I NIET EERDER WAREN ZOVEEL SPELERS VAN ÉÉN BUITENLANDSE NATIONALITEIT GELIJKTIJDIG SELECTIESPELER BIJ AJAX IBIS Avonturiers uit Denemarken bij Ajax Voetbal is een wereldsport en Ajax een wereldclub. Elk land heeft wel iets met het Amsterdamse voetbalbolwerk: voetbal lers die Ajacied waren, plekken waar Ajax geschiedenis schreef. In 'Grenzeloos Ajax' brengt schrijver en Ajacied Menno Pot de Ajaxfactor van Europese landen in kaart. Aflevering 1Denemarken. mmm ■■M ajaxlife Aarden Toernee Geknakt GRENZELOOS AJAX 4 W 16-08-2012 X Deens dynamiet DOOR MENNO POT Ziedaar: het tijdschrift NUsport rap porteert over de 'Deense kolonie' bij Ajax. Met recht, want de A-selectie telt er dit seizoen vier: Christian Eriksen en Nicolai Boilesen kregen gezelschap van nieuwkomers Viktor Fischer en Lasse Schone. Niet eerder waren zoveel voet ballers van één buitenlandse natio naliteit gelijktijdig selectiespeler bij Ajax. Nog mooier: drie van de vier zijn jong en 'eigen', met dank aan John Steen Olsen, Ajax' Deense scout voor Scandinavië. Onderwijl werd Kenneth Perez vastgelegd als assistent-trainer bij de Al. Het totale aantal Denen dat in Ajax 1 speelde, is inmiddels 21. Geen ander Europees land heeft zo'n hoge score en ook het 'slagingsper centage' is hoog. Geen buitenland bracht zoveel Mokumse publiekslie velingen voort. Vanaf 1975 groeiden Frank Arne- sen en Soren Lerby (in Denemarken Aarnussen en Lerbu; in Amsterdam Arnésen en Lerbie) uit tot jonge sterren in De Meer. Het aandeel van Jesper Olsen in de legendari sche 8-2-zege op Feyenoord (1983) is zelfs bekend bij Ajacieden die toen nog niet waren geboren. De water- vlugge Jesper Gronkjaer besliste in zijn eentje de bekerfinale van 1999 tegen Fortuna Sittard (2-0). De gebroeders Laudrup, Perez; welke Ajaxsupporter heeft niet van ze genoten? Na elke ontbolsterde Deen vindt de volgende het weer een grotere eer om naar Ajax te gaan, zo lijkt het. Nog los van het feit dat de Nederlandse eredivisie voor spelers uit de Deense competitie een financiële stap voorwaarts betekent, het gedroomde eerste hoofdstuk van een buitenlandse loopbaan. Het kan geen toeval zijn dat Denen hier zo goed aarden. De soci aal-culturele overeenkomsten zijn gemakkelijk aanwijsbaar tussen de twee kleine, welvarende buurlanden van Duitsland. Beide landen kennen een traditie van maatschappelijke solidariteit, maar voeren tegelij kertijd de individuele vrijheid hoog in het vaandel: het Nederlandse gedoogbeleid voor softdrugs bestaat ook in de Kopenhaagse vrijstad Christiania. De overeenkomsten in volksaard kristalliseren uit op het voetbalveld. Flamboyante karakters zijn Neder landers en Denen zelden, maar hun voetballers zijn vaak creatievelin- gen, avonturiers, aanvallende den kers, die over de grens doorgaans goed hun draai vinden; omdat ze hun talen spreken, open staan voor nieuwe indrukken en gezegend lij ken met een welhaast nationaal bepaalde zelfverzekerdheid. Natuurlijk slaagden ze niet allemaal. In de eerste jaren onder trainer Louis van Gaal wisten de bescheiden Johnny Hansen en Dan Petersen geen basisplek te veroveren. Een jaar of zes later groeide Ole Tobiasen door eindeloos blessureleed uit tot een van de grootste pechvogels uit de clubhistorie. Michael Krohn-Dehli kwam, vertrok, keerde terug en vertrok weer, zonder echt te slagen. Sten Ziegler? Tom Sondergaard? Het grote publiek vergat ze. De vier Deense spelers van het huidige Ajax 1Christian Eriksen, Lasse Schone, Viktor Fischer en Nicolai Boilesen. id&U bravidü w O -c co 2 Q. Ajax werd in 2005 welkom geheten door de fans van Brondby IF. De oudste contacten tussen Ajax en Denemarken dateren van 93 jaar geleden. Ajax had al enkele interna tionale uitstapjes gemaakt (Oosten rijk, Parijs), maar niet eerder was sprake van zo'n uitgebreide tour nee als in juni 1919, door Zweden en Denemarken. In Kopenhagen speelde Ajax tegen twee lokale gele genheidsselecties, die overigens wel allebei te sterk bleken: 3-2 en 3-1. Die krachtsverhouding is nu anders. In de voedselketen van het voetbal staat Nederland boven Dene marken en Ajax boven de Deense clubs, wat dan weer allesbehalve wil zeggen dat Deense tegenstanders voor Ajax 'makkies' zijn. Opvallend genoeg stuitte Ajax pas in 2001 in officieel UEFA- verband op een Deense tegenstan der (FC Kopenhagen), iets dat in de jaren daarna nog tweemaal zou gebeuren: Brondby IF en nogmaals Kobenhavn. Driemaal leverde het uitduel in de Deense hoofdstad een tamelijk gunstige uitgangspositie op (gelijkspel of winst), maar in twee van de drie gevallen ging het vervol gens dramatisch mis in de Amster dam Arena. In 2001 leidde de onverwachte uitschakeling door Kopenhagen (0-1) het ontslag van trainer Co Adri- aanse in. In 2006 gaf Ajax (opnieuw tegen FCK) de 2-1-voorsprong uit de heenwedstrijd weg en viel de deur naar de Champions League in het slot na een tragische eigen goal van Thomas Vermaelen. Alleen Brondby werd, in de voorronde van de Cham pions League in 2005, uitgeschakeld: 3-1 winst in de Arena, zij het moei zaam en opnieuw na een 1-0-achter- stand. En toch: in weinig Europese landen bestaat zo veel ontzag en steun voor Ajax als in Denemarken. Het was dan ook groot nieuws toen in 1997 voor het eerst een Deen hoofdtrainer van de Amsterdamse club werd (Morten Olsen, de Franz Beckenbauer van zijn land) en het was zo mogelijk nog groter nieuws toen hij na anderhalf seizoen geknakt en gedesillusioneerd de Arena moest verlaten. De pres taties waren dat seizoen slecht. De gebroeders De Boer torpedeerden Olsen om een vertrek naar Barce lona te forceren, een actie waarover ze later spijt zouden betuigen. Olsens tweede seizoen markeerde het begin van een ramptijd voor Ajax, waardoor je haast zou verge ten dat hij Ajax eerst met historische overmacht kampioen van Nederland maakte: meer punten, meer goals en minder tegengoals dan in Louis van Gaals beste seizoen, en daar kwam de spetterende 5-0 in de bekerfinale tegen PSV nog overheen. Het was het Ajax van Michael Laudrup en Ole Tobiasen, vóór zijn blessure; het was 1997/1998 en het Danish Dyna mite ontplofte.

AJAX ARCHIEF

Ajax Life (vanaf 1994) | 2012 | | pagina 14