10 'W. INTERVIEW Eén foto die het verhaal van Ajax' nummer tien vertelt Dusan Tadic kent het gezegde dat een foto soms meer zegt dan duizend woorden. Maar lukt het ook om duizend woorden te spreken over deze foto? Met gemak. 'Ik vind vooral de blijd schap bij de fans mooi om te zien.' Hij ziet er nog best goed uit, grapt Dusan Tadic als hij naar de foto kijkt. Genomen op 19 septem ber van dit jaar, tijdens Ajax- AEK. "Nico heeft hier net de 3-0 gemaakt," weet Tadic. "Ik zie er wel blij uit, toch? En eigen lijk ben ik maar weinig veran- derd afgelopen jaren, ook al ben ik bijna dertig. Time flies. Mis schien dat ik wat meer baardhaar heb. Nee, ik heb nog geen grijze haren. Dat zit niet in de familie. Geen grijze haren, en we worden ook niet kaal. We hebben sterk haar." Maar wat valt Tadic nog meer op op de foto? We geven de Serviër hier en daar een voorzetje. Van zijn handge baar richting zijn teamgeno ten, het nummer op zijn broekje tot een verbouwereerde fan op de tribune. Positief ongeloof Champions League ajaxlife Samen is niet alleen Ajax 02-11-2018 Typisch Tadic Door Mike van Damme Al snel verplaatst Tadic' focus van de voor- naar de achter grond op de foto. "Het mooiste aan de foto vind ik toch die blije fans. Daar doe je het toch voor: mensen blij maken. En we krij gen er als ploeg iets voor terug. Tegen AEK, en zeker ook tegen Benfica, was de sfeer geweldig. Dan komt er een energie vrij, waardoor wij net even meer kun nen geven. Vooral tegen Benfica leverde dat de overwinning op." De jongen links, met een witte trui aan en met zijn handen in het haar, ontgaat hem in eer ste instantie. "Haha, hij kan het vast niet geloven dat we ruim voorstaan tegen AEK Athene. Mooi hoor," zegt de Ajacied als hij even goed heeft gekeken. Doet de jongen Tadic denken aan vroegere tijden? "Nee. Ik had niet het geluk dat ik dicht bij huis Champions Leaguevoetbal kon zien. We hadden redelijke ploegen in Backa Topola, maar ik kwam toen ik voetbal op tv ging kijken er al snel achter dat hun niveau een stuk minder was dan de ploegen in de Champions League. Ik was vooral onder de indruk van Ajax en Real Madrid. Bij Real speelde Predrag Mijato- vic, dat vond ik een mooie speler om naar te kijken." "Nu kijken kinderen juist naar mij. Dat is eigenlijk even mooi. Ik vind het ook belangrijk om tijd vrij te maken voor de fans. Vooral kinderen moeten een leuke tijd hebben. Sommi gen schrikken als je ineens voor ze staat. Ik probeer ze zo rustig mogelijk te benaderen, zodat ze het vooral leuk vinden." Tadic houdt op de foto niet voor niets zijn linkerarm omhoog. Hij gebaart zijn teamgenoten het doelpunt dat Tagliafico net heeft gemaakt mee te vieren. Het is een inmiddels herkenbaar gebaar van de Serviër. Tegen AZ trok hij zelfs bijna David Neres zijn arm van het lijf om samen de 5-0 te vieren. "Het is belangrijk om succes samen te vieren, als team," zegt Tadic serieus. "Het maakt niet uit wie er scoort, uiteindelijk doen we het samen. Als iemand wat verder weg staat, moet hij maar een beetje doorlopen. Dit doelpunt tegen AEK hebben we echt goed gevierd, ik zou willen dat we dat bij elk doelpunt doen." Je zou kunnen denken dat het gevoel van samen vieren iets is dat met de jaren belangrijker wordt; een ervaren speler heeft meer oog voor het teamproces dan een jongen die net komt kijken. In het geval van Tadic gaat dat echter niet helemaal op. Hij heeft het, naar eigen zeggen, al van jongs af aan. "Ik ben altijd een teamspeler geweest. Als je jong bent, ben je inderdaad meer met jezelf bezig, maar ook dan moet je je realiseren dat je het niet alleen kunt. En dat het leuker is als je het samen doet en daardoor nog verder komt." Tadic is dus liever samen, dan alleen. Behalve vlak na de war ming-up. Als zijn teamgenoten al naar de kleedkamer gaan, schiet hij nog een paar ballen op doel. Voor het goede gevoel. Maar heb ben zijn teamgenoten er geen last van als hij pas later de kleed kamer in komt? "Nee hoor," verzekert hij. "Ik ben vaak maar een minuutje later dan de rest binnen. Op dat moment is iedereen ook voor zichzelf bezig. Ik ben vaak heel snel klaar. Ik stop mijn scheen beschermers onder mijn sokken, trek mijn shirt aan en neem wat water. Dat is het." We verleggen de focus even naar het shirt van Nicolas Tagliafico, en dan specifiek op het logo van de Champions League. "Het hoort bij Ajax," zegt Tadic stellig. "De Champions League bedoel ik. Toen ik zes was, won de club het toernooi. De meeste spelers van toen kan ik nu nog wel opnoemen. Jari Litmanen was toen de nummer tien. Hij was een speciale speler. Hij was niet heel snel, maar technisch zeer vaardig en enorm slim. Het was mooi om naar hem te kijken." "Op onze linkermouw, die zie je niet op de foto, hebben we een batch met de Champions Leaguebeker met het getal vier erin. Er zijn maar weinig clubs die zo'n batch hebben. Dat maakt Ajax bijzonder vanuit historisch perspectief. Zo'n club hoort dus gewoon in de Champions League thuis. Punt." De Serviër geeft aan dat onder meer de kans op Champions Leaguevoetbal hem deze zomer naar Amsterdam dreef. Met FC Twente en Southampton speelde hij al wel in de Europa League, maar hij wilde op het hoogste niveau acteren. Bij zijn komst naar Ajax was deelname aan de groepsfase echter allesbehalve zeker. Ajax moest drie kwalificatieronden door komen. "We wisten dat niet gemakkelijk zou worden, maar we hebben de groepsfase op een overtuigende manier gehaald. Het was een prachtige zomer, want ik speelde met Servië natuur lijk ook al op het WK. Twee grote toernooien, zo vlak na elkaar, is voor mij wel bijzonder." Hij vervolgt: "Ik had twee doelen bij mijn komst naar Ajax: de Champions League halen en kampioen worden. Het eerste doel hebben we als team al gehaald. En dus is er een extra doel bijgekomen: overwinteren in de Champions League. En dat is zeker niet onmogelijk. We staan er goed voor na drie wedstrijden, maar we zijn er nog lang niet. Benfica-uit wordt echt een heel zware wedstrijd. We zijn goed onderweg, maar hebben nog niets bereikt." Tadic noemde Ajax al als een van zijn favoriete ploegen toen hij klein was. Heel gek is dat niet: toen de Serviër jong was, behoorde Ajax tot de beste clubs van Europa. "Ik vind clubs met een rijke historie het mooist. En het rood met witte shirt sprak me aan, net als het voetbal. Het was leuk om te zien. Dat is het, denk ik, nog steeds. Het aanvallende voetbal zit in het DNA van de club." Tadic stond twee keer eerder op het lijstje bij Ajax. Vijf jaar geleden was hij nog te duur, in 2009 was niet iedereen binnen Ajax overtuigd van zijn talent. "Ik hoorde toen wel dat er een beetje inte resse was. Dat vond ik niet gek, want ik was een van de grootste talenten in Servië. Dan weet je dat je op lijstjes van andere clubs terechtkomt. Of Ajax gelijk had me destijds niet te kopen? Nee. Ik was toen al goed, hoor." vn

AJAX ARCHIEF

Ajax Life (vanaf 1994) | 2018 | | pagina 10