en die aan één blik op het strijdgewoel genoeg had om te weten wat ze moesten doen. En toen was het de beurt aan de Ajacieden om de klappen op te vangen. Na een korte slachtpartij kozen de Ajax-supporters de meest verstandige oplossing, zetten het op een lopen en wisten de Hagenezen van zich af te schudden. Die laatsten bleven die middag echter Ajaciedje-zoeken, waardoor er voor Arjan en zijn maten niets anders opzat dan hun auto's in Volendam te laten staan en als een dief in de nacht met de bus het palingdorp te verlaten. Op een keer gingen Arjan en Joark met z'n tweeën 'vooruit' naar Sparta-Ajax. Toen ze rotterdam CS uitliepen stond er een ontvangstcomité van zo'n dertig feyenoorders te wachten. Alsof ze 't konden ruiken liepen ze gelijk op de twee vooruitgereisde Ajacieden af. Joark, die ze het eerst zag aankomen, siste naar Arjan "naar de fietsenstalling". Gelukkig wist Arjan direct wat Joark bedoelde en alsof het een dagelijkse gewoonte was liepen beiden op hun dooie akkertje naar de onbewaakte fietsenstalling, op hun hielen gezeten door kwijlende en een makkelijke prooi vermoedende rotterdammers. Om de één of andere reden was Joark nogal bedreven in het zonder een sleuteltje openen van een fietsslot. Met een kennersblik overzag hij een rij fietsen en liep zonder aarzeling naar een bepaald exemplaar toe. In één vloeiende beweging opende hij het slot en stapte op, waarna Arjan achterop sprong. Met een doodserieus gezicht reden ze langs de verbouwereerde feyenoorders, die er werkelijk niets van begrepen. Waren die naar Joden ruikende mannen dan toch rotterdammers? Toen de fiets voldoende snelheid had konden de beide Ajacieden het uiteraard niet laten om een luidkeels "AJAXI!" te schreeuwen. De achtervolging die de rotterdammers toen inzetten kwam te laat; Joark en Arjan waren niet meer in te halen. Op Spangen aangekomen gingen de beide Ajacieden maar eerst eens hun dorst lessen. Om van de nood een deugd te maken probeerden ze tegelijk hun fiets aan de kastelein te verkopen, die vol verbazing uitriep "zain jullie helemaal uit Amsterdam komen fietsen dan?". Omdat de kastelein geen fiets nodig had en ze er toch nog wel een goede bestemming aan wilden geven, hebben ze het vehikel uiteindelijk maaronder een ME-busje neergelegd. 18

AJAX ARCHIEF

Fanzine De Ajax Ster (1996-2001) | 1999 | | pagina 18