13
'AJAX IS GEEN GEZELLIG
HEIDSVERENIGING, MAAR
EEN VOETBALSCHOOL
WAAR HARD GEWERKT'
Dick de Groot karakteriseert de jeugdopleiding
ajaxlife
Sterspelers en club
bestuurders, ze krij
gen de nodige aan
dacht in de media.
Ajax herbergt ech
ter meer markante
Ajacieden. Ajax Life
belicht ze. In deel
1oud-jeugdtrainer
Dick de Groot.
r«v.
O
Karakter
Scout
MARKANTE AJACIED
16-08-2012
Enthousiasme met
een ijzeren discipline
DOOR MIKE VAN DAMME
Hij was eigenlijk al trainer in ruste.
Dick de Groot nam in 2007 afscheid
van de jeugdopleiding van Ajax, na
32 jaar dienst. Maar in januari 2011
stond hij 'ineens' weer op de velden
op De Toekomst; een maand nadat hij
ook al was toegetreden tot de leden
raad van Ajax, als een van de Cruijff-
adepten. Een bijna zeventigjarige
man, met het enthousiasme van een
beginnende trainer. Alsof hij die vier
jaar niet was weggeweest. Alsof het
zelfs nog 1975 was.
De Groot kreeg de A2 toegewe
zen. Door de promotie van Frank
de Boer tot hoofdtrainer moest na
wat geschuif met poppetjes alsnog
een gaatje worden opgevuld in de
jeugdopleiding. En bij wie kon de
Ajaxdirectie beter zijn voor een tijde
lijke vervanger dan bij de man die de
jeugdopleiding hielp mee opbouwen?
Dick de Groot werd geboren op
13 juli 1941 in Watergraafsmeer. Was
jeugdspeler van Ajax, maar wist het
eerste elftal nooit te halen, in tegen
stelling tot redelijk wat van zijn latere
pupillen. Een kort avontuur bij Volen-
dam leverde ook weinig vreugde op.
In 1975 tekende De Groot zijn
eerste contract als jeugdtrainer. Meer
dan zeshonderd - misschien acht
honderd - gulden zou hij niet gaan
verdienen per maand. Zijn baan als
inkoper bij een wijnhandelaar zegde
hij derhalve maar niet op.
Maar 1975 was niet het begin.
Het was al eind jaren zestig dat Bob
Haarms - de rechterhand van Rinus
Dick de Groot in 1989.
Michels - De Groot vroeg om mee
te helpen de B-junioren te trainen.
Het was 'liefdewerk oud papier'. Waar
Michels het eerste elftal professiona
liseerde, daar was de jeugdopleiding
nog letterlijk amateuristisch en heer-
De trainers in de jeugdopleiding van Ajax in 1977 (v.l.n.r.): Herman Wijnands, Dick de
Groot, Cees Groot en Jan van Daal.
lijk overzichtelijk: kantinebeheerder
Carel Kamlag trainde de jongste
jeugd, Haarms de oudste jeugd. Een
extra paar handen, voeten en ogen
kon geen kwaad.
Zou je een korte karakterschets van
de jeugdopleiding maken, dan zou
je het ook zomaar over De Groot
zelf kunnen hebben: veeleisend,
gedisciplineerd, maar de vreugde van
het spel niet uit het oog verliezend.
Geheel toevallig is die gelijkenis
ook niet. Zonder te stellen dat De
Groot het karakter van de
jeugdopleiding heeft bepaald
- Haarms werd ook niet voor
niets de Goede Beul genoemd
- de Amsterdammer had er
zeker wel zijn invloed op.
In een interview met het
Ajax Clubnieuws legde De
Groot in 1977 zijn werkwijze
en visie uit. Hij noemde
zichzelf een man van ijzeren
discipline. Plezier maken mocht, maar
talenten moesten zich wel beseffen
dat ze bij Ajax speelden, en niet bij
een amateurclub. We citeren uit het
interview: "Het zal ook zonder meer
waar zijn dat het voor de jeugd bij Ajax
soms minder gezellig is dan bij andere
verenigingen, maar ik zei al eerder:
Ajax is geen gezelligheidsvereniging,
maar een voetbalschool waar hard
wordt gewerkt aan de ontwikkeling
van nieuw jeugdig talent."
Zwaaide de ene jonge Ajacied
naar zijn moeder bij het betreden van
het veld en gaf de ander zijn vader een
hand? De Groot stuurde het hele team
linea recta terug naar de kleedkamer
voor een flinke preek. Want, zo vond
hij, de focus voor een wedstrijd begint
al voordat het balletje rolt.
De Groot maakte de gehele profes
sionalisering van het jeugdvoetbal
bij Ajax van dichtbij mee. Hij begon,
zoals gezegd, in de tijd dat de kanti
nebeheerder ook trainer was. Hij was
een van de eersten binnen de club die
als jeugdtrainer een contract tekende,
hij zag in Jan van Daal in 1977 een
heuse hoofd opleidingen komen - een
jaar later opgevolgd door Leo Been
hakker - en zag het trainersgilde lang
zaam uitgebreid worden.
Lange tijd waren de jeugdtrainers
van Ajax ook hun eigen scout. Viel
een tegenstandertje op, kon De
Groot gerust zelf contact leggen. De
kennismaking van een talent met
het bestuur van Ajax was slechts een
formaliteit: als De Groot een speler
wilde, kwam hij.
Zo kon het gebeuren dat de
trainer begin jaren tachtig tijdens
een toernooi in Culemborg in
aanraking kwam met een klein ventje
die luisterde naar de naam Gerald
Vanenburg. Een paar gesprekken later
maakte het talent de overstap naar
Ajax. Niet heel anders ging het met
Frank Rijkaard, Wim Kieft en
de gebroeders De Boer, om
wat namen te noemen.
Niet het geld dat hij
verdiende, maar de
waardering van zijn oud
pupillen was de mooiste
beloning die De Groot kon
krijgen, en nog steeds kan
krijgen. En die waardering
is er. Slecht wordt er door
zijn oud-pupillen niet over hem
gesproken. Dennis Bergkamp
nodigde zijn oude trainer zelfs als vip
uit (samen met Bob Haarms) voor
zijn afscheidswedstrijd in 2006.
Eigenlijk zei zijn korte rentree in
2011 al genoeg over waardering, na
bijna vier jaar afwezigheid: Ajax had
iemand nodig, en dacht nog steeds
aan De Groot. Net als in 1975.