=1
100 jaar Ajax' trainers, van Kirwan tot Jol
'VAN KOL WAS STRENG,
KORTAF. OOK TEGEN DIE
KLEINE JONGETJES'
Volgend jaar zomer is het honderd jaar
geleden dat Ajax zijn eerste hoofdtrainer
aanstelde. Ajax Life blikt terug op het
rijke en soms turbulente verleden in de
dug-out. Dit keer de coaches tijdens de
Tweede Wereldoorlog.
V
ajaxlife
Liefhebbers
1910
1920
1930
194)
1950
1960
1970
1980
1990
2000
2010
HISTORIE
17-09-2009
Oorlog of niet,
presteren blijft belangrijk
DOOR MIKE VAN DAMME
Ajax speelt in 1940 in een
noodcompetitie, en mist enkele
spelers die zijn opgeroepen voor
het leger. Het veertigjarig bestaan
van de club, op 18 maart, wordt
sober gevierd, en door de 'benarde
tijdsomstandigheden' wordt het
reünistendiner afgelast. Maar
ondanks de dreiging van een oorlog
gaat het leven bij Ajax in die eerste
maanden gewoon door. In het
clubblad wordt gemopperd over
het slechte spel en de zesde plaats
in de noodcompetitie, trainer Jack
Reynolds blijft zijn tactische tips
op papier zetten (dit keer heten ze
'Technische Wenken') en de redactie
verwacht eind april een maand later
gewoon de volgende editie van het
Ajaxnieuws te kunnen publiceren.
Uiteindelijk verschijnt het
eerstvolgende clubblad pas eind
september. En de wereld ziet er
dan geheel anders uit: de Tweede
Wereldoorlog heeft Nederland
bereikt, Reynolds is door zijn
Engelse nationaliteit door de
Duitsers opgepakt en in een
werkkamp gezet, het Stadion wordt
deels door de Wehrmacht gebruikt
om soldaten te kwartieren, en Ajax
ziet de noodzaak de entreeprijzen
flink te verlagen.
De wereld mag in vuur en vlam
staan, de sportieve prestaties blijven
Wim Volkers, de penningmeester die
ineens trainer werd.
voor de clubmensen 'gewoon'
van evident belang. Omdat de
noodcompetitie is opgeheven en
daardoor promotie en degradatie
weer mogelijk zijn - en door de
mogelijke komst van de hoofdklasse
- worden de trainingen vlak na het
uitbreken van de oorlog hervat. De
eerste maanden wordt Reynolds
vervangen door Ajax-lid en
leraar lichamelijke opvoeding
Jan Distelbrink.
Als duidelijk wordt dat good old
Jack niet snel zal terugkeren, gaat
Ajax op zoek naar een opvolger.
Het bestuur komt uit bij de
Hongaar Vilmos Halpern, een
goede bekende in het Nederlandse
voetbal. De eenmalige Hongaarse
international - tegen Italië breekt
hij zijn enkel op vier plaatsen -
heeft eerder Roermond, Juliana,
HSC enVUC getraind. 'Hij mag
zeker in staat worden geacht onze
vereeniging weder aan de spits
van het Nederlandsche voetbal te
brengen', schrijft tweede secretaris
Jan Schubert in het Ajaxnieuws.
Halpern neemt de gelegenheid
zijn visie toe te lichten in het
clubblad, en kondigt een verjonging
van het eerste elftal aan. 'Het
roemvolle elftal is achteruitgegaan,
want verschillende spelers gaan
langzamerhand tot de
„oudjes" behooren. Om
te beginnen zal het dus
mijn taak zijn, een nieuwe
generatie op te kweeken,
een generatie van spelers,
die er voor moeten zorgen,
dat Ajax haar grooten
naam zal handhaven.' De
trainer vraagt van zijn
spelers 'geestdrift', 'vechtlust' en
'kameraadschap' en vraagt aan
de lezer het 'artikeltje tot later te
bewaren'. Oftewel: Hapern vraagt de
tijd om zijn verjongingskuur om te
zetten in sportieve successen.
In werkelijkheid treedt Ajax
nagenoeg met hetzelfde team als
een jaar eerder aan (op de gestopte
Wim Anderiesen en Piet van Reenen
na). Mede omdat niet Halpern,
maar een elftalcommissie (al jaren)
de opstelling maakt. De trainer heeft
slechts een adviserende rol.
Het eerste elftal in het seizoen 1940/1941
Zo ging dat bij Reynolds, zo gaat
het dus ook bij Halpern.
De visies van Reynolds en Halpern
verschillen amper van elkaar. De
Hongaar, die de rubriek 'Technische
Wenken' overneemt, stelt net als
zijn voorganger dat spelers eikaars
positie moeten overnemen, en dat
dribbelen uit den boze is. Voetbal is
een teamsport, met het motto 'Alle
elf als één man'.
Halpern vraagt om tijd, maar
vertrekt zelf al na een teleurstellend
seizoen, waarin Ajax na een
inhaalslag nog als tweede eindigt.
Doordat er geen einde aan de oorlog
lijkt te komen, keert de Hongaar
terug naar zijn vaderland. De sfeer in
Nederland wordt steeds grimmiger,
en als het seizoen 1941/1942 begint,
mogen joden zich niet meer langer
laten zien op sportaccommodaties.
Binnen Ajax zijn dan ook grotere
zorgen dan het aanstellen van een
nieuwe trainer. Penningmeester Wim
Volkers en bestuurscommissaris Arie
de Wit nemen een seizoen lang de
trainingen over.
Volkers (later nog voorzitter van
Ajax) is oud-international, De
Wit heeft het als voetballer nooit
verder geschopt dan Ajax 3. "Zij
waren echte liefhebbers, werden
ook niet door de club betaald,"
met helemaal rechts trainer Vilmos Halpern.
herinnert Ajax-archivaris Wim
Schoevaart, zelf jarenlang lid van
de elftalcommissie, zich. "Trainen
was in die tijd al moeilijk, dat kon
alleen nog in de zaal. Het ging dan
ook op en neer dat seizoen."
En het eindigt met 'neer'. Ajax
wordt zesde, en ondanks de zware
tijd doet dat bij de clubmensen
pijn. Zo staat in het clubblad na
de mededeling dat Ajax zesde is
geëindigd: 'Dat is lang niet mooi
meer en arme oude Jack moet,
toen deze cijfers onder zijn oogen
kwamen, stiekum een traan hebben
weggepinkt.'
In de zomer van 1942 kan Ajax
weer over een echte trainer
beschikken, en voor het eerst wordt
een contract gesloten met een
Nederlander. Oud-Ajacied Dolf
van Kol keert na wat andere clubs
in en rondom Amsterdam
te hebben getraind, terug
op het oude nest. Aan de
slechte prestaties verandert
echter niet veel. Van Kol,
ook verantwoordelijk voor de
training van de jeugd, doet
het zeer slecht. De A-junioren
krijgen er in het clubblad zelfs
van langs. 'We kunnen ons
niet herinneren, dat ons elftal ooit
zoo laag op de ranglijst genoteerd
stond. Schande, jongens!'
Tegen dat licht mag het ook een
mirakel worden genoemd dat Van
Kol aan mag blijven als trainer.
Al wint hij met het eerste elftal
de NVB-beker, door in de finale
DFC met 3-2 te verslaan. "Hij was
een goede voetballer, en kon net
als Reynolds de oefeningen goed
voordoen," aldus Schoevaart. "Maar
hij was streng, heel streng. Reynolds
was een soort vaderfiguur voor veel
1927 t/m 1928
Stanley Castle (ENG)
Kampioen eerste klasse: 1927, 1928
1925 t/m 1926-
Harold Rose (ENG)
1941 t/m 1942 -
Wim Volkers/
Arie de Wit
1940 t/m 1941-
Vilmos Halpern (HON)
-1942 t/m 1945
Dolf van Kol NVB-beker: 1943
Dolf van Kol is de eerste echte Neder
landse trainer in dienst bij Ajax.
spelers, Van Kol was kortaf,
ook tegen die kleine jongetjes."
Sportief gaat het in het seizoen
1943/1944 toch beter. Ajax 1
wordt tweede in de competitie,
en Van Kol zal stiekem al denken
aan het kampioenschap een jaar
later. Maar een jaar later komt
niet. De competitie wordt een
seizoen stilgelegd, als het zuiden
van Nederland wordt bevrijd en
de Duitsers zich boven de rivieren
staande proberen te houden.
De Hongerwinter breekt aan,
voor voetbal is even geen plaats
meer in de samenleving.
Als ook het westen van het land in
mei 1945 wordt bevrijd, wordt de
balans opgemaakt. Ook bij Ajax.
Een Londens dagblad meldt dat de
bij Ajax nimmer vergeten Reynolds
is overleden. In het clubblad van 8
oktober 1945 wordt echter 'tot zeer
groote genoegen' medegedeeld dat
de Engelsman nog 'springlevend'
is. Niet lang daarna meldt hij zich
weer thuis, bij Ajax, en gloort er weer
volop hoop. Zeker ook op sportief
-1910 t/m 1915
Jack Kirwan (IER)
-1940
Jan Distelbrink (interim)
1915 t/m 1925,1928 t/m 1940,1945 t/m 1947
Jack Reynolds (ENG) Landskampioen: 1918, 1919, 1931, 1932, 1934, 1937, 1939, 1947
NVB-beker: 1917
In Ajax Life 6:
Ajax is wanhoop nabij in
zoektocht opvolger Reynolds:
Robert Smith, Walter Crook en
Robert Thomson blijven maar
kort in Amsterdam.