'IK PROBEER ELKE WEDSTRIJD BETER TE WORDEN. ALS IK HET BETER KAN, WORDT VERDEDIGEN VANZELF OOK LEUKER.' Gregory van der Wiel (20) maakt een jaar van uitersten mee; van zware blessure naar basisplaats, van aanvallende impulsen naar verdedigende wankelingen. "Het is een jaar met twee gezichten", concludeert hij zelf dan ook. ajaxlife "11 INTERVIEW 4 «f 19-12-2008 X DOOR MIKE VAN DAMME Hij pakt beide leuningen vast en gaat zitten alsof een twintigjarige geest in een tachtigjarig lichaam is opgesloten. Om het tafereel helemaal compleet te maken, zucht Gregory van der Wiel diep. Zo, hij zit. "Ik heb al een tijdje last van stijve liezen", legt de verdediger uit. "Dat komt vanuit mijn heupen." Hij lacht er moeizaam bij, en beves tigt dat opereren momenteel geen optie is. "Dit moment zeker niet." Van der Wiel heeft in de eerste helft van 2008 al genoeg wedstrijden moeten missen door een slepende knieblessure - die hij opliep in november 2007, tijdens het duel met Feyenoord. Hij wil niet ook aan het begin van 2009 lang aan de zijlijn staan. Dus wordt het na trainingen soms even doorbijten, en na wed strijden iets minder soepel door het huis lopen. Alles beter dan helemaal niet kun nen spelen. Want dat is mentaal slopend voor een voetballer, heeft de jonge Ajacied dit jaar gemerkt. "Ik heb steeds gedacht dat ik eerder zou terugkomen dan daadwerkelijk het geval was. Als je zelf zo graag weer wilt spelen, is het zwaar om je teamgenoten wél in actie te zien. Ik dacht dat de blessure na een paar weken rust wel over zou zijn, maar het ging niet weg. Ik werd daar soms wel moedeloos van." Het contrast tussen het eerste en laatste halfjaar is enorm groot. Sinds de zomerstop is Van der Wiel weer fit, en sinds de komst van Marco van Basten als trainer heeft hij zelfs een basisplaats, als rechtsback. Het is van helemaal niet spelen naar altijd spelen. Van der Wiel houdt zelfs Bruno Silva - vorig seizoen één van de betere Ajacieden - uit de basis. "Ik ben heel blij met het vertrouwen dat ik van Van Basten krijg. Ik had niet verwacht dat ik nu al de concurrentiestrijd zou winnen. Maar ik ben nooit bang geweest om die strijd aan te gaan. Dat hoort bij voetbal." Maar ook nu hij elke week speelt, blijven tegenstellingen bestaan. Het verschil tussen de Van der Wiel tegen bijvoorbeeld Vitesse en de Van der Wiel tegen Feyenoord of FC Volendam is enorm groot. Tegen Vitesse was hij in positieve zin door slaggevend, tegen Feyenoord kwam hij er niet aan te pas tegen Diego Biseswar, en tegen FC Volendam werd hij gewisseld omdat hij 'vijf, zes ballen achter elkaar inleverde in de eerste en tweede helft', volgens Van Basten. "Ik speel nog te wisselvallig", erkent de Amsterdammer. "Tegen FC Volendam voelde ik me niet optimaal. Als ik wakker word, heb ik soms het gevoel dat ik duizend keer heen en weer kan rennen zonder moe te worden. Soms voel ik me sloom. Maar ook dan moet ik gewoon een goede wedstrijd kunnen spelen." Zelf noemt de twintigjarige verde diger het duel met Feyenoord zeer leerzaam. Hij werd door leeftijds genoot Biseswar dolgedraaid. "Het was één van mijn eerste wedstrijden als rechtsback. Ik dekte niet kort genoeg, liet Biseswar op me afko men. Na de wedstrijd wist ik: zo moet het dus niet. Ik probeer nu veel korter te dekken en meer een killer te zijn." Ook in die laatste opmerking zit een tegenstelling. Van der Wiel is van nature geen killer. Hij heeft er de bouw niet voor, en hij heeft niet het woeste gelaat van een Danny Blind of Jaap Stam. Hij wordt eerder een schattige jongen genoemd dan een rauwdouwer. "Als spelers mij onderschatten, werkt dat alleen maar in mijn voor deel", stelt hij. "Ik denk bijvoorbeeld wel dat Internazionale, met Zlatan Ibrahimovic, op het Amsterdam Tournament mij en Toby Alder- weireld onderschatte. Twee van die jonge jongens achterin. Ze scoorden heel snel de 1-0, maar daarna zijn ze toch niet vaak bij ons doel geweest." Als verdedigen al mooi kan zijn, dan is het op zulke momenten. Als Van der Wiel eerlijk is, vindt hij verdedigen eigenlijk niet mooi. Hij houdt meer van aanvallen, dat wat hij in zijn eerste jeugdjaren bij Ajax en Haarlem deed. Pas in de Al van Ajax kwam hij in de achterste linie te staan. "Verdedigen is niet mooi, daar zul len veel mensen het met me over eens zijn. Een actie maken of er een tje zien, dat is mooi. Ik zie verdedi gen wel als een uitdaging. Ik probeer elke wedstrijd beter te worden. Als ik het beter kan, wordt verdedigen vanzelf ook leuker." Het klinkt als een mooi voornemen voor 2009.

AJAX ARCHIEF

Ajax Life (vanaf 1994) | 2008 | | pagina 11