LaPercwedOr Bob ontmoet Salo Muller Ajax Life nummer 2 7 augustus 2002 'Hij heeft heel wat punten voor ons gepakt' AMSTERDAM - Salo Muller was van igg8 tot 1975 fysiotherapeut bij Ajax. In die periode maakte hij de ontwikkeling tot internatio nale grootmacht mee. Van de eerste aanzet tot professionalisering van de medische staf en het winnen van de wereldbeker. Het weerzien tussen Bob Haarms en Salo Muller (66) in La Perche d'Or was vooral een ontmoeting tussen twee oer-Ajacieden. Mannen met het Amsterdamse hart op de juiste plaats: hard, eerlijk en recht door zee. Door Amout Verzijl Het gesprek is nog niet begonnen of de anek dotes rollen al over tafel. Salo Muller, keurig in bet pak, nieuwe Ajax-stropdas en bet onlangs ontvangen lintje pronkend op bet reven „Weet je nog Bob, dat ik de jongens verplicht heb gesteld hun haar te föhnen? Ze gingen na de training warm douchen, trokken korte kle ren aan en reden vervolgens met hun lange natte haren op hun Vesta (een brommer, red) naar huis. DaaT werden ze verkouden van. Dus verplichtte ik ze hun haar eerst te drogen. 'Of ik soms homo was geworden', reageerde Johnny Rep. Maar ze deden het wel." Bob lacht en verklaart: „Salo was niet alleen fysiotherapeut. Hij bemoeide zich met alles, zolang het de prestaties van Ajax maar ten goede kwam. Alles voor dat ene doel, win nen. Salo is een echte Ajacied. Keihard ook." Salo Muller masseert Bob oog ééo keer. Bob Haarms kan het weten. Tijdens de revali datie na zijn tweede knieoperatie, in 1959, werkte het duo nauw samen. Bob: „Na de ingreep kTeeg ik met Salo te maken. Hij liet me heel hard werken, ook met gewichten. Wat een beest was hij." Salo: „Ik heb, samen met dokter Hans Tedzner uit Groningen, wel 12.000 knieën behandeld. Hij deed de opera tieve ingreep, ik de nabehandeling. Bob was bikkelhard. Voor zichzelf en later ook voor zijn spelers. Samen hebben we een compleet revalidatieschema opgesteld. Keihard gewerkt om Bob weer fit te krijgen." Bob: „Ja en die oefeningen heb ik later toegepast bij mijn hersteltTainingen. Pijn is relatief. Niet zeuren, als je ergens last van hebt, dan neem je maar een aspirine. Zolang je niet forceert" Gehard door het leven, met de wil om te win nen en dat alles in de naam van Ajax. Zo her innert Bob Haarms zich nog dat hij in 1958, in Salo Muller behandelt zijn 'vaste klant' Johan Cruijff. Je moet niet zeggen 'het zal wel zes weken duren'. Daar gaat een speler in geloven." „Pre cies", valt Bob hem bij: „Je moet een speler zelfvertrouwen geven." Salo: „Ik ben altijd intermediair geweest tussen trainer, spelers en doktoren." Salo Muller nam in 1958 bij Ajax de functie over van fysio Jan Rodenburg en maakte in korte tijd naam. Hij verdiende destijds 250 gulden per drie maanden en werkte daar zestig uur per week. Bob: „Soms stond er gewoon een file in de gang. Iedereen wilde door hem geholpen worden en Salo kon geen nee zeggen. Ook spelers van amateurclubs uit de omgeving, zoals Zeeburgia, kwamen bij hem langs. Konden die gasten mooi in de catacomben van het Ajax-stadion rondkijken. Vonden ze prachtig. Als Salo zei dat de bles sure over was, ging zo'n speler tevreden terug naar het trainingsveld." Salo: „Voor aanvang van een wedstrijd sprak ik altijd met de scheidsrechter. Vroeg of ik iets voor hem kon doen, bijvoorbeeld zijn kuiten masseren. Vervolgens zei ik 'luister scheids, als ik zie dat er iemand geblesseerd is, ren ik direct het veld in. Dan fluit u af'. Nu mag dat niet meer, maar toen was ik al ter plekke voor dat de scheidsrechter doorhad dat er iemand geblesseerd op de grond lag." Bob heeft dat tafereel vaak mogen meemaken: „Salo was ongekend snel. Je wist niet wat je zag. Als een speer rende hij dat veld in. Het publiek deed mee, ging klappen. Soms gebeurde het dat de fysio van de andere partij ook het veld in moest. Salo won het onderlinge duel geheid." Muller was een gedreven vakidioot die de liefde voor zijn werk combineerde met zijn club. Veel kennis deed hij op in Canada, bij de medische staf van ijshockeyploeg Toronto Maple Leafs. Bob: „Als Salo vertrok, riep ieder een direct 'Canada, wat mot hij daar nou doen'? Typisch Amsterdamse reactie." Salo: „De Ajax-cultuur kreeg je met de paplepel ingegoten." GEWONNEN Salo Muller was veel meer dan een expert op het gebied van fysiotherapie. Zo was hij bij iedere wedstrijdbespreking aanwezig, zodat hij tijdens blessurebehandelingen in de wed strijd de tactische aanwijzingen van de trai ner kon doorgeven. Vanaf de bank slingerde de fanatieke clubman regelmatig aanmoedi gingen het veld in. Dat hij daar soms ook wel eens te ver in ging, tsja. Salo:,, Ik ging enorm op in het spel. Arbiter Lou van Ravens heeft me er bij Feyenoord-Ajax eens uitgestuurd. Ik bemoeide me er mee en zei tegen hem 'Scheids dit is geen fluiten wat je doet hé, zo raken mijn spelers geblesseerd.' Kreeg ik rood ÏT* het uitverkochte Feijenoord-stadion, een rot- schop kTeeg van Cor van der Gijp. Bob: „Kwam Salo het veld in rennen.'Je gaat toch niet zeu ren hè', beet hij me toe. 'Ik behandel je wel in de rust'. Eenmaal in de kleedkamer bleef ik wachten. Maar hij ging eerst met de oudjes aan de slag. Ik bleef hem aankijken en dacht 'wanneer komt hij nou, ik sterf van de pijn'. Toen kwam de scheidsrechter ons halen en moesten we het veld weer op. Salo gaf me een klap op mijn achterwerk en zei 'niet zeuren, lekker voetballen'. Toen heb ik het er tijdens de wedstrijd uit gelopen. Het was voor mij ook een leerschool." „Ja Bob, maar ik had wel eventjes gekeken of het niet gebroken was", countert Salo. INTERMEDIAIR Salo: „Fysiotherapie is voor een deel psycholo gie. Een keer vlogen we naar een uitwedstrijd. Sjaak Swart had last van zijn schouder. Ik maakte een aspirine fijn en gaf het hem in het vliegtuig. Ik zei 'Sjaak, ik heb zoiets bijzon ders voor je. Hier knap je helemaal van op. Jij gaat een fantastische wedstrijd spelen'. In de rust kwam hij naar me toe en vroeg 'Salo, heb je nog zo'n drankje voor me, ik voel me fan tastisch'. Tegenwoordig gaat iedere speler door een MRI-scan. Daar worden ze bang van. van hem." Bob: „Je was ook zo snel, de scheids rechter zag je niet eens aankomen." Salo: „Tij dens de Europa Cup-finale tegen Internazio- nale in Rotterdam probeerden twee spelers van de tegenpartij me van het veld te hou den. Er ontstond een opstootje wat resul teerde in een gele kaart voor beide Italianen." In al die jaren dat Salo Muller de ledematen van de Ajacieden verzorgde, was Johan Cruijff de trouwste klant: „Nuninga, Swart en Cruijff waren mijn vaste klanten. Daar heb ik veel tijd in gestoken. Sjaak kreeg iedere vrijdag ochtend om half twaalf een likbeurt van me, zo noemden we dat. Werd hij helemaal gesoigneerd. Johan behandelde ik twee maal per dag. Het mooiste moment in al die jaren was de wedstrijd ADO-Ajax. Cruijff kwam tij dens het duel naar me toe en vroeg 'heb je een stuk tape voor me, mijn scheenbescher mer zakt steeds af'. Ik scheur wat tape af en geef het hem. Op dat moment zie ik dat Ajax de bal verovert en ik zeg tegen Johan dat hij eerst met de wedstrijd moet doorgaan en ik duw hem het veld in. Hij krijgt de bal aange speeld en scoort met een weergaloze boogbal over Ton Thie zijn mooiste goal ooit. Op alle televisiebeelden is te zien hoe hij dat stukje tape nog in zijn hand heeft." Bob: „En zo heeft Salo heel wat punten voor Ajax gewonnen."

AJAX ARCHIEF

Ajax Life (vanaf 1994) | 2002 | | pagina 7