EUROPA-CUP
Exclusief: Ossie Ardiles
Heel even maar mocht Ajax dit seizoen proeven van Europa-Cupvoetbal. De Amster
damse ploeg overleefde de eerste ronde niet. De Engelse bekerwinnaar Tottenham
Hotspur was op dat moment gewoon te sterk. In ieder geval hebben de „youngsters"
van De Mos en Linder wat (broodnodige) ervaring opgedaan. Hopelijk zal het hen
volgend seizoen van pas komen.
Eigenlijk was de deelname aan het Europa-Cuptoernooi voor bekerwinnaars voor
Ajax vrij uniek. Vrij uniek, want tot dan toe was Ajax slechts in één seizoen in het
Europa-Cup ll-toernooi uitgekomen. Dat was op 2 en 29 november 1961Tegenstan
der was Ujpesti Dosza, toentertijd een grootheid internationaal gezien. De Hongaren
werden eerst in Amsterdam met 2-1 geklopt, waarna zij met 3-1 terugsloegen. De
volgende spelers waren toen bij Ajax van de partij: Hoogerman, Van Mourik, Ouder-
land, Schaaphok, Dahrs, Pronk, Muller, Visser, Prins, Swart, Henk Groot (twee doel
punten), Cees Groot (nu Ajax' jeugdtrainer) en Petersen (één treffer).
Bijna op de kop af twintig jaar later staat Ajax weer in het Europa-Cup ll-toernooi. En
opnieuw waren de Amsterdammers na één ronde uitgebekerd. Tottenham was daar
voor verantwoordelijk en legde de basisvoorde uitschakeling in de eerste wedstrijd,
op 16 november in Amsterdam. Ajax werd met 1-3 geklopt. Een historische nederlaag,
want sinds 12 februari 1968 had Ajax geen thuiswedstrijd in het kader van het Europa-
Cuptoernooi verloren. Benfica won toen met1-3.
Hij is klein en geslepen. Zijn donkere uiterlijk verraadt de afkomst. Bijna 30 jaar ge
leden werd hij geboren in Cordoba, een provinciestad in Argentinië. De getructe
middenvelder viel al snel op bij Cesar Menotti, de trainer/coach van het Argentijnse
nationale voetbalelftal. En toen in 1978 in dat Zuidamerikaanse land het wereld
kampioenschap voetbal werd verspeeld, maakte de gehele voetbalwereld kennis met
hem. Zo zeer zelfs dat er serieuze belangstelling ontstond. En juist vanuit het tradi
tionele Engeland, om precies te zijn bij Tottenham Hotspur, ontstond het idee om
bem te contracteren. Zijn kwaliteiten op technisch en tactisch gebied hebben hem nu
al onmisbaar gemaakt bij de Spurs.
We hebben het niet over Ricardo Villa, die samen met hem in de nazomer van 1978
Argentinië voor Engeland ruilde. Nee, we bedoelen die andere. Osvaldo Ardiles dus.
Wie kent hem niet van de finale om de wereldtitel: Argentinië-Nederland. Met hem, in
de Engelse pers „Ossie" genoemd, hadden Tjeerd Groot en Hans Janssen net voor
de kerstdagen (in Londen) een gesprek. Exclusief voor De Ajacied.
In november speelde je met Tottenham Hotspur tegen Ajax. Wat kun je je nog her
inneren van deze Europa-Cupwedstrijden?
Ardiles: „Ik kan me die ontmoetingen nog erg goed voor de geest halen. Het waren,
vooral van onze kant, uitstekende duels. We waren natuurlijk erg blij dat we Ajax uit
geschakeld hadden. Toch was het niet makkelijk om van Ajax te winnen. Voetbal is
tegenwoordig geen simpel spel meer. We waren vooraf eigenlijk enigszins bang voor
Ajax. Vooral wegens de naam die het nog heeft. We merkten echter al snel dat dit niet
het Ajax was wat we van vroeger kenden".
Heeft Tottenham Hotspur dan geluk gehad om Ajax te loten?
Ardiles: „Ik wil niet zeggen dat we geluk hebben gehad, we hebben Ajax gewoon
verdiend en overtuigend verslagen. Vooral in Amsterdam - daar hebben we misschien
12
