15
Dagboek van een Ajacied in Madrid
Bealmadrid
Na vijf seizoenen
afwezigheid maakte
Ajax tegen Real
Madrid zijn rentree
in de Champions
League. Onze eigen
re(sup)porter was in
Bernabéu en hield
een dagboek bij.
ajaxlife
Donderdag; 16 september
Dinsdag; 14 september
Woensdag: 15 september
FANZONE
24-09-2010
Welkom terug in
de Champions League
t v-vcy g$
amstJ
verprutst, maar na 31 minuten is
het duel alsnog beslist als Real op
voorsprong komt.
De Ajaxfans klappen nog maar één
keer: als Maarten Stekelenburg na
afloop het uitvak dankt voor de
steun. Onze doelman voorkomt een
megascore voor Real. Een applaus
is dan het minste dat hij verdient.
Dankzij Stekelenburg blijft het bij
2-0.
We duiken na het verlaten van
Bernabéu wederom het nachtleven
van Madrid in en beleven net zo'n
kansloze avond als Ajax, maar
hebben er wel veel meer plezier van.
In de metro achterhalen we in ons
beste Spaans een pijnlijke kop in de
krant 20minutos: Real benut slechts
twee van de 36 doelpogingen.
Daarboven staat een foto van
juichende spelers. Het doet ons
opnieuw beseffen dat het allemaal
nog veel erger had kunnen zijn.
Misschien is dat de reden dat we
amper nog over de wedstrijd praten.
Gelukkig vouwt de Spaanse haar
krant snel weer op.
We ontbijten in de stad en drinken
een kop koffie op een terras terwijl
we bijkomen van een korte nacht.
Na een flinke regenbui 's ochtends
breekt in Madrid toch nog even de
zon door. Hopelijk geldt voor Ajax
later in de groepsfase hetzelfde.
Met de gedachte dat vijftien punten
uit zes duels alsnog genoeg is om
door te gaan in de Champions
League, stappen we in het vliegtuig
terug naar Amsterdam. Dit
sarcasme houdt Ajacieden in tijden
van tegenspoed op de been. Want
als Ajax toch wordt afgedroogd,
dan liever in Bernabéu dan in het
Gelredome of Abe Lenstra Stadion,
zoals we twee seizoenen terug nog
mochten ervaren.
DOOR KEVIN VAN NUNEN
Een pluspunt van het spelen van
Champions League is dat Ajax grote
steden aandoet. We hoeven niet op
de kaart te zoeken naar Timisoara,
maar reizen af naar Madrid. Daar
komt bij dat wij door direct te
boeken na bekendmaking van de
speeldata vanaf Schiphol vertrekken
en niet eerst midden in de nacht
naar Dortmund of Keulen hoeven te
rijden voor een betaalbare vlucht.
We kunnen net even die twee
belangrijke extra uurtjes slapen.
Rond 7.30 uur druppelen we binnen
op Schiphol. We zijn in eerste
instantie met z'n vieren, woensdag
komen er nog eens drie Ajacieden
van onze groep richting Spanje. Het
is aan ons de stad vast te verkennen.
Naast foto's maken op hét plein in
Madrid, Plaza Mayor, mogen we
exact twee minuten kijken in het
stadion van Rayo Vallecano. Die
avond zijn we tijdens de training
van Ajax alvast in het stadion waar
we écht voor komen: El Estadio
Santiago Bernabéu. De tribunes zijn
steil en over zes lagen verdeeld. Snel
pakken we onze fotocamera's.
De training is verder niet heel
spannend, maar er zijn tweehonderd
Ajacieden die de moeite nemen
te komen kijken. Dat zijn al
De meeste Ajaxsupporters verzamelden zich in het hart van Madrid, Sol.
op na een paar slechte passes van
Demy de Zeeuw. Reden tot 'lachen'
hebben we slechts als Cristiano
Ronaldo weer eens een grote kans
De twaalfhonderd Ajaxsupporters wachten nog vol hoop op de aftrap van Real Madrid - Ajax.
meer supporters dan tijdens de
wedstrijden tegen Paok Saloniki
en Dinamo Kiev in het uitvak.
Er hangt een melige sfeer op de
tribune, zeker als een knappe
tv-presentatrice wordt gespot. De
blondine trekt zich van het gefluit
verder weinig aan.
Na een halfuurtje geloven we het
wel en verlaten we Bernabéu weer.
We gaan tapas eten, de tweede helft
van Barcelona - Panathinaikos
kijken en wagen ons in een
discotheek.
We worden wakker om een uur
of negen en er is vrijwel direct
telefoon. Paniek. Op het vliegticket
van Menno staat niet zijn doopnaam
Menhard, maar zijn roepnaam en
Ryanair laat hem niet toe op de
vlucht van Brussel naar Spanje. Het
overkomt nog vier andere Ajacieden.
Uiteindelijk weet Menno een ticket
te regelen bij Iberia en vliegt hij
alsnog vanuit Amsterdam naar
Madrid. Hetzelfde geldt voor twee
andere supporters die in België zijn
geweigerd. De overige Ajacieden
hebben daar geen weet van en
verzamelen zich op Plaza Mayor en
Sol, het hart van Madrid. Er wordt
gevoetbald en meer dan eens eindigt
de bal in de fontein. Twee uur voor
de wedstrijd schudden we Menno
de hand terwijl we ons te goed
doen aan voetbalgroenten bij de
McDonald's. Vrijwel direct daarna
vertrekken we richting het stadion.
Wedstrijdspanning is amper
voelbaar, ook niet als we in de
metro de haltes naar Santiago
Bernabéu aftellen. Onze
voorspellingen - 0-0, 1-1 en'alles
is mogelijk' worden genoemd - zijn
stiekem een beetje optimistisch.
We weten al dat Ajax zonder Luis
Suarez en Jan Vertonghen voor een
vrijwel onmogelijke opgave staat.
Ook op het vak neemt de spanning
niet echt toe. We hopen slechts dat
Ajax de nul houdt. Een kwartier,
of beter nog: een halfuur. Wat is
mogelijk als Real voor rust niet
scoort? Ondertussen klappen we als
tennisser en Realfan Rafael Nadal
wordt gehuldigd na het winnen van
de US Open.
Dan volgt de opkomst van de
spelers en het moment waar
iedereen zo naar uitkijkt. De een
neuriet mee, de ander fluit of sist.
De hymne van de Champions
League hoorden we al voor de
wedstrijden tegen Kiev, maar
nu klinken de violen voor het
echie. Opnieuw klappen de ruim
twaalfhonderd meegereisde fans.
Dit keer niet uit beleefdheid voor
Real en Nadal, maar van blijdschap,
trots en opluchting: Ajax is terug in
de Champions League!
Die opluchting is rap verdwenen
als Real ons met de werkelijkheid
confronteert. Ajax staat vanaf de
eerste minuut met de rug tegen
de muur. Het uitvak windt zich