De pioniersjaren van Ronald Pieloor MARKANTE AJACIED Spelers en clubbestuurders van Ajax krijgen al de nodige aandacht in de media. De club historie herbergt echter meer markante per soonlijkheden. Ajax Life belicht ze. In deel 4: Ronald Pieloor, lid van de bestuursraad, maar toch vooral supporter. MARKANTE AJACIED 4 Q ajaxlife 27-09-2012 lü Inspraak Onderneming; Tribunedier in de bestuursraad DOOR MENNO POT 'Geen probleem, jongen.' Maar bij het Olympisch wisten die suppoosten natuurlijk van niks, dus ze namen alsnog alles in beslag, al wist ik mijn eigen vlag aan een stok van twee meter binnen te smokkelen door over Kopenhagen, in 2001als fan. Naar Real Madrid - Ajax gaat Pieloor als bestuursvertegenwoordiger. Amsterdam-Osdorp, eind jaren zestig. Ronald Pieloor voetbalde de hele dag 'op het landje, verderop'. Hij wijst in de richting; hij woont er tegenwoordig vlakbij. "We keken naar Ajaxhoogtepunten in Sport In Beeld, lazen de krantenverslagen en speelden dan de wedstrijd na. Maar we begonnen niet voordat we hadden bepaald wie Cruijff mocht zijn, wie Swart en wie Keizer. Soms kwamen we er niet uit. Dan werd er ook echt niet gespeeld." Zijn eerste Ajaxwedstrijd? "Maart 1970, Ajax - GVAV in het Olympisch Stadion. 3-0. Met mijn vader, die altijd een kwartier voor tijd weg wilde, omdat hij wilde zitten in de bus. Felle discussies, dat begrijp je." De eerste keer zonder volwassen begeleiding? "Augustus 1976, het Amsterdam 701-toernooi. Ik was zestien jaar, had net mijn eerste zaterdagbaantje. Die zomer kocht ik ook mijn eerste seizoenkaart." Jammer eigenlijk dat we Pieloor niet vaker dergelijke herinneringen horen ophalen. In plaats daarvan spitsen interviews met hem zich meestal toe op de explosieve relatie die hij als woordvoerder van de F-side had met opeenvolgende Ajaxbesturen, vooral in de jaren tachtig. Het laatste halfjaar vraagt iedereen natuurlijk naar zijn rol in Ajax' nieuwe bestuursraad. Zijn aantreden, in maart, was een historisch moment: een supporter 'met een verleden' in een bestuursfunctie, het was lang ondenkbaar. Ook in deze krant vertelde hij er uitgebreid over. "Ik moet zeggen: het is hartstikke leuk. Er wordt meer gelachen dan ik had verwacht. We kunnen als team nog groeien, maar vullen elkaar Ronald Pieloor, met zijn jongste zoon Dennis. Zijn eigen vader wilde altijd een kwartier voor tijd weg. de sluisjes naar binnen te gaan. Heel knullig, maar dat was mijn eerste overleg met het bestuur." Het groeide, ongeveer vanaf 1984, uit tot een overlegstructuur tussen fans en club. Pieloor werd gesprekspartner. "Vooral met het bestuur van voorzitter Ton Harmsen heb ik veel aan tafel gezeten. Harmsen en ik waardeerden elkaar wel: we waren allebei op onze eigen manier bot. Er hing altijd spanning, want het was toch supporter versus bobo, maar we hebben elkaar nooit naar het leven gestaan." Het is een wereld van verschil met het heden: de informele overlegstructuur heeft plaatsgemaakt voor een officieel vooroverleg over elke wedstrijd. Er bestaat een Supportersvereniging Ajax, een Ajax Supporters Delegatie (ASD), een afdeling Supporterszaken en wat al niet meer. "Er zijn supporters die vinden dat ze nog lang niet voldoende inspraak hebben. Dat begrijp ik ook wel. Maar ze mogen zich ook wel eens realiseren wat er al is bereikt. Kijk eens naar Engeland: daar hebben supporters helemaal niks in de melk te brokkelen. Stel bij een club als Manchester United maar eens voor om een supporter in het management toe te laten of periodiek te overleggen met fanatieke groepen. Dan denken ze dat je gek bent." Manchester United... de naam is gevallen. Pieloor was erbij toen de Engelse grootmacht in september 1976 naar Amsterdam kwam, gevolgd door vijfduizend uit de kluiten gewassen aanhangers. Een tweede voetballiefde was geboren. Hij reisde in de jaren tachtig met regelmaat naar Old Trafford en doet dat sinds een paar jaar opnieuw: hij deelt een seizoenkaart voor het 'echte' Man United, maar is ook lid geworden van FC United of Manchester, de fan owned club, opgericht uit protest tegen het beleid van de Amerikaanse United-eigenaren. "Ik ben bijna bij elke thuiswed strijd van Ajax, maar ga dit seizoen ook tien keer naar Manchester," zegt Pieloor, bestuursraadslid, maar toch vooral tribunedier. Aan het einde van het gesprek wil hij nog even de prachtige oude elftalfoto van Ajax uit de jaren zestig laten zien, die ingelijst aan de muur hangt. Hij reist nog altijd naar zo veel mogelijk Europese uitdu- els van Ajax. Gewoon, als supporter die zich een Europese voorrangsuit kaart heeft verworven. "Deze week hoorde ik dat als bestuursvertegenwoordiger naar Real Madrid - Ajax moet. Ik zei: 'Hartstikke leuk, maar ik wil wel mijn scanpunt ophalen, want straks raak ik mijn voorrang nog kwijt.'" goed aan. Er zijn clubmensen op me afgestapt die zeiden: 'We zagen je komst aanvankelijk niet zitten, maar we hebben je nu een paar keer meegemaakt en nu zijn we blij dat je er bent.' Leuk om te horen, al vraag ik me wel af welk beeld er dan precies bestond." Eén ding staat vast: het is een genot om met Ronald Pieloor over Ajax te praten. Over die pioniersjaren, kort voor 1980. "Voor het eerst naar een Europese uitwedstrijd. Lausanne. Je moet bedenken dat er niets geregeld was, dat Ticketbox niet bestond en dat je niets op internet kon opzoeken. Je moest treinmaatschappijen aanschrij ven: vragen naar hun dienstregelin gen. Het was een hele onderneming. Je ging maar gewoon, daar kwam het meestal op neer." Of neem de bekerfinale van 1979, tegen AZ '67 in het Olympisch Stadion. Het was de eerste keer dat Pieloor bij het bestuur aanklopte om iets te regelen namens de supporters. "We wilden de vakken S, SS,T en TT, achter het doel, omtoveren tot een zee van vlaggen. Maar vlaggen werden altijd in beslag genomen. Toen heb ik aangeklopt, na een wedstrijd in De Meer. Penningmeester Bartels kwam naar beneden, hoorde me aan en zei:

AJAX ARCHIEF

Ajax Life (vanaf 1994) | 2012 | | pagina 11