17 HET IDEE DAT BELGEN TE BESCHEIDEN ZIJN VOOR AJAX HEEFT BLIJKBAAR LANG BESTAAN Goedmoedige Vlamingen en het harde Amsterdam matchen moeilijk GRENZÈrjo AJAX S ajaxlife Voetbal is een wereld- sport en Ajax een wereldclub. Elk land heeft wel iets met het Amsterdamse voet- balbolwerk: voetbal lers die Ajacied waren, plekken waar Ajax geschiedenis schreef. In 'Grenzeloos Ajax' brengt schrijver en Ajacied Menno Pot de Ajaxfactor van Euro pese landen in kaart. In deel 8: België. Participatie Roemloos GRENZELOOS AJAX 29-11-2012 De Ajax-Belg is vriendelijk én zelfbewust DOOR MENNO POT Ik ben maar één keer in huilen uit gebarsten na een Ajaxnederlaag: 11 mei 1988, thuis op de bank, nadat Ajax de finale om de Europacup voor bekerwinnaars in Straatsburg met 1-0 had verloren van KV Meche- len, de Belgische provincieclub die dankzij Graeme Rutjes, Wim Hof- kens, Piet den Boer, Erwin Koeman en trainer Aad de Mos Nederlands getint was. Ik was dertien en ontroostbaar. Ajax had bijna de hele wedstrijd met tien man gespeeld na een vroege rode kaart voor Danny Blind, maar had de ultradefensieve Belgen toch steeds teruggedrukt. Keeper Michel Preud'homme was echter onpasseer- baar. Het was voor een generatie Ajax- supporters de moeder aller neder lagen: een kennismaking met het wrede onrecht dat soms bij voetbal hoort. Pas vele jaren later kreeg ik oog voor de andere kant van het ver haal. Underdog KV Mechelen was in de aanloop naar de finale met onverholen dédain bejegend van uit Amsterdam, zoals Ajacieden dat kunnen. Ik zag beschamende beel den terug van Ajaxfans die op de pleinen van Straatsburg stonden te zingen dat die Belgen zo dom zijn. Mare Emmers (KV Mechelen) wordt neergehaald door Danny Blind, die met rood van het veld moet. Ajax verliest de Europacupfinale met 1-0. De Mechelse fans stonden erbij en hoorden het aan. Ajax had in KV Mechelen zwijgzame getergdheid aangewakkerd. Hoogmoed, zo was weer eens gebleken, komt niet zelden voor de val. Toen Daring Brussel op 26 decem ber 1908 als allereerste buitenlandse ploeg Ajax bezocht (Ajax won met 3-0; beleefdheid alom) zal het cul tuurverschil nog niet zo'n rol heb ben gespeeld, maar in latere tijden was het bijna altijd gespreksonder werp: tot hoeveel frictie zal de botsing tussen schreeu werige Amsterdamse arrogantie en Belgische bescheidenheid ditmaal leiden? Die vraag kleefde ook altijd aan Ajax' participatie in Germinal Beer schot Antwerpen (van 1999 tot 2003 als grootaandeelhouder, daarna vrij blijvender): de Belgen ervoeren de Hollandse aanwezigheid als pedant en de samenwerking als onplezierig, zo heette het. Dat tamelijk weinig 'GBA'-spe- lers de overstap naar Amsterdam maakten, kon ook maar met één ding te maken hebben: het onvermo gen van de goedmoedige Vlamingen zich staande te houden in de harde Amsterdamse kleedkamercultuur. Zelfs wanneer ze het wél redden in Amsterdam (Thomas Vermaelen, Jan Vertonghen, Toby Alderweireld) moesten ze de vraag tot vervelens toe Walter Meeuws was de eerste Ajax-Belg. Bijna twintig jaar later kwam nummer twee pas, Jelle van Damme. beantwoorden: die Amsterdamse mondigheid, hoe ga je daar nou mee om als Belg? Het idee dat Belgen te beschei den zijn voor Ajax heeft blijkbaar lang bestaan. De teller staat nu op tien Ajax-Belgen, maar tot 2001 was het er maar één. Verdediger Walter Meeuws (1984-1985) beantwoordde in Nederlandse ogen aan alle voor oordelen (te netjes, te behoudend), waarna Belg nummer twee bijna twintig jaar op zich liet wachten: Jelle Van Damme, de eerste jongeling die de stap van GBA naar Ajax waagde, zonder veel succes. Van Damme was, net als zijn verre voorganger Meeuws, verdedi ger. Ziedaar het tweede Hollandse vooroordeel over Belgen: ze kunnen alleen verdedigen, kijken bij voor keur de kat uit de boom, een attitude die haaks staat op de Ajaxcultuur. Van de tien Ajax-Belgen waren er vijf verdediger. Van de vijf aanval lend ingestelde Belgen (zoals Tom De Mul en de 'niet-GBA'ers' Tom Soetaers en Wesley Sonck) maakte er niet één een grootse indruk. Anno 2012 staat de tweebenige Mats Rits (19) op De Toekomst te popelen om te bewijzen dat Belgen ook in creatief-aanvallende zin iets voor Ajax 1 kunnen betekenen. Ook hij moet in interviews overigens veelvuldig bezweren dat hij 'geen typische Belg' is, wat voor Nederlan ders blijkbaar betekent dat er zoiets als een kans op succes bestaat. Alsof Vermaelen en Vertonghen eerst het 'Belg-zijn' moesten afleren om te slagen. Geen Belgische club wist Ajax zo veel pijn te doen als KV Mechelen, hoewel Club Brugge op 9 december 2003 dicht in de buurt kwam: Ajax verloor in de ijzige Brugse koude (2-1) en bleef (de eerdere 2-0-winst in Amsterdam ten spijt) roem- loos steken in de groepsfase van de Champions League. Vaker won Ajax wel: achtmaal lootte Ajax een Belgische tegenstan der, maar naast KV Mechelen was Anderlecht (net als Ajax de succes volle, chique, populaire en dus ook gehate club uit de hoofdstad... het schept een band) de enige die over twee wedstrijden gezien een keer sterker was (Europa League, najaar 2009). Vier jaar na het Mechelentrauma, op 4 maart 1992, reisde ik voor het eerst mee naar een Europese uitwed strijd van Ajax. Bij KAA Gent deed men zijn best om te beantwoorden aan alle Belgenclichés: de spelers door - voor eigen publiek - schuch ter en defensief te voetballen, de fans door vriendelijk en beleefd te zijn tegen de blafferige Hollandse bezoe kers. Het 'O, wat zijn die Belgen dom' was weer niet van de lucht. Ik weet nog dat ik me geneerde. Vermaelen, Vertonghen en Alderweireld lieten Nederland zien dat je bescheiden, vriendelijk en fat soenlijk kunt zijn, maar tegelijk zelf bewust. Dat je Belg en Ajacied tege lijk kunt zijn. Zouden ze weten dat het kittige clublied De Ajax-Marsch in 1918 werd gecomponeerd door de Belgi sche oorlogsvluchteling E. Painparé? Het lied werd vergeten en schalt pas sinds Ajax' eeuwfeest in 2000 voor elk thuisduel door het stadion. Dat de Belgen pas sindsdien hun stempel drukken op Ajax kan haast geen toe val zijn.

AJAX ARCHIEF

Ajax Life (vanaf 1994) | 2012 | | pagina 14