Bekende nederlanders over voetbal
Maarten Spanjer:
'Ik tikte ooit Pelé door de benen!!'
ook wel voorkomen, maar veel minder. Als je
maar veel van dat soort wedstrijden speelt dan
kijkje er op een gegeven moment niet meer zo
vreemd tegenaan. Als het internationaal wat
beter gaat, dan gaat het nationaal ook vanzelf
beter. Het is alleen jammer dat er veel mensen
weg blijven door die relletjes. Het is op het
momentzo dat een kleine groepje relschoppers
de sfeer verpesten voor een veel grotere groep
voetballiefhebbers. Want het voetbal leeft echt
nog wel in Nederland, als er wat te gebeuren
staat dan komen de mensen echt wel. Sommi
gen worden, zoals ik al zei, geremd door die
relletjes om naar het voetballen te gaan.
We gaan een hele belangrijke tijd tegemoet. Op
allefronten draaien we nog mee dus moeten we
veel spelen. Vooral maart wordteen belangrijke
maand. We moeten uit naar Sparta voor de
beker, uittegen PSVen dan nog die Europa-cup
wedstrijdenNa die wedstrijden weten we meer.
Ik heb niet echt een voorkeur voor één van de
drie. Het lijkt me leuk om eens een landstitel te
behalen en het lijkt me helemaal het einde om
de Europa-cup te winnen. Zelf heb ik nog nooit
wat gewonnen dus het lijkt me heerlijkom eens
een prijs binnen te halendat is dus één van mijn
grootste ambities!!!!'
MARCO
In deze nieuwe rubriek van 'De Ajacied' komt
deze keer aan het woord de acteur/auteur
Maarten Spanjer. Maarten, via de film 'Spetters',
het 'Miskend Talent' uit Voetbal '80 en de creatie
van Beun de Haas in de BOVAG sterspot
uitgegroeid tot een bekende nederlander, vertelt
over vroeger, waaruit blijkt dat het acteren altijd
al in het bloed heeft gezeten.
'Nee, zelf heb ik nooit de intensie gehad om
profvoetballer te worden. Oké, ik kon wel een
aardig balletje trappen (als Miskend Talent
demonstreerde hij een baltechniek waar
Vanenburg nog een puntje aan kan zuigen, red),
maar de scouts hebben bij mij nooit de voordeur
plat gelopen. Wel heeft mijn oom mij ooit een
keer aangemeld bij Ajax maar de beste man
aanschouwde mijn voetbalkunsten vanaf
5-hoog, zodat een toekomstige voetbalcarrière
aan de kant werd geschoven.
Wel ben ik nog steeds een fervent Ajax-suppor-
ter. Ik heb eigenlijk altijd op de ere-tribune
gezeten. Nu netjes betalend, vroeger als
straatjochie zonder stuiver op zak! Ik mengde mij
altijd tussen een vader met vier of vijf kinderen
en begon dan heel amicaal tegen die vent aan
te lullen zodat ik ongemerkt de kassa kon
passeren. De vader moest dan extra betalen
want de suppoost telde één kind meer. Maar
Maarten zat dan wel ondertussen weer op de
'ere'.
13