ajaxlife "^S FANZONE 4 K 26-02-2009 1Ü Pro Shots/ Grazia Neri hol naar Florence, met overstap in Duitsland. Verblijven doen we in La Gioconda aan de Via Panzani, gelegen tussen het Centraal Station en de imposante Duomo, met zijn kenmerkende vierkante toren. We treffen het. Op de dag van vertrek is het in Amsterdam guur, grauw en regenachtig, maar in Florence blijkt het schitterend Ita liaans winterweer. Het is koud, nog een graadje of twee kouder dan in Nederland, maar de lucht is blauw, het is windstil en de zon schijnt behaaglijk. Zonnebrillenweer. "Gaat Ajax winnen?" vraagt onze taxichauffeur. "Nee," zeggen wij. "Nozvay!" "Onderschat je kansen niet," zegt hij. "De resultaten van Fiorentina zijn de laatste tijd goed, maar ze hebben veel geluk gehad. Without Mutu... problems." Daar kuieren we dan, door het prachtige openluchtmuseum dat Florence heet: rond de Duomo, langs de oevers van de Arno en over de Ponte Vecchio, de 'Oude Brug' vol kleine juwelierswinkeltjes. We zijn de meeste Ajaxsupporters een dag vooruit gereisd, maar hier en daar zie je al bekende gezichten. Vreemd is dat: je kent elkaar niet, maar toch ook weer wel. We zijn met hetzelfde doel, dezelfde hoop, naar Florence gekomen. Hier in Italië zijn we broeders. Het gaat hier leuker worden dan in Milaan en Turijn, daarvan zijn we na een halfuurtje al overtuigd. In die Noord-Italiaanse metropolen kun je als bezoekende supporter het idee hebben dat je in de verkeerde stad zit. Toen we er waren voor wedstrijden tegen Inter, AC Milan en Juventus kregen we niet het gevoel dat de stad naar de wedstrijd toeleefde. Hier in Florence is dat anders. Overal zie je het paars van Fiorentina of de rode fleur-de-lis uit het wapen van stad en club: bun gelend aan de achteruitkijkspiegels van taxi's, op rond Italiaanse halzen gewikkelde sjaals, op posters achter de ruiten van restaurants en bars. Over bars gesproken: dat is in Italië een lastig verhaal. De steden zijn mooi, maar een kroegcultuur ont breekt. Veel 'bars' zijn ongezellige koffiebarretjes, met een vitrine vol broodjes en een hoge koelkast vol blikjes. Daar ga je niet zitten. In Italiaanse steden kom je al gauw in de handvol onvermijdelijke Ierse pubs terecht: Finnegan aan de Via San Gallo, de Fiddler's Elbow op het Piazza Santa Maria Novella en (in ons geval) The Friends' Pub aan de Via Borgo S. Jacopo. We hebben heerlijk Toscaans gegeten Bistecca Fiorentina, goddelijke rauwe ham, weggespoeld met Toscaanse wijn), maar Italiaanser gaat het vanavond niet worden: het is tijd voor pints Guinness en Harp - en een toost op Ajax. -k -k -k ACF Fiorentina doet er alles aan om een goede gastheer te zijn, dat moet gezegd. Bij het omwisselpunt (de kassa's van het Nelson Mandela Forum, pal naast het monumen tale, onoverdekte stadion) krijgen Ajacieden na een paspoortcontrole behalve hun wedstrijdkaart ook een brief uitgereikt, waarin in kreu pel Engels wordt uitgelegd dat de strenge persoonscontrole alles te maken heeft met de 'Anti Violence Act' die sinds 2005 in Italië van kracht is. Naast het Nelson Mandela Forum is een 'fanzone' ingericht, waar een flesje bronwater en een bordje vers gekookt Toscaans eten voor ons klaarstaat. Niet alle Hol landse gasten lopen warm voor het groenteprutje, maar het gebaar is hartverwarmend: Fiorentina is een club die veel aandacht besteedt aan 'Fair Play'. Daar zouden we na de wedstrijd nog een indrukwekkende demon stratie van krijgen: na het laatste fluitsignaal werden de Amsterdamse overwinnaars uitgenodigd om langs een heuse erehaag van Fiorentina- spelers te lopen en de felicitaties in ontvangst te nemen. In het uitvak wist ik het zeker: de paars-witte Fiorentina-sjaal, die ik die dag als souvenir had aangeschaft bij een marktkraampje in de binnenstad, was een goede keuze. Aan deze tegenstander zal ik met bewondering terugdenken. Op het erbarmelijke uitvak waren we gelukkig voorbereid door een foto op Wikipedia. Als je vanuit het uitvak recht voor je uit kijkt, kijk je ach ter het doel langs over een curieus grasveldje. Eén van mijn vrienden slaakt een binnensmondse vloek. "Waarom hebben ze achter die goal in jezusnaam een picknickterrein aangelegd?" We moeten vanaf de aftandse tri bune naar rechts kijken om het spel te volgen, door een beduimelde glas plaat en minstens drie roestige hek ken. Het schot van Luis Suarez op de armen van doelman Frey (Ajax' enige schot op doel in de eerste helft) mis ik volledig: het vindt, van uit mijn perspectief, precies achter een roestende metalen spijl plaats. Een uur later is het gemis door Ken nedy Bakirpioglü tot onbeduidend detail gereduceerd. k k k Florence was in de veertiende en vijftiende eeuw de stad van de grote schrijvers Dante, Petrarca en Boccaccio, de politieke filosoof Machiavelli en de almachtige, kunstminnende familie De Medici. In Florence, aan de oevers van de Arno, begon de Renaissance, de 'wedergeboorte' van de klassieke oudheid in de Italiaanse kunt en cultuur. Vond in Florence ook de 'renais sance' van Ajax plaats? Zo voelde het wel. In eigen land zijn we nu vijf jaar zonder landstitel en dat gaan er minimaal zes worden. Op Europees niveau hebben we sinds de mooie Champions League-campagne van 2002-2003 hoegenaamd niets meer kunnen vieren. We gingen verschil lende keren onderuit tegen clubs waartegen dat niet had gemogen: Maccabi Tel-Aviv, FC Kopenhagen, Club Brugge, Slavia Praag. Winnen deden we, in Europees verband, alleen nog van clubs waartegen een ander resultaat volstrekt onaccepta bel zou zijn geweest: FC Thun, IK Start, Zulte Waregem. De laatste écht onvergetelijke, grote Europese uitzege? Dat moet Olympique Lyon zijn geweest, zeven lange jaren gele den, in het najaar van 2002. De kentering kwam in Hamburg en Florence, hoe veel er in de Neder landse competitie ook te klagen valt. Ons Ajax is in 2009 een merk waardige ploeg, die zomaar kan verliezen van Vitesse of punten kan morsen tegen Heracles, maar die ook op bewonderswaardige wijze boven zichzelf kan uitstijgen tegen - pakweg - HSV of Fiorentina. Wat hadden we het nodig, een paar Europese uitzeges waarvan je hoofd nog dagen heerlijk licht voelt. The morning after op het vliegveld van Florence. Ik blader door de beroemde roze Gazzetta Dello Sport. Mijn Italiaans is niet best, maar bepaalde passages uit het verslag van Luca Calamai laten zich makkelijk vertalen: "Ajax trok het voordeel naar zich toe met een tactiek die niet bepaald deed denken aan het 'grote Ajax', maar des te meer aan het aloude Italiaanse catenaccio." Het is niet als verwijt bedoeld: Fio rentina krijgt als rapportcijfer een vijfenhalf, Ajax een mooie zeven. Qua voetbal kan ik het daarmee eens zijn, maar de avond in het uit vak van het Stadio Artemio Franchi krijgt van mij een vette negen. Ik vouw de roze krant dicht en kijk om me heen. Het is godsgruwelijk vroeg. Groepjes Ajacieden zitten slaperig voor zich uit te kijken: kleine oogjes, katerige koppies. Ik zie er zelf ook niet florissant uit, gok ik. Tegenover me zit een jongen met Ajaxpetje en AFCA-vest. Hij hangt in zijn stoel als een vormeloze baal hooi, maar als onze blikken elkaar kruisen, krullen zijn mond hoeken omhoog tot een brede grijns. Tevreden steekt hij zijn duim op en ik weet dat we hetzelfde voelen: trots. Eindelijk weer eens apetrots op ons geliefde Ajax, hoe het in de Arena ook moge eindigen. Onze club heeft op het Europese toneel zijn zelfrespect hervonden. Renaissance in Florence. En wij waren erbij.

AJAX ARCHIEF

Ajax Life (vanaf 1994) | 2009 | | pagina 9