Roepend vanuit de schaduw ScAre 'MEVROUW, UW ZOON GAAT HIER NIET VOETBALLEN. HIJ GAAT HIER KEEPEN!' MEERZICHT Café Meerzicht is weer open, en dus vertelt David Endt aan anonieme stam gasten over Ajax- spelers uit het verle den. In deel 15: Peter Jager. Keeper Peter Jager had echte Amsterdamse bluf CAFE MEERZICHT -| n ajaxlife 30-10-2014 lü Sorry, dat is toch niets nieuws? Kijk hoeveel keepers Ajax in de voorbije jaren heeft opgeleid. Ik zeg: Stanley Menzo, Edwin van der Sar, Fred Grim, Maarten Stekelenburg, Kenneth Vermeer. En nu jongens als Marco Bizot, Sergio Padt, Warner Hahn die ergens anders spelen, en Mickey van der Hart... In de periode van Schrijvers en Stuy was dat niet zo normaal. Aanvallers en middenvelders werden genoeg opgeleid, maar geen keepers. Die twee uit 1977 hadden weinig vooruitzichten hoor; Schrijvers was onaantastbaar, als keeper van Oranje. Die andere twee moesten wachten totdat Schrijvers door blessures verstek moest laten gaan. Ajax in 1979/1980. Boven (v.l.n.r.): Jensen, Wijnberg, Zwamborn, Schrijvers, Ling, Schoenaker, Krol. Midden (v.l.n.r.): Lerby, Pen, Arnesen, Jager, Van Geel, Meutstege, Everse. Onder (v.l.n.r.): Wolfs, Boeve, Kaiser, Brom, Tahamata, Bonsink, Van Dord, Haarms. Toen kregen Robbie Tervoort en Peter Jager hun kans. Tervoort kwam op zijn zeventiende uit Heiloo naar Ajax en was een technisch uitstekende keeper. Jager voetbalde vanaf de pupillen in De Meer en was een ras-Amsterdammer. Een heel uitgesproken jongen met een apart verhaal. Ah, Peter Jager. Kom op met zijn verhaal. Het regent, de supermarkt kan wachten. Jager was in de Amsterdamse Staatsliedenbuurt opgegroeid. Hij voetbalde op school en op de gemeenschappelijke speelplaats in de buurt, maar hij zat niet bij een club. Hoewel, hij zat op korfbal, bij het beroemde Westerkwartier. Als hij voetbalde stond hij wel eens op doel, maar meestal was hij aanvaller. Een echt sportjoch, elke dag bezig met sporten. Iemand gaf hem de tip het eens op de proeftrainingen van Ajax te proberen. Dat deed hij. Bij de derde trainingssessie ontbrak een keeper. "Wie wil op doel?," zei trainer Carel Kamlag. Jager deed een stap naar voren. "Niet na twee tegendoelpunten terugkrabbelen, hè", zei Kamlag nog. Jager pakte alles. Bob Haarms keek ook toe. Na afloop zei hij tegen Peters moeder, die was meegegaan: "Mevrouw, uw zoon gaat hier niet voetballen. Hij gaat hier keepen! maar wat hem onderscheidde was zijn gedrevenheid. Hij was een moedige, onverschrokken doelman die zijn lijf riskeerde om een treffer te voorkomen. Hij was ook op zijn Amsterdams goed gebekt, hij nam geen blad voor de mond. Dat zorgde wel eens voor discussie, laat ik het zo zeggen. In het veld kwam die uitgesprokenheid goed van pas. Hij gaf leiding en imponeerde met zijn geroep ook tegenstanders. Jager was niet bijzonder lang, maar toch stond er, zo jong als hij was, een kerel in de goal. 2-1 en Jager speelde een geweldige wedstrijd. Zonder schroom voor zeventigduizend bloedfanatieke toeschouwers. Vlak voor rust moest hij redding brengen en raakte daarbij de spelmaker van Levski, het grote talent Pavel Panov, zodanig dat die zijn been brak. Beroepsongevalletje. Na Schrijvers' herstel zat Jager weer op de bank. Tot zijn vertrek naar FC Den Haag in 1980 speelde hij in totaal elf officiële wedstrijden. Bijzonder was de vriendschappelijke wedstrijd tegen Bayern München. Je had het net over de blessures van Schrijvers. Toen kwam de kans? In rangorde was Tervoort de tweede keeper, maar hij was niet zo gelukkig. Hij won het vertrouwen niet. Dat was met Jager anders, ook door zijn Amsterdamse bluf. Hij debuteerde in De Meer op 18 september 1977, nog geen twintig jaar oud, met een 2-0- zege op Go Ahead Eagles. Totdat Schrijvers weer fit was, speelde hij een handvol wedstrijden, waaronder twee Europacupduels. Thuis tegen Lilleström en uit tegen de kampioen van Bulgarije, Levski Sparta Sofia. Was dat die wedstrijd waarin Ajax na strafschoppen werd uitgeschakeld? Nee, dat was wel tegen Levski, maar twee seizoenen eerder, in Met Jager had Ajax een ras-Amsterdammer op doel. Dus Haarms ontdekte hem als keepertje? Wat voor een type doelman was hij eigenlijk? Dat eerste kun je zo wel stellen. Jager doorliep de jeugdelftallen. Het ging snel, soms sloeg hij een jaargang over. Hij werd ook gekozen in het Amsterdams elftal en de nationale jeugdselecties. Talent genoeg dus. Technisch was hij ruim voldoende, 1975. In 1977 won Ajax in Sofia met Je bedoelt die afscheidswedstrijd van Johan Cruijff in het Olympisch Stadion? Stond Schrijvers toen niet onder de lat? Ja, die wedstrijd. Schrijvers keepte, maar een kwartier voor tijd, bij een 0-6- stand, vroeg hij om een wissel. Het was ijskoud, Jager had weinig trek om halfbevroren nog mee te doen aan die afgang. Maar hij moest wel. En zo was hij in de pijnlijk legendarische wedstrijd van de partij en incasseerde tegen de ontketende Duitsers nog twee goals. Hoe liep het verder met zijn loopbaan? Het zat niet zo mee. In 1980 vertrok hij op huurbasis naar FC Den Haag, maar toen hij een seizoen later terugkeerde, waren de keepersposities zodanig bezet dat hij koos voor de amateurtop, bij Zwarte Schapen/Sloterplas. Daarna stond hij nog een seizoen onder contract bij AZ. Door een reeks blessures kon hij niet meer op topniveau spelen. Pech en zonde van het talent. Maar hij is een blijvend Ajacied hoor. Laatst, op de reünie van jeugdspelers, was hij er ook. Door David Endt Tussen 1974 en 1977 hadden we Heinz Kroket en De Beer van de Meer, mooie bijnamen voor twee topkeepers. In 1977 vertrok Heinz Stuy en kreeg Piet Schrijvers twee schaduwkeepers achter zich, afkomstig uit de jeugdopleiding.

AJAX ARCHIEF

Ajax Life (vanaf 1994) | 2014 | | pagina 13