Bob en Frank LaPerche dOr B OP BE BHBIK IERB Ajax Life nummer 13 7 februari 2002 CHAMPIONS LEAGUE Eenmaal terug op het vertrouwde nest, stuwde Rijkaard de godenzonen tot grote hoogten. Twee landstitels en - in de zomer van 1995 - de Champions League werden vero vervolg van pagina i Frank Rijkaard: „Ik ben altijd vrij sterk geweest en zuinig op mijn licbaam. Ik heb dit (de zware en speciale Bobby-training, red) gelukkig niet al te vaak boeven doen; ik was maar weinig geblesseerd." Rijkaard kijkt nog maar eens naar de foto en verzucht: „Het bankje en Bob, dat was een typiscb onderdeel van bet Ajax-gevoel. Iemand die weer graag bij de groep wilde aansluiten, werd eerst getest door de fysio's en kwam daarna auto matisch bij Bob terecht. Want iemand die zijn training kon doorstaan, was weer scherp en fit; die kon weer met Ajax i meedoen. Tegen woordig is het zo dat, als speleTS tegen me zeggen dat ze weer fit zijn,ik nog wat van Bob gepikte oefeningen voor ze in petto heb. Onder meer één minuut in de vrije ruimte dribbelen met schijnbewegingen. Daarin gaan ze he-le-maal kapot. Het mooie vind ik dat zijn oefeningen gebaseerd waren op natuurwetten. Overleefde je de Bobby-trai ning, was je écht fit. Bob staat gewoon voor het, uiteraard door meerderen uitgedragen, Ajax-gevoel." PRATENDE SCHOENEN Ook Bobby Haarms heeft uiteraard zo zijn herinneringen: „Het was op een vrije woens dagmiddag. Ik was aanwezig in De Meer en Frankie kwam langs. Alleen, de enige van de hele selectie. In de kleedkamer stond een rij tje voetbalschoenen, keurig naast elkaar, te pronken. Het leek er toen verdacht veel op, alsof hij tegen die schoenen stond aan te pra ten." Frank: „Dat weet ik nog; dat was typisch iets voor mij, ja. Op dat moment dwaalden mijn gedachten af naar m'n jeugd. De 'gas- sies' waar ik mee speelde, hadden bijna altijd wat mooiere en duurdere voetbalschoenen dan ik. Maar dat maakte me niet uit, want ik heb toch altijd heerlijk kunnen voetballen. Toen ik doorbrak, kreeg ik van sponsors mooie, nieuwe schoenen. Ik was van jongs af aan iemand die, als hij nieuwe voetbalschoe nen had gekregen, er zelfs mee naar bed ging. Dan trok ik - voor ik ging slapen - m'n scheen beschermers en kousen aan. Vervolgens ging ik voor de spiegel staan en dan werd ik één met mijn voetbalschoenen. Het eerste wat ik de volgende ochtend deed, was opnieuw die schoenen aantrekken. Even snel, nog vóórdat ik naar school moest. Toen ik dus in de kleed kamer van De Meer al die schoenen zag staan, moest ik daar aan denken." Met veel gevoel voor romantiek vervolgt Rijkaard: „Wat ik nog het meest aan het voetbal mis, is dat klikken van de noppen als je naar het veld loopt. Eens in de week dat prachtige "tik", "tik", "tik". Dat gevoel dat dit geluid bij me opwekte, komt nooit meer terug. Het 'klikken' is definitief voorbij." DE BREUK Frank Rijkaard debuteerde op 23 augustus 1980 in het eerste van Ajax. Co Ahead Eagles werd die dag in eigen huis met 2-4 verslagen, mede door een treffer van de zeventienjarige debutant. In de jaren die volgden, weTden Rijkaard en Ajax drie maal landskampioen. De nationale beker werd evenzovele malen veroverd. Maar de mooiste trofee was natuur lijk de Europa Cup voor Bekerwinnaars, die in de zomer van 1987 werd gewonnen. Enkele maanden later, in september, veTliet Rijkaard Ajax. Na een conflict met trainer Johan Cruijff. Haarms: „Op de laatste training dreigde het mis te gaan. Frank liep boos weg, zonder handje te geven. Dat vond ik te ver gaan, daarom heb ik hem op de gang terug gehaald. "Frank, dit kan niet, ga even terug om gedag te zeggen". Met zijn drieën hebben we toen in de trainerskamer nog even op nor male wijze met elkaar gecommuniceerd en afscheid genomen." Rijkaard: „Ik ging weg bij Ajax omdat het niet meer mijn tijd en mijn moment was. De relatie met Cruijff was op dat moment niet goed. Daardoor kwam het tot een breuk. Ik koos destijds bewust voor mezelf, ongeacht de gevolgen. Nu ik zélf trai ner ben, kijk ik anders tegen de situatie van destijds aan. Maar toen was het een gevolg van een al langer lopend proces; ik was toe aan een volgende fase in m'n leven en het vertrek bij Ajax maakte me sterker. Ik heb altijd een grenzenloos respect voor Cruijff gehad. Ook tijdens de breuk, maar toen ont brak de motivatie om voor hem te werken. Ik moest verder. Maar Cruijff is nog steeds een grootheid. Tegenwoordig heb ik goed contact met Johan en begrijp ik hem beter. Nee, ik heb er geen spijt van dat ik Ajax destijds heb ver laten. Ik ben er niet slechter van geworden en later keerde ik er met veel plezier terug .om m'n carrière er op waardige wijze te beslui ten." Bob Haarms: „In onze ogen was het ver trek van Frank, net als ieder afscheid, destijds pijnlijk. Twee maanden later ging ook Johan weg en zijn we met Ajax in een mindere fase beland." Frank: „Ik ben na mijn vertrek nog naar Ajax-FC Porto voor de Supercup gegaan. Ik stond, met een grote muts op m'n hoofd, in een hoek van het Olympisch Stadion. Nie mand die me herkende." FINSE BLOKHUT Na zijn vertrek bij Ajax speelde Frank Rijkaard eerst negen wedstrijden voor Real Zaragoza en tekende daarna een overeenkomst bij AC Milan. Samen met Gullit en Van Basten vero verde hij met Milaan eerst Italië, vervolgens EuTopa en uiteindelijk de gehele wereld. Een half decennium later, in de zomer van 1993, hield Rijkaard het bij AC Milan voor gezien: „Ik wilde maar één ding: terug naar Ajax. Dat had er vooral mee te maken dat ik destijds op een vervelende manier was weggegaan. Het hoofdstuk Ajax was voor mij nog niet af en bovendien vond ik zelf dat ik Ajax nog iets te bieden had. Als ik voor een club uit Zuid- Spanje of Zuid-Frankrijk zou hebben gekozen, was ik wellicht 'uitgegaan als een nacht kaars'. Maar Amsterdammers zijn zó kritisch. Als ik een slechte wedstrijd voor Ajax zou heb ben gespeeld, zou ik heel wat over me heen hebben gekregen. Aan het eind van mijn loopbaan wilde ik het, in m'n eigen stad en bij m'n eigen club, zo goed mogelijk doen. Achteraf bezien is het ook een juiste keuze geweest." Bob: „We zaten, tijdens een trai ningskamp ter voorbereiding op de competi tie, in een blokhut in Finland. Louis van Gaal, Gerard van der Lem en ik. We discussieerden over onze nieuwe aankoop Finidi George. Plotseling kreeg Louis een telefoontje. Hij luisterde, hing op en vertelde "Rijkaard wil bij ons terugkomen". Tot op de dag van vandaag weet ik niet wie hem dat vertelde. Weet jij wie dat was, Frank?" Rijkaard: „Ja, dat was David Endt. Ik had hém gebeld met de mededeling dat ik terug wilde naar Ajax. Louis van Gaal was echter beslist niet meteen overtuigd; de transfer kwam dan ook niet zomaar tot stand." Bob: „Dat klopt. „Zullen we dat wel doen?" vroeg Van Gaal aan ons. Voor mij geen moeilijke vraag, "als je dat niet doet, trek ik je kop van je romp!", antwoordde ik geksche rend. Ik kende Frank al zo lang; twijfelde geen moment aan z'n motivatie om bij Ajax nog één keer alles uit de kast te halen. Uiteindelijk twijfelde Louis ook niet meer en zo is Frank terug naar Ajax gekomen. Dat is destijds daar, in die Finse blokhut, beklonken. Ik wist dat Frank niet kwam om af te bouwen; Frank kwam om nóg meer prijzen te winnen." verd, voordat Rijkaard definitief met voetbal len stopte. Haarms over de EuTopa Cup-finale die in Wenen werd gespeeld: „In de rust (het was nog 0-0) vroeg Frankie aan Van Gaal "Trainer, mag ik even?" En toen heeft hij het woord genomen. In niet mis te verstane bewoording heeft Rijkaard het elftal toege sproken. Het was heel heftig, maar achteraf gezien,heeft het in ons voordeel gewerkt. Het was een welkome onderbreking en beslist ook een kwaliteit van Van Gaal omdat toe te staan." Rijkaard vult aan: „We speelden in Wenen bepaald geen goede eerste helft; zochten steeds de verkeerde oplossing en daarmee speelden we AC Milan in de kaart. In de rust heb ik dat gezegd. Ik was flink 'over de rooie', vooral vanwege tactische en individu ele fouten. Dat moest er uit, want anders zou den we die Cup nóóit winnen en daar ging het mij uiteindelijk om. Ik moest het echt kwijt, want ik voelde dat het fout zou gaan. Ik wist immers als geen ander hoe AC Milan speelde, hoe ze bezig waren druk te zetten op ons middenveld. Daarom vertelde ik op welke manier we onder hun druk uit konden komen. We speelden de bal bijvoorbeeld te traag rond. Toen ik uitgesproken was, was er behoorlijk wat beroering in de kleedkamer. Er vielen zelfs wat scheldwoorden; gaf niet, want voetbal is nou eenmaal emotie. Van Gaal stond toe dat dit gebeurde en dat was heel goed van hem. Hij begreep de kracht van dat moment: die wedstrijd was té belangrijk. Het hele team heeft uiteindelijk de Cham pions League gewonnen." Bob: „Na afloop - bij Kees Jansma voor een televisie-interview - zaten Clarence Seedorf en Frank gebroederlijk naast elkaar. Clarence (die na 53 minuten was vervangen door Kanu, red.) legde toen z'n hand op Franks knie. Hij begreep Rijkaard's belangrijke rol; wist dat diens ingrijpen goed was geweest. De respectvolle manier waarop Clarence destijds naar Frank keek, maakte dat duidelijk." Frank: „Clarence stond aan het begin van zijn loopbaan. Hij had nog een lange weg te gaart. Ik was trots op hem en ook hij had tranen in z'n ogen toen hij met de beker stond. Toen was het weer goed. Net als zoveel andere momenten, was ook dit vooraf niet geregis seerd. Het kwam die avond uit m'n hart; het heeft zo moeten zijn." ONTEMBAAR Haarms: „In de jaren zeventig wonnen we alles wat er te halen viel. In Belgrado, na de derde EC i-zege, maakten we niet eens meer een rondrit door de stad, zo gewoon was het geworden. Daarom was die huldiging in 1995, op het Museumplein, zo geweldig. Het gevoel om met die beker in mijn handen te staan, was intens. Als assistent moet je op de ach tergrond blijven en dat heb ik altijd gedaan. Maar dat was z'n triomfantelijk moment." Frank: „Het voetbal in Nederland is in de jaren zeventig op de kaart gezet. Het begon in 1969 toen Ajax verliezend finalist in de EC 1 was tegen AC Milan. Een jaar later werd Feye- noord de eerste Nederiandse EC i-winnaar en vervolgens kwam het tijdperk Ajax. Daar is Bob onderdeel van geweest. Michels, als rich tinggever, en Cruijff, als ongelooflijk talent, zijn de grondleggers van de start van het suc ces van het Nederlandse voetbal. En ook Bob is daarvan een exponent. Ajax loopt als de rode draad, net als het shirt, door z'n leven; hij heeft alles meegemaakt. Het pure Ajax- gevoel zit bij een man als Bob in het bloed. Clubliefde en het Ajax-gevoel zijn gevoelens die niet onderschat mogen worden, ook al zijn het moeilijk onder woorden te brengen begrippen. Ik ben -als voetballer - slechts een voorbijganger. Natuurlijk ben ik Ajacied. Maar Bob... dat is een heel ander verhaal. Hij is al 55 jaar lid van deze club en dat zegt genoeg. Wat dat betreft kan hij niet genoeg geloofd worden; net als materiaalman Sjaak Wolfs trouwens. Die heeft - in een hele andere hoedanigheid - bij de club ook alles meege maakt. Échte Ajacieden als zij zijn bijna nooit tevreden. Die kijken verder, hebben een ont embare drive. Ze zien alles en zijn kritisch. Dat typeert de ware Ajacied." Frank wordt in igg3 op de beroemde bank van Bob fit gemaakt.

AJAX ARCHIEF

Ajax Life (vanaf 1994) | 2002 | | pagina 5