Ajax Life nummer 11- 20 december 2001
1
Danny Blind is klaar
voor de volgende stap
AMSTERDAM - Trainer-coach Danny Blind heeft sinds anderhalfjaar het vlaggenschip van Ajax'jeugdopleiding, de Ai, onder zijn hoede.
Vorige week maandag, io december, ontving hij in Zeist het diploma Coach Betaald Voetbal. Zijn voetballoopbaan kenmerkt zich door
geleidelijkheid; vanaf zijn wedstrijden voor amateurclub RCS in Souburg tot aan de Wereldbeker-finale met Ajax in Tokio.
Zijn succesverhaal is dus meer dan een speling van het lot. Maar om nu te stellen dat Danny Blind iedere trede op de carrièreladder heel
doelgericht beklimt, is overdreven: „Ik ben niet bewust een weg aan het uitstippelen. Zo van: ik moet nu een stapje hoger, want dan kan ik
uiteindelijk mooi trainer van Ajax i worden."
Doot Erol Erdogan
-V-:V
0M
Danny Blind: 'Ik heb de laatste periode als voetballer ook een beetje als trainer gefungeerd.'
Ten tijde van het emotionele afscheid als
Ajax-speler, thuis tegen RKC met collega Jari
Litmanen, was al bekend dat Danny Blind
directeur spelersbeleid zou worden. Maar het
gras werd, achteraf gezien, door de Zeeuw te
snel verruild voor het bureau. Vanaf het seizoen
2000-2001 is Blind jeugdtrainer en kan het
gras onder z'n schoenen voelen. De nieuwe
Coach Betaald Voetbal is gelukkig met die
keuze: „Waarom ik de Ai ben gaan trainen? Ik
wil voetballers kunnen aanspreken op hun
eigen inbreng. Met jongens van ongeveer
zeventien jaar kan dat. Voor sommigen is
voetballen bijna een vak, voor anderen is dat
het al. Ik kan met de Ai bijna werken zoals dat
met een eerste elftal gebeurt. Zowel tactisch,
technisch als fysiek. Ik moet alleen hier en
daar wat gas terugnemen; het zijn immers
geen kerels van dertig jaar. Maar het gaat er
heel professioneel aan toe. Vaak ben ik kri
tisch maar soms ook beloon ik ze. Bijvoor
beeld als in een wedstrijd lukt waarover we
hebben gepraat en op hebben getraind.
Ik heb momenteel een groot voordeel bij het
werken met de jeugd: zij weten nog steeds
wie ik ben en daardoor doen ze een stapje
extra. Als ik over tien jaar bij Ajax zou gaan
werken, kent bijna niemand Danny Blind
meer. Dan had ik dat verloren gebied eerst
weer moeten veroveren. Maar uiteindelijk
gaat het maar om één ding: wat ik doe of zeg,
moet hout snijden."
OEFENSTOF
Bijna twintig jaar betaald voetbal - waarvan
dertien jaar bij Ajax - en een glimmende ere
lijst. Voormalig aanvoerder Blind zelf vind die
ervaring nuttig, maar niet zaligmakend. Het
is geen garantie om als trainer succes te heb
ben: „Ik heb de laatste periode als voetballer
ook al een beetje als trainer gefunctioneerd.
Ik verzorgde geen trainingen, maar gaf mijn
medespelers wel bepaalde dingen aan, maar
dat wil nog niet zeggen dat ik een goede trainer
ben. Een training geven is - op zich - niet zo
moeilijk. Het gaat erom welke vorm ik kies,
hoe mijn aanpak is. Wat wil ik als resultaat
zien en hoe ga ik om met individuen? En er is
niet alleen het werk buiten, op het veld, maar
ook het werk binnen: hoe om te gaan met
S
I
s
I
druk en teleurstelling? Hoe de groep bij
elkaar te houden? Al die facetten heb ik, op
kleinere schaal, meegemaakt als speler. Ik heb
eigenlijk nog het meest moeten studeren op
wat eigenlijk het makkelijkste onderdeel is:
welke oefenstof hoort bij een bepaald niveau?
Inmiddels weet ik hoe dat moet."
HET INDIVIDU
Junioren en een eerste elftal. Volgens Danny
Blind is er een belangrijk onderscheid: win
nen is bij de jeugd niet heilig. Blind: „Het
grootste verschil is dat in de jeugd het indi
vidu voorop staat. Bij het eerste elftal gaat
het alléén maar om het teambelang en het
resultaat. Mijn keuzes zijn nu gericht op het
beter maken van mijn spelers. Er is geen trainer
in de Eredivisie die een voetballer opstelt om
zijn tekortkomingen bloot te leggen. Maar ik
moet een opstelling af en toe aanpassen in
het belang van het individu, ook al is het
team daar niet altijd bij gebaat. Ik heb bij
voorbeeld eens een middenvelder centraal
voor de verdediging gezet. Daar kreeg hij veel
meer te maken met de afwisseling van balbe
zit en balverlies; het omschakelen dus. Ik kan
nog zo veel op het bord uitleggen, ik kan de
video erbij halen en het tegen zo'n jongen
zeggen. Maar iets persoonlijk ondervinden is
het allerbeste. Duidelijker dan dat kan niet.
We verloren die wedstrijd met 3-2 en hij deed
twee keer niet wat van hem werd verwacht.
Maar ik had hem juist op die plek neergezet
om hem de gevolgen te laten merken. We ver
liezen dan weliswaar, maar het mooie van het
vak van jeugdtrainer is, dat mijn kop er niet
meteen afgaat."
DRUK EN SPANNING
In vergelijking met een hoofdtrainer werkt
een jeugdtrainer dus meer in de luwte. De
trainerskamer en de dug out zijn niet de glazen
huisjes waar trainer-coaches van een betaald
voetbalclub zich in bevinden. Makkelijker,
vind ook Danny Blind, want de ramen worden
niet zo snel ingegooid als het even tegen zit:
„Er is geen echte druk. Als we op Varkenoord
met 4-0 van Feyenoord Ai verliezen, lacht er
niemand bij Ajax. Maar het leven gaat
gewoon door. Daar zit voor mij dan ook
meteen het enige minpuntje: die druk en die
spanning mis ik nog wel eens. Nou is druk
helemaal niet per se aangenaam, maar ik
weet dat ik er wel goed mee kan omgaan."
Danny Blind windt er geen doekjes om. „In
alle bescheidenheid", zoals hij zelf zegt, „vind
ik, dat ik klaar ben om een Betaald Voetbal
Organisatie te trainen. In principe is dit mijn
laatste jaar al jeugdtrainer. Maar ik ben heel
kritisch bij het kiezen van een club. Er is maar
een beperkt aantal verenigingen dat ik inte
ressant vind."
Het buitenland is op dit moment niet aan de
orde. Of, beter gezegd, nóg niet. Blind: „Ik wil
op dit moment alleen in Nederland werken. Ik
moet op details in kunnen gaan, wil graag
duidelijk zijn. In het buitenland kan dat door
het taalverschil niet. De kracht van het woord
is voor mij essentieel. In het buitenland kan ik
het verschil tussen "niet" en "nog niet" moeilijk
uitleggen. Als ik zeg "dat is het niet", of ik zeg:
"dat is het nóg niet". Tussen beide opmerkin
gen zit een groot verschil. In het eerste geval
is het kansloos, in het tweede geval zijn we
nog onderweg. Het gaat erom dat je een
bepaalde snaar kunt raken bij spelers. Taal is
voor mij daarbij onmisbaar."
KROONPRINS
Velen zien in Danny Blind - op lange of op
korte termijn - de kroonprins van het konink
rijk Ajax. Het bestijgen van de troon is dan het
moment waarop hij trainer-coach wordt van
Ajax 1. De mening van anderen telt voor hem
niet. Danny Blind kijkt liever naar zichzelf,
naar wat voor zijn vak als trainer nuttig is: „Ik
ben niet bewust een weg aan het uitstippe
len. Zo van: ik moet nu een stapje hoger, want
dan kan ik uiteindelijk mooj trainer van Ajax
worden. Op die manier ben ik helemaal niet
bezig. Ik relateer alles aan hoe ik werk. Som
mige dingen gaan mij inmiddels makkelijk af
en dus wil ik een stapje hoger, ledereen vindt
het fantastisch dat jongens als Van 't Schip,
Blind en Mühren bij Ajax werken of hebben
gewerkt. Wij krijgen vrij veel voor elkaar.
Maar dat heeft alles te maken met hoe wij
ons opstellen. Ik probeer altijd in het belang
van de club te denken. Ik verwacht daar ook
bij andere clubs wel goed mee om zal kunnen
gaan. Ik heb, toen ik trainer werd, mijn eigen
bodem bepaald: en dat is Ajax Ai. Ik weet dat
daar bepaalde faciliteiten, spelers en collega's
bij horen. Bij mijn bodem. Zo kijk ik ook naar
de andere clubs én naar Ajax. Nogmaals, ik
ben heel selectief in mijn volgende stap naar
het hoofdtrainerschap, omdat ik weet wat ik
nu heb. Als er geen clubs komen die aan mijn
eisen voldoen, blijf ik lekker zitten."
Danny Blind: 'Bij de jeugd staat het individu voorop.'