Winnen zonder te verliezen iiTJiin uiiir Feyenoord-fljax Til at zoekt iemand die i M van 1948 tot 1975 in Amsterdam woonde ei genlijk bij Feyenoord? De verkla ring is simpel. Ik woonde in Oud Zuid, niet ver van het Olympisch Stadion. Iedere zon dag ging ik braaf naar DWS of Blauw-Wit, op de jongenstribu ne, voor een kwartje, inclusief vermakelijkheidsbelasting. Dat had wel wat. Ik herinner me de eerste wedstrijd die ik bezocht: DWS-Feyenoord, uitslag 0-5. Ik wist nog niet zoveel van voetbal, ik had nog geen eigen club. Maar toen ik die wedstrijd zag (en onder de indruk raakte van Coen Moulijn), wist ik het wel: Feyenoord was mijn club. Dat kwam ook wel goed uit, want daarmee kon ik me op school lekker afzetten tegen al die idio ten uit Oost die als vanzelfspre kend voor Ajax waren. Dat Ajax de onderlinge confrontaties te gen Feyenoord meestal won, kon de pret niet drukken. Als je voor een club bent, blijf je die ook trouw, al verliezen ze van Ut Arad (1970), van BW (1988, en ik meen ook al in 1958), van Excelsior (1998), of zelfs van Ajax (1957-1997, 36 keer). Talloze malen zag ik Feyenoord in De Meer hopeloos ten onder gaan. Dat deed pijn, maar ik bleef de club trouw. In novem ber 1964 had ik een kaartje we ten te bemachtigen voor Feye- noord-Ajax. Hoera, de eerste keer de landelijke topper mee maken in die grandioze sfeer in De Kuip! Helaas, ik moest die dag per se aanwezig zijn bij een feest in Amsterdam en ik had geen andere keus dan mijn kaartje door te verkopen. Feye noord won de wedstrijd met 9-4. Dat deed pijn. Medestanders we zen mij erop dat Feyenoord al leen maar van Ajax kon winnen als ik er niet bij was, en dus leg de ik mezelf een soort stadion verbod op voor elk treffen tus sen de twee topclubs. Maar ja, de geschiedenis laat niet met zich sollen: ondanks mijn structurele afwezigheid verloor Feyenoord eigenlijk toch steeds van Ajax, dus het had kennelijk geen zin om er niet heen te gaan. Vorige maand besloot ik de ban te breken. Een van mijn leerlin gen in Eindhoven, een gruwelij ke PSV-fan, meende mij een ple zier te doen en regelde voor mij een kaartje voor het bekerduel PSV-Feyenoord, de vlerk. Laat ik maar zeggen dat het PSV-sta- dion er mooi uit ziet. Nette wc's, verwarmde tribunes en een slechte geluidsinstallatie. Keurig publiek, net schouw burgpubliek. Gelukkig waren er nog zo'n 1200 Feyenoordsuppor- ters die voor wat sfeer zorgden. Ik zag Cruz ploeteren en sjou wen en niks klaar krijgen tegen Jaap Stam. Ik wist dat hij over de rooie zou gaan. Ik kreeg ge lijk. Ik zag Feyenoord erger ver liezen dan ik ooit zelf had mee gemaakt. Ik zon op wraak. Ik zou die gloeilamp wel eens la ten zien wat echte sfeer was, in een echt stadion, met een echte topwedstrijd. En dus kocht ik twee kaartjes Feyenoord-Ajax en nodigde die Eindhovense Phoo- ligan uit met mij mee te gaan. En wat een sfeer weer daar in de Kuip. Zelfs het bericht vooraf dat Coen Moulijn hersteld thuis zit, brengt 43.000 mensen in vervoering. Wel wat kaal achter dat doel nou die gasten er niet zijn. Minstens even striemend als de felle hagelbuien zijn de onophoudelijke fluitconcerten voor de kleine Witschge. Zoals er voor de Feyenoorders ook maar één echte Koeman is, is er ook maar één echte Witschge. Pas vlak voor het einde lijkt hij zich iets van die bejegening aan te trekken. Ik denk dat bij dat opstootje Jol de grote winnaar is: hij geeft noch aan Witschge, noch aan Van Gastel een kaart. Dan voel je een wedstrijd, de sfeer, de voorgeschiedenis puik aan. Eén helft voor Feyenoord, één voor Ajax. Feyenoord de meeste kansen, Ajax het doel punt. Het blijft toch maar on eerlijk verdeeld in de wereld. Wat dat betreft maakt Van Bronckhorst mijn verhaal wel moeilijker, door in de laatste minuut die verdiende gelijkma ker er niet gewoon in te tikken. Wat zoekt een Feyenoordfan ei genlijk in de Ajacied? De verkla ring is simpel. Het gaat er niet om dat Ajax door de jaren heen het mooiste voetbal van Neder land speelt (maar het is wel waar). Het gaat er niet om dat ik grote bewondering heb voor spelers als Litmanen of Dani (maar die heb ik wel). Je bent niet voor een club omdat die al tijd wint, maar omdat het jouw club is. Punt uit. Zo kun je ook fan zijn van RKC, Volendam of zelfs van Helmond Sport. Maar Ajacieden en Feyenoorders, dat is een verhaal apart. Dat is zoiets als West- en Oost-Duit sers, als Vlamingen en Walen - elkaar eeuwig in de haren vlie gen, om niets. Misschien om je groepsgevoel te bevestigen (AIO) of om je energie een beetje kwijt te kunnen (Beverwijk). Maar met voetbal heeft het niets te maken. Iedereen spreekt er terecht schande van, en het overgrote deel van de Ajax- en Feyenoordsupporters moet er niets van hebben. Jullie, van Ajax, en wij, van Feyenoord, staan voor hetzelfde: een club waar je je met hart en ziel aan geeft, die je aanmoedigt en die je wilt zien winnen. Is daar iets mis mee? Natuurlijk vind ik het "leuk" als Ajax verliest, maar ik vind het leuker als Feyenoord wint. En om je als Ajacied lek ker te voelen hoefje je helemaal niet met verbaal of fysiek ge weld af te zetten tegen bijvoor beeld Feyenoord. Jullie kracht ligt in je eigen club. Ajax wordt weer eens kampioen (gefelici teerd alvast). Jullie gaan weer de Champions League in. Niet weer tegen Spartak Moskou a.u.b., dat schiet niet op. Probeer Ju- ventus nog eens, zou ik zeggen. Heerlijk om daarvan te winnen, heb ik in november gemerkt. En gemiddeld tweemaal per jaar maken wij onderling wel sportief uit hoe de verhoudin gen liggen, op die geweldige grasmat van een sfeervolle Rot terdamse Kuip, of op die veelbe sproken mat van jullie eigen Amsterdamse Badkuipje. Dan kunnen we iets winnen zonder iets te verliezen. Door Nard Loonen 5

AJAX ARCHIEF

Clubblad De Ajacied (1997-2009) | 1998 | | pagina 7