RobblE AJAX ONDER ajaxlife ONDER DE LOEP 1 C 24-05-2019 3.J Bij nieuwe Europese glorie hoort een nieuwe Ajaxkraker Ajax is rijk aan historische verhalen. Wij leg gen ze onder de loep. Dit keer: rapper Sevn Alias in de traditie van Ajaxhits. In de aanloop naar de KNVB-be- kerfinale tegen Willem II ver scheen een filmpje op YouTube waarin aanvaller David Neres zijn moves etaleerde op 'zijn' zinne tje uit Herres: 'Ik zet herres, ik zet herres op die flank als David Neres.' En daar ging Neres, swin gend zoals Brazilianen het kunnen en grijnzend zoals alleen Neres kan grijnzen. De afzender van de Ajaxhit van 2019 is de rapper Sevn Alias, echte naam Sevaio Mook (1996), geboren in Amsterdam-West maar getogen in de kolonie Almere. Surinaams bloed, maar opgegroeid 'tussen de mocro's', zodat zijn straattaal eerder die van Marokkanen is. De vorige keer dat Ajax de halve finale van de Champions League speelde, was hij vier maanden oud. Herres is een ode aan zijn club, in officiële samenwerking met Ajax. Voor wie de hiphopcultuur niet kent en de Amsterdams-Almeerse straattaal niet machtig is: 'ik zet herres' betekent zoveel als 'ik sloop je' of 'ik maak je kapot', in de sportieve zin des woords. Na de gewonnen eindstrijd tegen Willem II volgde nog een filmpje, nu vanuit de kleedkamer in De Kuip: feestende Ajaxspe- lers, hossend op de beats en woor den van Sevn. 'Ik heb je back met Nicooo-Nicooo Tagliafico' en al die andere bliksemsnelle verwij zingen naar de Ajacieden van 2019: Frenkie de Jong, Dusan Tadic, Lasse Schöne, Klaas Jan Hunte- laar, Daley Blind. Als het zichtbare enthousiasme van de bezongen spelers een indicator is van succes, dan is Herres een legendarische Ajaxhit. Dit Ajaxseizoen verdient een eigen, voor de gelegenheid geschreven soundtrack. Steevast verschijnen in Europese top- seizoenen - naast boeken - ook liedjes. Wie de geschiedenis van populaire Ajaxmeezingers bestudeert, zal constateren dat veel bekende hits verschenen tijdens of meteen na Europese successen, ter verhoging van de Ajaxkoorts. De eerste echte epidemie (in 1966, rond de mistwedstrijd tegen Liverpool) leverde onder meer Op 'n slof en 'n oude voetbalschoen op, van Johnny Hoes. In het jaar van de eerste finaleplaats (1969) nam Johan Cruijff zelf plaats voor de zangmicrofoon: Oei oei oei (Dat was me weer 'n loei), wellicht het beroemdste voetballied dat niet over voetbal gaat (maar over bok sen). De gouden jaren zeventig brachten een hele stapel Ajax- singles, van Willy Alberti's We gaan naar Londen (1971) tot Ajax zal 'm raken door Ed Willem Bever uit De Fabeltjeskrant (1971). Amsterdamse volkszangers en vrolijke hoempa, dat was in de jaren zestig en zeventig het vaste recept voor voetballiedjes, zoals vóór de Tweede Wereldoorlog pit tige marsmuziek de norm was, een trend die Ajax zijn Ajax Marsch bracht en Feyenoord Hand in hand kameraden. De jaren tachtig waren qua voetbalmuziek een wat schraal decennium (de Europacup II-suc- cessen van 1987 en 1988 leverden geen hit op die tot de vaste jukebox van Ajaxdeunen is gaan horen), maar dat werd royaal goedge maakt in de jaren negentig. Ajax veroverde de wereld en de bege leidende songs werden gedragen door een eigentijds verschijnsel uit de popmuziek en uitgaanscul- tuur van dat moment: de house- beat. Na de Uefa Cup-triomf van 1992 dook de schurende elektronische productie Ajax is Art (van Robbie De Kock) op in de hitlijsten en nam de Ajaxselectie voor het nieuwe seizoen de door een elektronische dreun gedragen klassieker Ajax is okay! op. Wie terugdenkt aan de Cham pions Leaguewinst van 1995 hoort er in zijn hoofd waarschijnlijk Ajax is kampioen van Danny Lukas- sen bij: geen echte housetrack natuurlijk (want: een bewerking van de Boudewijn de Groot-com positie Malle Babbe), maar de opzwepende elektronische hart slag van het lied is in essentie een housebeat. Rommel Niet zo verrassend dus dat de Ajaxhit van 2019 opnieuw flirt met het muziekgenre dat onder jon geren nu het populairst is: hiphop dus. Dat leidde hier en daar tot gemopper van oudere Ajacieden. Hiphop? Rommel. Zo'n onver staanbare rapper, moest dat nou? Ziedaar het perpetuum mobile van de popmuziek: wat jongeren als dé meest vitale uitgaansmu- ziek beschouwen, gaat er bij de ouderen vaak maar moeizaam in. Dat was niet anders in 1995, toen door de veteranen onder de Ajax- supporters geklaagd werd over de housebeat van Danny Lukassen, al zullen ze dat in veel gevallen zelf zijn vergeten. Ajax is kampioen was een uit zonderlijke Ajaxhit. Het werd namelijk écht een hit, met een vijfde plaats in de Top 40. Veel vaker blijven clubgebonden voet balhits steken in de lagere regi onen van de hitlijst, komen ze de tipparade nooit uit of halen ze die niet eens. Ook Herres strandde in de tipparade, maar voor hitsucces is de hitlijst allang niet meer de enige maatstaf. Het nummer ging viral via de sociale media. Dat telt in de popcultuur van nu minstens even zwaar. Met Sevn Alias kiest Ajax ervoor een club van nu te zijn: geen Hollandse feesthoempa, geen Mokumse volksdeun, maar het urbane geluid van de Bijlmer, van een nieuwe generatie, een nieuw Ajax en een nieuw Amster dam. En wie de watervlugge tekst niet volgen kan, kan misschien enige troost putten uit de woorden van Sevn Alias zelf: "Ze houden me niet bij ik ben niet te stoppen net als Tadic en Hakim." JOHNNY HOESgAJMHN DFAIA Sevn Alias maakte in samenwerking met Ajax het nummer Herres, dat via social media viral ging. 'Herres op die flank als David Neres' Door Menno Pot Ajaxkoorts □ei DEi Dei (dat uias me weer een laeijl alle stappen ineens naar de knappen OP 'N SLOF EN 'N OUWE VOETBALSCHOEN De AJAX Supportersclub

AJAX ARCHIEF

Ajax Life (vanaf 1994) | 2019 | | pagina 15