13
I
'MIJN BROER HEEFT AL HET
VOETBALTALENT GEKREGEN'
Hans Bijvank al ruim 37 jaar jeugdsecretaris
MARKANTE AJACIED
ajaxlife
Spelers en clubbe
stuurders van Ajax
krijgen de nodige
aandacht in de
media. De clubhis
torie herbergt echter
meer markante per
soonlijkheden. Ajax
Life belicht ze. In deel
11: Hans Bijvank, al
sinds 1975 jeugdse-
cretaris.
MARKANTE AJACIED
31-01-2013
'Ik heb er velen zien
komen en gaan'
DOOR MIKE VAN DAMME
Wat Hans Bijvank doet als hij een
dag niet bij Ajax is? Dan leest hij een
boek. Hij heeft onlangs de biografie
van Andy van der Meijde gekregen.
Voor het boek heeft Bijvank nog wat
informatie over de jeugdjaren van de
oud-Ajacied bijeengezocht. En hij
staat op een van de foto's. Of beter
gezegd: zijn handtekening staat op
de spelerskaart van een nog jonge en
onschuldige Van der Meijde.
De rechtsbuiten is een van de
vele spelers die Bijvank als jeugdse-
cretaris bij Ajax inschreef en uitein
delijk uitschreef. De een ging voor
miljoenen naar Internazionale, de
ander vertrok richting de vergetel
heid.
Hans Bijvank werd geboren
op 15 juli 1944. Met voetbal had
hij nooit veel, in tegenstelling tot
zijn tien jaar jongere broer Paul.
Hij werd als jeugdspeler naar Ajax
gehaald, doorliep als talent alle elf
tallen, maar bleef als vleugelaanval
ler hangen in het tweede elftal. Paul
In 1971 begon Hans Bijvank bij Ajax, als jeugdbegeleider. Na drie jaar werd hij
jeugdsecretaris.
Bijvank had Piet Keizer voor zich.
En Piet Keizer werd in het eerste
elftal nooit gewisseld.
Hans Bijvank volgde zijn broer
nauwlettend, en kwam zonder ooit
een bal goed geraakt te hebben zo
alsnog bij Ajax terecht. "Mijn broer
heeft al het voetbaltalent gekregen,"
grapt Bijvank nog dikwijls. "Ik werd
meer aangetrokken door het onder
wijs. Ik heb een jaar in dienst geze
ten in Suriname. Op de terugweg,
op de boot, kreeg ik een bericht van
Dick Boering, een oude
buurjongen die ik ook
bij Ajax geregeld zag. Ik
kon bij hem op de basis
school aan de slag als
leraar. Daarnaast kon ik
in 1971 de B-pupillen van Ajax (wat
nu de E-pupillen zouden zijn, red.)
begeleiden. Zo is het begonnen."
Chef d'équipe
Op 17 juli 1972 wordt Bijvank aan
genomen als lid van Ajax. Drie jaar
later volgt hij Carel Kamlag op als
secretaris van de pupillen, om weer
tien jaar later algemeen secretaris
van de jeugd te worden. Dat is hij
nog steeds. Zijn takenpakket bestaat
uit een tiental punten, waaronder
de overschrijvingen van de spe
lers in orde maken, het maken van
weekberichten, overleg voeren met
de voetbalbond over onder meer
het verzetten van competitiewed
strijden, en het behandelen van de
post rondom de jeugdafdeling bin
nen Ajax. Daarnaast zit hij ook in
de toernooicommissie en is hij gere
geld chef d'équipe bij buitenlandse
jeugdtoernooien.
Hij heeft inmiddels bijna alle
werelddelen gezien. Hij was met de
Ajaxjeugd in Mexico, Peru, Canada,
Oman. Dit seizoen nog met de Al in
Moskou, voor de NextGen Series
wedstrijd tegen CSKA Moskou.
"Dat was nog een heel gedoe, voor
28 man een visum regelen. Bij de
ambassade werd telkens opgehan
gen als ik belde. En Engels spre
ken ze ook al niet goed. Maar het is
gelukt, iedereen is het land binnen
gekomen."
Rusland; Bijvank zelf was bijna
het land nooit meer uitgekomen in
2006, tijdens een van de jeugdtoer
nooien. Op bezoek in Novosibirsk,
de hoofdstad van Siberië, kreeg de
jeugdsecretaris op de eerste dag
last van een acute nieruitval. Der
tien dagen lag hij in het ziekenhuis,
balanceerde hij op het randje. "Het
is dat Herman Pinkster (destijds lei
der van de Cl, nu spelersbegeleider
bij het eerste elftal, red.) de dokter
meteen belde. Van mij hoefde dat
niet zo. Het heeft wel mijn leven
gered."
Sterven in het harnas, Bijvank is
blij dat het niet zo ver is gekomen.
Bekenden
Bijvank bewijst dat het kan om als
een niet-voetballer gepassioneerd te
raken van Ajax. Hij mag als onder
wijzer al vijf jaar gepensioneerd zijn,
op De Toekomst kan hij zijn 'ei' als
opvoeder nog altijd kwijt. Tijdens
toernooien helpt hij de jongsten
met huiswerk als dat nodig is. In
het clubhuis corrigeert hij de soms
baldadige jongens als ze zich niet
gedragen. Dat gaat met een streng
woord, besluitend met een glimlach.
"Ik schijn een strenge leraar
geweest te zijn," stelt hij. "Zelf zie ik
dat niet zo. Ik kon best boos worden,
maar was dat gevoel ook snel weer
kwijt. Maar een jongen als Gregory
van der Wiel, die bij mij in de klas
zat, durfde nooit wat. Hij was een
intelligente jongen, maar ook wel
een lastpak voor sommigen. Ik heb
wel meer talenten van Ajax echt in
de klas gehad, maar Gre
gory is de enige die het
tot het eerste elftal heeft
geschopt."
Bijvank heeft er
bij Ajax velen zien komen
en gaan. De broertjes De Boer, de
broers Witschge, Patrick Kluivert.
Andy van der Meijde ook. In zijn
biografie las Bijvank pas wat voor
een lastige jeugd de voormalige Aja-
cied heeft gehad. "Het is een heftig
verhaal. Daar sprak je toentertijd
helemaal niet over. Als er nu thuis
problemen zijn, hebben we daar
mensen voor met wie je kunt praten.
Dat was toen niet."
De professionaliseringslagen
binnen Ajax hebben de club ver
anderd. De een noemt het kil, de
ander zakelijk. Bijvank laat zich er
niet over uit. Praat met hem ook niet
over tactiek of techniek. Zijn werk
is in veertig jaar amper aan veran
deringen of revoluties onderhevig
geweest. Reden om te stoppen, heeft
hij ook niet. "Wat moet ik dan gaan
doen? Ik ben nu elke dag op de club.
Of er moet op zondag niet gevoet
bald worden. Dan blijf ik thuis.
Wat ik dan doe? Dan lees ik een
boek."
Hans Bijvank is elke dag op De Toekomst te vinden