te het 'tiktak-voetbal' van Ajax, de één-tweetjes, spelers met overzicht en creativiteit". ANDERLECHT Uiteindelijk kwam Bosman, via Eindhoven, toch bij Anderlecht terecht waar hij zijn hart kon gaan ophalen. "Ik heb altijd een zwak gehad voor die club. In '86 ben ik al eens benaderd door An derlecht. Ik had van Ajax een hele lage aanbie ding gekregen en had bijna voor Anderlecht ge tekend, maar in mijn hart had ik het gevoel nog niet klaar te zijn. Ik wilde het liefst bij Ajax blij ven en heb ook bijgetekend nadat ik een iets verbeterde aanbieding had gekregen. Bartels, die toen nog penningmeester was, zei dat Ajax dacht dat-iknietzoverwas. Toen Anderlechtvoor de deur stond, was er opeens wel meer moge lijk". Waardering, iets waar Johnny Bosman continu tegen aanhikt. Het duurde bijvoorbeeld heel lang voordat hij bij Anderlecht kon bijtekenen. Van de KNVB krijgt hij nog steeds een hangertje voor zijn 25e interland en nog steeds is hij één van de meest ondergewaardeerde Nederlandse spit sen. "Behalve in België. Hier zien ze me wel zit ten. Misschien dat mensen me na de periode bij PSV anders zijn gaan bekijken. Ik vind het jam mer dat ik soms te weinig word gewaardeerd, ook in Oranje. Want het is hier in België voor een aanvaller moeilijker om goed te presteren dan in Nederland. D'r wordt hier zoveel verdedigen- der gespeeld, d'r is veel minder ruimte. Dat een club, zoals in Nederland tegen Ajax, achterin één op één speelt, dat is hier onmogelijk. Bij Ander lecht liggen bijna alle tegenstanders met alle elf de spelers voor het hok. Zoals Volendam onlangs tegen Ajax. In de Nederlandse pers werd Volen dam toen afgemaakt, maar hier wordt dat ge accepteerd. Dat komt natuurlijk ook, omdat het Belgische nationale elftal sinds jaar en dat zo speelt. Maar dan nog, wanneer je, zoals ik, als aanvaller dan toch goed weet te weren, dan be hoor je toch tot de betere, meest succesvolle spitsen. Ik vind ook dat ik hier beter ben ge worden. Bij Ajax mocht ik alleen stil staan en de bal binnen koppen en maakte ik twintig tot vijf entwintig doelpunten per jaar. Hier krijg je niet zoveel voorzetten, scoor ik toch veel, en als ik niet zo goed kon meevoetballen, dan was ik hier nooit geslaagd. Dit jaar heb ik er twintig ge maakt, waaronder enkele hele belangrijke. Vo rig jaar waren het er dertien en daarvóór zes tien. Ik had er wellicht nog meer achter mijn naam kunnen hebben, maar ik ben niet egoï stisch genoeg om topscorer te worden. Ik weet dat dat ook tégen mij wordt gebruikt, maar ik wil geen spits zijn die alleen op zijn doelpunten teert. Ik wist bij Ajax al dat ik meer kon dan al leen doelpunten maken. Maar het kwam, eh, nee, het mocht er niet uitkomen, had ik het idee". MULTIFUNCTIONEEL Of hij nu zou passen in het huidige Ajax-sys- teem, onder Louis van Gaal? "Dat weet ik niet. Ik ben nog niet klaar hier bij Anderlecht en het is niet zo dat ik op een terugkeer heb zitten vlas sen, maar ik ben wel benieuwd of ik bij Ajax weer zou kunnen functioneren. Omdat ik vind dat ik een betere voetballer ben geworden. Waarom ze me dan niet kopen? Ja maar, ik las dat Van Gaal alleen multifunctionele spelers wil. Misschien dat ik de individuele actie niet heb. Och, je kunt toch niet alles hebben he", lacht hij vriendelijk. Hij heeft inmiddels wel een kind, Lisa, een meis je van anderhalf jaar. "Een mooie dochter; ze heeft veel van me weg. En ik moet zeggen dat sinds die kleine er is, het heel goed met me gaat. Misschien ben ik ook wel meer thuis, voel ik meerverantwoordelijkheid.Datzal ook wel mee spelen, werkt ontspannend". Wat ook ontspan nend werkt, zijn de golfpartijtjes die Johnny Bos man als het effe kan pleegt te spelen in zijn (schaarse) vrije tijd. "Ik golf sinds een jaar, vaak met Mare Degryse (zijn collega-spits bij Ander lecht, HJ). Het gaat goed, ofschoon ik handicap 27 heb. Ik wil ook hierin de perfectie nastreven, want dat zit gewoon in me. Het is voor mij een soort van uitlaatklep. Lekker ontspannen, lek ker in die stilte. Echt, het is een microbe, die je pakt en je niet loslaat". "Ik ga zoveel mogelijk naar de golfbaan, maar anderzijds moetje ook veel rust pakken, vooral in verband met al die Europese wedstrijden. Dat hoort bij je werk. Mensen zeggen dan: 'Oh, lek ker slapen'. Maar we moeten wel om goed uit gerust te zijn. Ik wil ook wel eens een keer op stap en doorzakken tot de volgende morgen acht uur. Er wordt echter wel van je verwacht dat je steeds op scherp staat. Tijdens de wedstrijden, maar ook op de training". Daarnaast is het ook niet zo'n goed idee om je als Anderlecht-speler al te vaak op te houden in café's. "Hoe-ie het doet weet ik het niet, maar onze president (de hoogbejaarde bierbrouwer Constant Vanden- stock, HJ) ziet en hoort alles", aldus Bosman, met wie we dit interview overigens hebben in Gaetany's, de stamkroeg van de Brusselse club. "Nou stamkroeg, we spreken hier in 'Het Hoek je', zoals we het ook wel eens noemen, wel eens af met de spelers. Het is er gezellig en het is een ideaal trefpunt, omdat het tegenover ons sta dion ligt". En Bosman is ook daar populair, zo blijkt, want aan één van de wanden hangt een door hem geschonken én gesigneerd Ander- lecht-shirt. Bosman voelt zich uitstekend thuis in België, maar toch anders dan in Nederland. "Kijk, ui terlijk ben ik misschien niet veel veranderd, maar innerlijk wel'. Doordat ik naar het buitenland ben verhuisd, heb ik een andere kijk op dingen ge kregen. Die verandering is goed voor je ontwik keling als mens. Bij Ajax ging alles vanzelf. Was alles nieuw. Je kwam in een jonge groep terecht, behaalde diverse successen en het kostte niet veel kracht. Nu besef je meer en meer dat je profvoetballer bent. Dat je gezin en geld be langrijker gaat vinden, want over een paar jaar ben je toch uitgevoetbald en wil genoeg voor la ter hebben verdiend. De sfeer is dus anders ge worden. Het is nu ondanks dat ik me hier lekker voel puur werk, je bent meer broodvoetballer ge worden. Ook door de druk, de eisen die mensen van buitenaf je opleggen. Dat begon al bij Me- chelen, waar heel anders werd gewerkt dan bij Ajax. Maar is het me ook wel duidelijk gewor den datje niets kunt plannen in de voetballerij. Na Mechelen had ik gedacht in Italië terecht te zullen komen. Misschien wel goed dat het niet doorgegaan is, want volgens mij word je daar echt geleefd en moet je wel heel sterk in de schoenen staan. Als voetballer en als mens! Het werd na Mechelen dus PSV en het werd een mis lukking. En nu zit ik voorlopig nog bij Anderlecht. Maar één ding is zeker, ik kom ooit terug naar Nederland". Op 10 augustus is hij in ieder geval in Amsterdam, want dan besluit Ajax de Open Dag in het Olympisch stadion tegen Anderlecht... Ajacied - JUN 994 7

AJAX ARCHIEF

Clubblad De Ajacied (1997-2009) | 1994 | | pagina 9