^ajajL f TraPities Nieuwelingen in het rood-wit weten geregeld meteen het doel te vinden "I Ct TRADITIES lO 02-06-2016 ajaxlife Ajax is een club vol tradities. Deze vaste gebrui ken vormen de identiteit van onze geliefde club. In deze rubriek lichten we er telkens één uit. In deel 9: scorende debutanten. Bij Ajaxdebuut hoort doelpunt DOOR DAVID ENDT Het begon natuurlijk al ver voordat Rinus Michels op 9 juni 1946 in zijn eerste officiële wedstrijd voor Ajax meteen al scoorde. Maar omdat het Michels is, pakken we die dag op. ADO - Ajax, 3-8, tja, dan mag je van een midvoor verwachten dat hij scoort, al is hij debutant. Dat hij er meteen vijf in legde, geeft extra glans aan het magische moment. In de serie scorende debutan ten van weleer was de volgende grote Ajacied Sjakie Swart. Tien jaar na Michels scoorde hij in zijn eersteling in de bekerwedstrijd tegen Stormvogels. Er werd in die tijd nog niet gesproken van een 'traditie'. Ook de bij zijn debuut scorende Cruijff in 1964 bracht daar geen verande ring in. Geen krant die het feno meen 'debuteren en scoren' rela teerde aan traditie. De term begon echt te leven aan het eind van de jaren zeven tig van de vorige eeuw, misschien omdat het leek dat er geen sprake meer was van toeval. Ajax had een pact met de willekeur gesloten. Frank Rijkaard werd voor het eerst opgesteld en scoorde. Wim Kieft scoorde ook en dat werd gezien als een debutantengoal, niet in het minst door hemzelf, maar de echte kenners wisten dat hij in een voor gaand duel tegen Sparta al (doel puntloos) had meegedaan. Een gaaf debutantendoelpunt maakte Marco van Basten. Dat zat hem niet alleen in de stijlvol klas sieke afwerking die tot een treffer leidde, maar tevens in het feit dat hij in de avondwedstrijd in De Meer tegen NEC scoorde als inval ler voor Cruijff. Kundig en elegant bracht hij Ajax op 3-0. De omstan digheden hielpen het kopdoelpunt te promoveren naar legende. In die jaren kreeg de benoe ming 'traditie' vaste grond onder de voeten. Zo sierden de namen van Edwin Godée, Edwin Bakker, Winnie Haatrecht, Aron Winter, Ronald de Boer, Marciano Vink, Bryan Roy en Pal Fischer tegen het einde van de jaren tachtig de lijst met scorende debutanten. De lange lijst maakte het plau sibel waarom er aan het feit een etiket met de titel 'traditie' werd gehangen. Kwam er een nieuwe, bij voorkeur jonge, uit de opleiding afkomstige speler in het eerste elf tal, dan werd de verwachting dat hij scoorde zo hoog, dat het bijna teleurstellend was wanneer dat niet gebeurde. Alsof het een extra druk teweeg bracht, stokte de stroom. Ja, natuurlijk, Patrick Kluivert voerde het aantal scorende debutanten in 1994 mooi op, maar de kwanti teit nam af, al waren er wel Edgar Davids, Clyde Wijnhard, Tarik Oulida en Nordin Wooter. Een zeer vruchtbare dag in de traditie was nog wel 19 augustus 1997. Het toegestroomde Are na-volk zag in de openingswed strijd van het seizoen maar liefst zes debutanten opdraven tegen Vitesse, van wie er drie de euvele moed hadden te scoren: Andrzej Rudy, Sunday Oliseh en Shota Arveladze. Zij zijn daarmee Ajax' eerste scorende debutanten in de Arena. Voor een waarlijk mythische debuutwedstrijd zorgde Jairo Rie- dewald. Op 22 december 2013 bracht hij als eerstelings-invaller Ajax in Kerkrade tegen Roda JC van een 1-0-achterstand naar een 2-1-zege. Zoals het bij dergelijke sprookjes hoort, werd hij op de schouders van zijn medespelers in triomf het veld afgedragen. De vraag is: wie volgt? Andrzej Rudy was Ajax' eerste scorende debutant in de Amsterdam Arena.

AJAX ARCHIEF

Ajax Life (vanaf 1994) | 2016 | | pagina 16