HET MIDDENVOETSBEENTJE
a
C
Talent van toen
Stibbe stipt aan
"^1 LIJF LEVEN 4
ajaxlife 15-10-2010 lü
profvoetbal na een liesblessure. Al
iaren trainer bi) DEM..
Paul Bijvank had Piet Keizer
voor zich en werd verkocht
aan Volendam, waar hij vier
seizoenen in het eerste speelde.
Moest echter gedwongen stoppen
door een tegensputterende
knie. Is nu deurwaarder voor de
belastingdienst. Hannie Das
schopte het niet tot het eerste,
Mensenkennis
De jeugdopleiding van Ajax
is meer dan alleen een
voetbalschool. Wat hebben
voormalige talenten die
niet doorbraken nu nog
aan hun tijd op Voorland
of De Toekomst? In deel 6:
deurwaarder Paul Bijvank.
Otto Stibbe was van 1982 tot 1987 clubarts bij Ajax, en
tegenwoordig orthopedisch chirurg in de Orthopedie Kliniek
en Meander Medisch Centrum. Dit seizoen behandelt hij in
Ajax Life typische voetbalblessures. In deel 6: het gebroken
middenvoetsbeentje.
IN AJAX LIFE 7:
REVALIDATIE NA KRAAKBEENCHIRURGIE
"De reden dat ik wegging bij
Ajax? Hans Kraay. Ik had al een
gevoel dat het niet ging lukken. Bij
Kraay was snel duidelijk dat hij de
bezem erdoor wilde halen. Na vier
jaar met wisselend succes bij FC
Volendam - het eerste, reserve, het
tweede - ging ik vervolgens naar
de amateurs. Uiteindelijk scheurde
ik mijn kruisbanden, toen moest ik
stoppen."
"Na mijn dienstperiode ging ik
bij de belastingdienst werken, via
mijn vader, die als deurwaarder in
Amsterdam werkte. De binnendienst
was niets voor mij. Ik moest naar
buiten, mensen om me heen
hebben. Nu ben ik deurwaarder
bij de rijksbelastingdienst in het
centrum van Amsterdam. Ik doe
alles lopend en met het openbaar
vervoer."
"Ik vind het leuk werk. Dat klinkt
raar, omdat mensen denken dat je
altijd de boeman bent. Vaak is dat
niet zo. Het gros kent me, omdat
ik er elke twee, drie maanden kom.
Er is een hele categorie die het juist
prettig vindt als er eens iemand
komt die ze met de neus op de
feiten drukt. In dertig jaar heb ik
bijna nooit ellende gehad.
Paul Bijvank (55) was van 1965 tot 1976 actief bij Ajax.
Het is maar net hoe je het aanpakt.
Als ik bij een advocaat kom, stel ik
me anders op dan bij jan-met-de-
pet. Zeker bij diegenen bij wie ik
vaker kom. Dan zeg ik: 'Eikel, nou
ben ik er weer. Zorg nou eens dat je
je zaakjes op orde hebt.'
Als mensen me niet
binnenlaten, is mijn tong
mijn wapen. Uiteindelijk
kom ik overal binnen.
Mensen realiseren dat
als ze me eruit schoppen,
ik over een halfuur terug
ben met de politie. Dan
hebben ze veel meer
ellende."
"Met Ajax ben ik vaak
naar het buitenland
geweest. Frankrijk,
Polen, Italië... Daar doe je
mensenkennis op. Je gaat met
handen en voeten praten, je
talenkennis groeit en daar heb ik
baat bij gehad. Het verruimt ook je
blik, het doet je beseffen hoe goed
je het thuis hebt als je bijvoorbeeld
eens achter het IJzeren Gordijn
kwam."
"Ik heb heel veel mensen leren
kennen via de voetbalwereld. Soms
moet ik zeggen: 'Daar ga ik niet
naartoe, die ken ik te goed.' Dan
vraag ik of een collega gaat. Beter,
want ik kan het nooit goed doen.
Of voor mijn baas niet, of voor
diegene die ik ken niet. Als ik ergens
wat ga drinken, dan kan ik niet de
maandag erna zeggen: 'Ik krijg nog
geld van je.' Gouden regel: tenten
met belastingschulden, daar kom ik
privé niet."
"Onder George Knobel mocht ik
met het eerste meetrainen. Iedereen
stond met die mooie bolides bij De
Meer en ik met mijn Puch met dat
hoge stuur. Ik viel nooit in, ook niet
als we 4-0 voor stonden. Toen ben ik
in het tweede gaan voetballen, zodat
ik het atheneum af kon maken. Er
liepen wel namen als Cruijff, Keizer,
Neeskens, hè. En als ik kritisch ben
had ik misschien niet de allerbeste
mentaliteit. Bob Haarms heeft
me nog wel eens apart genomen:
'Klootzak, wat heb ik nou weer
gehoord?' Die wist alles. Dan was ik
op stap geweest, was ik gespot en de
volgende dag wist hij het."
"Heel af en toe kom ik nog bij Ajax.
Dan vind ik het vooral leuk om de
bestuurskamer in te gaan. Niet voor
alle dikke jongens, maar omdat je
dan die oude bekenden tegenkomt.
belastingschulden,
privé niet'
'Tenten met
daar kom ik
DOOR MICHIEL BOUWMAN
Nu doe ik zelf niets meer in het
voetbal. Ik heb ook nooit die
ambitie gehad."
De WK-kwartfinalewedstrijd
tussen Uruguay en Ghana was het
laatste duel dat Nicolas Lodeiro in
actie kwam. De Ajacied brak een
van zijn middenvoetsbeentjes. Na
drie maanden revalideren deed de
Uruguayaan op maandag 4 oktober
voor het eerst weer mee met de
groepstraining bij Ajax.
De middenvelder was het slachtoffer
van een blessure die vaker bij
voetballers voorkomt. "Meestal is een
breuk in het middenvoetsbeentje een
gevolg van een enkelverzwikking,"
stelt Otto Stibbe. "Hierbij trekt
de pees aan de buitenzijde van de
voet aan een stukje bot van het
middenvoetsbeentje, ter hoogte van
de kleine teen. Het is dus belangrijk
om na een verstuiking van de enkel
goed op te letten of er lokale pijn
is over dit botje. Een röntgenfoto
kan uitsluitsel brengen of er iets is
gebroken."
Bij een breuk in het
middenvoetsbeentje wordt de voet
meestal ingetapet, en is een speler
gemiddeld vier tot zes weken uit
de running. Met de minder vaak
voorkomende Jonesfractuur is een
speler echter langer zoet. Stibbe:
"Een Jonesfractuur is een botbreuk
van het middenvoetsbeentje van de
kleine teen. Deze blessure heeft een
langere herstelperiode, van soms wel
drie maanden. Er is namelijk een
relatief grotere kans op vertraagde
genezing en op een nieuwe breuk.
Dit komt omdat deze breuk wat meer
ter hoogte van het midden van het
bot is gelegen en de bloedvoorziening
daar minder is. Om die reden wordt
deze fractuur soms geopereerd.
Hierbij wordt dan een schroef over
de breuk ingebracht. Het nut van een
operatie dient door de risico's altijd
eerst goed te worden afgewogen."
Kan de genezing van het bot
worden versneld? "De natuur
laat zich maar beperkt foppen,"
aldus Stibbe. "Er zijn diverse
experimentele behandelingen.
Een voorbeeld is een speciale
schokgolftherapie. Een andere,
nu erg in de belangstelling, is de
zogenoemde Frankensteinmethode.
Deze kwam in de publiciteit rond
een middenvoetsbreuk van Arjen
Robben. Hierbij wordt eigen
bloed afgenomen en gefilterd. In
dit concentraat zitten dan sterke
genezingscellen, die ter hoogte van
de breuk worden ingespoten. Er is
echter nooit aangetoond dat dit echt
tot snellere botgenezing leidt. Of je
dan moet gaan experimenteren met
topsporters is zeer de vraag."
Voor wat betreft het herstel is Stibbe
dan ook duidelijk: "Neem de tijd
voor het herstel en doe dit altijd
in goed overleg met de dokter en
fysiotherapeut."
www.orthopedie-kliniek.nl
www.meandermedischcentrum.nl