A,
13
Sporen van Ajax
■JHhhhhi
In de serie Sporen
van Ajax zoekt
Ajacied en schrijver
Menno Pot
plekken op die een
Ajaxverhaal hebben
te vertellen. Soms
zijn de sporen nog
zichtbaar, soms
ook niet. In deel 7:
De Meer.
MM
ajaxlife
Bebouwing;
Uitpuilend
Fortificaties
Jm
HISTORIE
22-04-2011
Meer verdiend
DOOR MENNO POT
Het café aan de Middenweg heet nog
altijd met recht Meerzicht, al kijkt
het tegenwoordig niet meer uit op
stadion De Meer maar op Park De
Meer, het nieuwbouwwijkje dat nu
op de heilige grond van Ajax staat. In
2002 werd het officieel opgeleverd.
De eerste bewoners kregen een
voetbal en een Ajaxgeschiedenisboek
cadeau.
Er is hier wel enigszins gepoogd
de geschiedenis te eren: overal
verwijzingen naar voetbal en
Ajax. Vanaf de tramhalte aan de
Middenweg steken we de houten
Johan Cruijffbrug over en lopen
we een straat in die Esplanade De
Meer heet. Verderop in het wijkje
is een tochtig plein dat je als een
Ajaxmonument kunt beschouwen:
waar ooit de middenstip van De
Meer was, steekt de bovenste helft
van een betonnen kogel uit de
bestrating (naar het schijnt niet
helemaal op de goede plek). Op
de zijkant van een flatgebouw zijn
toegangsborden van tribunevakken
uit De Meer bevestigd.
Toch word ik altijd verdrietig van
Park De Meer. Het had mooier
gemoeten. Had men de hoofdingang
van het stadion niet kunnen
integreren in een nieuwbouwpand?
Had er niet een monument gemaakt
kunnen worden van een authentiek
stuk tribune? De sporen van Ajax in
Park De Meer zijn geen echte sporen,
maar nieuwe herdenkingstekens. In
Vinexstijl.
Stadion De Meer, gefotografeerd vanaf de Middenweg, werd in 1934 neergezet voor driehonderdduizend gulden.
Vijftien jaar na de laatste
Ajaxwedstrijd in De Meer (28
april 1996, kampioenswedstrijd
tegen Willem II, 5-1) kan ik er
nog altijd niet aan wennen dat het
stadion er niet meer staat, en komt
het me nog altijd vreemd voor
dat de bebouwing nu tot aan de
Middenweg reikt, terwijl het stadion
verder naar achteren lag, achter het
trainingsveld.
Hoe kan ik hier ooit voldoende
recht doen aan de geschiedenis van
het stadion waar Ajax voetbalde
tussen 1934 en 1996; waar Sjaak
Swart, Johan Cruijff, Marco van
Basten, Dennis Bergkamp en
talloze anderen voor het eerst hun
kunsten aan hun thuispubliek
toonden en waar Ajax in 62 jaar 21
landskampioenschappen bij elkaar
voetbalde, evenveel als PSV in 98 en
zeven meer dan Feyenoord in 102
jaren?
Er is geen beginnen aan, zelfs niet
wanneer je je tot het voetbal beperkt
en andere intrigerende historische
feiten onvermeld laat. Goed,
eentje dan. In 1940 was De Meer
troepenkwartier voor militairen van
twee verschillende nationaliteiten:
tót 10 mei sliepen er Nederlanders,
daarna kortstondig Duitsers.
Het besluit om het 'Houten Stadion'
aan de Middenweg 86 te verruilen
voor een groter, moderner stadion
viel in 1931. In de loop der jaren
waren tribunes bijgebouwd en
uitgebreid, maar het ging niet meer:
de belangstelling voor Ajax werd te
groot. Op 11 november 1934 tegen
Feyenoord (4-0), dreigde zelfs even
een noodsituatie op de uitpuilende
tribunes.
Ajax moest verder, maar het was
crisis en dus moest het goedkoop
blijven: driehonderdduizend
gulden, maximaal. Architect Daan
Roodenburgh ontwierp een stijlvolle
accommodatie - rechte lijnen, hoge
ramen - met een capaciteit van
22.000 plaatsen.
Het Ajaxstadion, zoals het simpelweg
heette (de bijnaam De Meer raakte
pas later in zwang), moest verrijzen
aan het vrijwel onbebouwde stuk
Middenweg richting Diemen, daar
waar de Hoeve Voorland stond.
Huisnummer: 325. In de nieuwe
situatie zou dat 401 worden.
In februari 1934 werd de hoeve
gesloopt en begon de bouw. Nog
datzelfde jaar, op 9 december 1934,
werd het stadion - opgetrokken uit
ijzer, beton en vooral baksteen -
ingewijd met een vriendschappelijke
wedstrijd tegen het Franse Stade
Franpais (5-1).
Er zou in 62 jaar veel veranderen.
In 1939 werd het stadion uitgebreid
met velden voor de jeugdelftallen:
Voorland. In 1965 werd de lange
zittribune tegenover de eretribune
overdekt, in 1971 kwamen er
lichtmasten, in 1984 kregen de
staantribunes achter de doelen een
overkapping en in 1986 verschenen
skyboxen onder het eretribunedak.
De laatste grote ingreep volgde na de
Uefa-Cupwedstrijd tussen Ajax en
Austria Wien (27 september 1989),
de laatste van in totaal zeventien
Europese thuiswedstrijden die in De
Meer werden gespeeld (tussen 1977
en 1989, meestal de wat minder
aansprekende). De Oostenrijkse
keeper Franz Wohlfahrt werd vanuit
het vak van de F-side geraakt
door een losgerukte ijzeren staaf.
Ajax werd een jaar uitgesloten van
Europees voetbal, en in de weken
daarna veranderden de staantribunes
aan stads- en Diemenzijde in
fortificaties van gaas, prikkeldraad en
loopsleuven tussen lagen hekwerk,
die de capaciteit (ooit 29.500)
terugbrachten tot maximaal 19.000.
Voortschrijdend wangedrag en
geweld, ook dat hoort bij het
verhaal van De Meer. De eerste
grote supportersrellen vielen te
noteren op 24 oktober 1976, tijdens
Ajax - FC Utrecht. Amper een
maand na het 'staafincident' werd
een nieuw dieptepunt bereikt, toen
Feyenoordsupporters een spijkerbom
in het aangrenzende vak P gooiden,
die veertien mensen verwondde.
"Ons stadion is anno 1989 niet
meer geschikt om betaald voetbal
in te spelen," concludeerde
Ajaxbestuurslid Arie van Os. Het
was het begin van het einde voor
De Meer, al was naast veiligheid
ook commercie een reden om te
vertrekken.
In 1996 was het zo ver. Ja, ik heb
gehuild. De beelden van de sloop
heb ik nooit willen zien.
Stadion
Amsterdamsche
Amstelveen
Alleen de namen van straten, pleinen en bruggen doen nog aan Ajax denken. Het stadion is geheel verdwenen.