I
Lid van een roemruchte sportfamilie
Ajax Life nummer 8 8 november 2001 I
Foto: Pix Onune
Cedric van der Gun
herstelt voorspoedig
DEN HAAG - In eerste instantie leek het wel mee te vallen met de
knieblessure van Cedric van der Gun. De werkelijkheid leerde anders.
Gelukkig vordert het herstel inmiddels gestaag, het einde van alle
ellende lijkt in zicht. Tussen het revalideren door heeft de snelle
aanvallende middenvelder alle tijd om eens te babbelen over de
aard van zijn blessure. Waarna het gesprek vanzelf uitkomt op de
zeer sportieve familie, waaruit hij afkomstig is.
Door Hans Willink
Ondanks zijn blessure ziet Cedric de toekomst zonnig tegemoet.
Omdat de zomer maar van geen
wijken wil weten en deze herfst
maar geen herfst wil worden,
nodigt Cedric Ajax Life uit in de
tuin van zijn ouderlijk huis in Den
Haag. Ontspannen vertelt hij over
het ontstaan van zijn kwetsuur: „Ik
heb een knieblessure; last van het
kraakbeen achter mijn knieschijf.
De dag voordat we de uitwedstrijd
tegen Celtic speelden, trainden we
in het Celtic Park-stadion. Daar heb
ik mijn knie verdraaid. In eerste
instantie zijn foto's gemaakt,
daarna volgde een kijkoperatie. Er
bleken kleine stukjes kraakbeen te
zijn afgebrokkeld en die zaten in
mijn knie. Die rommel is er meteen
operatief uitgehaald. Omdat ik er
maar weinig hinder van onder
vond, dacht ik dat het herstel sneller
zou verlopen. Klopt dus niet, maar
de fysiotherapeuten zeggen dat
het genezingsproces wel degelijk
in de lijn der verwachtingen ligt.
Na de winterstop hoop ik weer met
de groep mee te kunnen trainen.
En düs ook weer te spelen. Dat ik
komende week twee wedstrijden
van Jong Oranje tegen Engeland
moet missen is jammer, evenals
het feit dat ik een aantal be
langrijke wedstrijden van Ajax niet
kon spelen. Alleen al in die eerste
week van mijn blessure, miste ik de
uitwedstrijden tegen Celtic en
Feyenoord. Elke gemiste wedstrijd
is vervelend. Afgelopen donderdag
zat ik - mezelf verbijtend - op de
tribune te kijken naar de wedstrijd
tegen Kopenhagen. Tijdens de
wedstrijd tegen Heerenveen zat ik
ook al machteloos op de tribune.
Omdat we wisten dat het duel op
een scherm in de Arena werd uit
gezonden, besloten Ferdi Vierklau
en ik de wedstrijd samen met de
supporters mee te beleven. Mijn
broer Marnix en zus Tessa vonden
dat ook een leuk idee en gingen
met ons mee. Dat ze enthousiast
meewilden was geen wonder; bij
ons thuis is iedereen sportliefheb
ber."
UITBLINKERS
Liefhebbers? Het is wel meer dan
dat. Sportende leden van de Van
der Gun-familie zijn steevast uit
blinkers. Omdat de een na de
andere de voordeur van het huis in
het Haagse Benoordenhout binnen
stapt, komt het gesprek vanzelf op
de familie terecht. Sommige Van
der Gun's haalden - in verschil
lende sporten - Oranje. Anderen
nèt niet, maar het eerste team was
voor allemaal weggelegd. Lex (51),
Marijke (51), Marnix (23), Cedric (22)
en Tessa (19) van der Gun vormen
wellicht één van de meest spor
tieve famiTïes van Nederland. De
basis van de sportieve prestaties
van de Van der Gun-dynastie ligt bij
de Koninklijke HVV, na Ajax, Feye
noord en PSV nog altijd de club met
de meeste gewonnen landstitels.
Vader Lex begon daaT zijn roem
ruchte carrière. Als goede (ama
teur) voetballer, maar vooral als
cricketspeler. In het van tTaditie
bijna overlopende houten clubhuis
hangen vele - meestal vergeelde -
oude foto's aan de wand. Op een
aantal is een jongeman met dikke
hoornen bril te zien: Van der Gun
senior.
Van zijn ouders had Lex van der
Gun zijn sporttalent niet: „Die
waren a-sportief. Dat wil zeggen,
mijn vader heeft geloof ik toen hij
jong was wel eens gevoetbald,mijn
moeder heeft nooit iets aan sport
gedaan. Ze maakten er echter geen
punt van dat ik ging sporten. Inte
gendeel. Maar mijn aanleg voor
sport is dus niet geërfd. Zelfs niet
overerfelijk, want mijn grootou
ders hebben ook nooit gesport."
Tessa, studerend in Breda en zuster
van Cedric, schuift aan en hoort dat
haar moeders familie wel degelijk
sportieve genen heeft. Marijke van
der Gun: „Mijn moeder was wel
sportief. Ze heeft heel goed geten
nist en veel geroeid. Ik heb gecricket
en nog een tijdje gehockeyd bij
Groen-Geel. Tafeltennis en zeilen
Cedric, vader Lex, moeder Marijke, zus Tessa en broer Marnix.
vond ik ook leuk, maar mijn grote
liefde in de sport was tennis.
Ondanks het feit dat ik met cricket
- ik speelde bij CTicket Club Groe-
nendaal - twee keeT in Oranje heb
gespeeld."
Veel verschillende sporten. Lex van
der Gun, ook tweevoudig cricket-
international, kan er over meepra
ten: „We voetbalden op straat en
speelden er ook cricket. Toevallig
waren ze bij ons in de straat lid van
HVV. Eén straat verder werd geho
ckeyd en als ik daar had gewoond,
was ik misschien gaan hockeyen.
Als lid van HVV ga je bijna automa
tisch ook cricketen. Thuis hadden
ze er nog nooit van die sport
gehoord, maar dat was geen belet
sel. Ik kon het wel aardig. Op mijn
twaalfde speelde ik al met de seni
oren en mijn debuut in het eerste
was op mijn zestiende. Mijn cric
ket-carrière speelde zich af van
mijn 18e tot mijn 38e. In die tijd heb
ik maar 185 wedstrijden gespeeld,
want ik heb ook nog wat andere
sporten gedaan. Twee jaar geijs
hockeyd bijvoorbeeld bij de toen
malige profclub Raak. Als je bij cricket
wicketkeeper bent, is de stap naar
ijshockeykeeper niet zo groot. Davy
Andrews - destijds een gevierd
goalie - mocht als buitenlander
niet in de Nederlandse competitie
spelen. Dus nam ik zijn plek in tij
dens die wedstrijden."
en Cedric, zijn dan ook beiden prof
voetballer van beroep. Marnix, die
slechts dertien maanden ouder is
dan zijn broer, speelt bij Haarlem
(ook wel Ajax 3 genoemd) en Cedric
natuurlijk bij Ajax en in Jong
Oranje. Van enige rivaliteit tussen
de broers is nooit echt sprake
geweest. Door het geringe leef
tijdsverschil speelden zij bij de
jeugd regelmatig samen. Toen hij
te goed was voor een club als HVV
weTd Marnix als eerste ingelijfd
door ADO Den Haag. Cedric, die
regelmatig werd gevraagd voor
vertegenwoordigende teams, volgde
spoedig. Dat leidde niet tot jaloe-
A1 die sporten werden altijd
gecombineerd met voetbal. „Ik was
zeven jaar toen ik begon te voet
ballen. In die tijd moest je twaalf
zijn om competitie te spelen, maar
op HVV hadden we op zondagoch
tend een onderlinge jeugdcompe-
titie. Eigenlijk moest je acht zijn
om daar aan mee te doen, maar
omdat ik aardig kon voetballen,
mocht ik al eerdeT spelen. Van daar
groeide ik door tot aan de Tweede
Klasse, waar HVV toen in speelde.
Op mijn twaalfde had ik de moge
lijkheid om naar ADO of Sparta te
gaan, maar dat mocht niet van
mijn ouders. Het was in het begin
van de jaren zestig en het profvoet
bal stond nog in de kinderschoe
nen. Ik moest dus naar school: om
een vak te leren."
Tegenwoordig gaat dat andeTS. De
beide zoons Van der Gun, Marnix
zie. Op jonge leeftijd begon Ajax al
te trekken aan Cedric.
Vader Lex was echter niet te ver
murwen: "Pas als ze hem met een
busje zouden halen - en ook weer
zouden terugbrengen - mocht hij
naar de Amsterdammers". ADO
Den Haag voldeed wel aan die eis.
Die club haalde hem voor de trai
ning op bij het Segbroekcollege.
Pas na drie jaar ging Ajax overstag.
De rest is bekend."
Ook zus Tessa voetbalde bij HVV.
Stiekem dan, want de sjieke
'Koninklijke'uit Den Haag staat dat
eigenlijk niet toe: „Toen ik klein
was organiseerde mijn vader de
zondagochtendcompetitie; mijn
moeder had dan bardienst. Ik trok
de sportkleding van mijn broers
aan en als er dan een jongetje
afbelde omdat die ziek was, nam ik
meteen zijn plaats in. Ik vond het
geweldig; wilde hartstikke graag
spelen. Uiteindelijk ben ik maaT
gaan hockeyen. Eerst bij HCKZ,
later bij HDM. Toen Jong Oranje-B
zich meldde, was ik aanvankelijk
te jong om mee te gaan. Een jaar
later werd ik weer gevraagd en
speelde een
toernooi mee in
Engeland. Weer
een jaar later
belden ze voor
Jong Oranje-A.
Ik had in die tijd
last van bles
sures en sinds
dien heb ik nooit
meeT wat van
de hockeybond
gehoord. Dat
was niet zo leuk.
Maar ach, ook ik
speelde een aar
dig potje cricket
bij HCC en kon
daardoor met
het Nederlands
team mee naar
het WK in
Nieuw-Zeeland.
Daarvoor had ik
al in Jong OTanje
meegedaan, dus
er was een tijd
dat ik in twee
Jong-Oranjes zat.
Geinig."
Tessa speelt sinds kort weer bij
HDM (de keuzeheren van de KNHB
zijn gewaarschuwd), terwijl het
einde van de blessure-periode van
zowel Marnix als Cedric nabij lijkt.
Voor de ouders Van der Gun ligt er
dus een grote uitdaging in het ver
schiet: hoe deel je een weekend in,
als alle drie de kinderen op het
hoogste niveau aan sport doen?
Uiteindelijk zal ook daarvoor wel
een oplossing gevonden worden.
Het zijn immeTS Van der Guns.