Café Hendrik de Achtste sluit deuren
1 Ct FANZONE
ajaxlife
Nwankwo Kanu dronk er een jus d'orange en
duizenden Ajacieden een biertje. Café Hendrik de
Achtste was tientallen jaren een mooie tussenstop
voor Ajacieden op weg naar een wedstrijd. Maar
uitbater Lucas van der Gragt is na de eerste
speelronde van dit seizoen met pensioen gegaan en
daarmee is ook de supporterskroeg definitief op slot.
AJAX. NL
lO 04-09-2009
Nooit meer een
jus d'orange voor Kanu
Slokkie drinken
Op wedstrijddagen gaat Hendrik de
Achtste altijd speciaal open. "Veel
supporters kwamen dan vooraf een
slokkie drinken en gingen daarna
naar de wedstrijd. En als Ajax uit
speelde gingen de tv's aan." Maar
begint de bal te rollen, dan gaan de
deuren op slot. "Als de wedstrijd
begon, zorgde ik altijd dat er nog
een man of tien binnen was.
Dat kon ik in mijn eentje bemannen
en verder wilde ik dan geen gezeik."
Maar FC Groningen-Ajax is de
laatste wedstrijd die de uitbater in
zijn kroeg ziet. De Amsterdammer
is met pensioen. "Ik vind het wel
mooi geweest. Ik ga nu een beetje
genieten. Vissen, trainingen van
Ajax bekijken, dat soort dingen."
Hendrik de Achtste, eigendom
van Heineken, is nu dicht en
wordt verbouwd. De oude klanten
vinden het doodzonde, maar
Van der Gragt heeft geen greintje
spijt. "Ze hadden me daar het
liefst nog tien jaar vastgehouden,
maar ik zei: 'Jullie kunnen me
wat.' Ik ga nu m'n centjes
opmaken." (DK)
Bij nader inzien is 25 juni 1988 niet
de meest ideale dag om de deuren
van café Hendrik de Achtste voor
de eerste keer open te gooien. Het
Nederlands elftal schrijft op deze
dag geschiedenis door Europees
kampioen te worden, en uitbater
Lucas van der Gragt zit bij nader
inzien liever voor de bar dan achter
de bar. Hij besluit zelf een feestje
te vieren. "Dat wilde ik gewoon
meemaken en wat maakte dat ene
dagje nou uit," stelt de inmiddels
67-jarige Amsterdammer.
Weinig, want een dag later gaat het
café alsnog open en sindsdien is er
altijd volk. De plek is dan ook ideaal,
aan de Prins Hendrikkade, tegenover
het Centraal Station. Om wat meer
voetballiefhebbers aan te trekken,
hangt Van der Gragt een verlicht
bordje boven de deur. 'AFC Ajax
Supportershome'. "Ik ben zelf een
echte Ajacied, verzamel ook alles,
dus ik vond het wel mooi om meer
van dat soort gasten om me heen te
hebben. In het café hingen ook
overal posters en foto's van Ajax.
Het is mijn lust en mijn leven."
Eind jaren vijftig zit Van der Gragt
al op de eretribune van De Meer.
"Daar was ik vaste klant. De jongens
van toen waren nog aaibaar en in het
restaurant heb ik vaak genoeg met
ze zitten
klaverjassen.
Ja, ook met
Cruijff. Dat
was een
'fellerikkie',
maar hij was
wel goed.
Op hem heb
ik met kaarten nooit geld verdiend."
In Hendrik de Achtste komen nooit
spelers, of het moet die keer zijn
dat Nwankwo Kanu opeens aan
de bar zit. "Mijn dochter zag hem
lopen op de Zeedijk en heeft hem
mee naar binnen getrokken," vertelt
Van der Gragt. "Hij heeft met zijn
broertje een paar glazen jus d'orange
gedronken, maar van een goed
gesprek is het nooit gekomen. Die
jongen kon amper Engels, maar hij
vond het geloof ik wel leuk."
