CO ADRIAANSE OVER TOMAS GALASEK Amsterdam - Tomds Galdsek heeft zich in korte tijd ontwikkeld tot de spil van Ajax. De 28-jarige middenvelder legt per duel vele kilometers af om 'zijn elftal'aan de winst te helpen. In een paar maanden tijd is Galdsek de aanvoerder van Ajax geworden. O: Kan Ajax de Champions League nog mislopen? Volgens velen ben jij de belangrijkste speler bij Ajax. Wat vind je daar zelfvan? Bij Willem II en Banik Os trava speelde je vaak'op 10'achter de spitsen. Waarom bij Ajax niet? Je scoort er dit seizoen anders lustig op los? Bevalt je huidige plek op het middenveld? Wanneer droeg je voor het eerst de aanvoerders band? Voel je je ook aanvoerder van Ajax? Je aanvoerdersband is rood, wit en blauw. De kleuren van Nederland of toch die van Tsjechië? ,Hoe zie jij de toekomst van Ajax? Hoe ziet jouw eigen toekomst er uit? „Een middenvelder moet goed kunnen schakelen tussen verdedigingen aanval. En ook nog eens het balbezit van de tegenpartij kunnen onderbreken. Beide aspecten beheerst Tomds goed. Verder scoort hij veel, dat is bijzonder voor een middenvelder en dat is voor ons een extra kwaliteit. Niet alleen onze 'nummer 10', maar ook onze 'nummer 6' heeft een groot scorend vermogen. Daarnaast is Tomds een zeer goede prof. Zijn vakbeleving is enorm en ook sociaal is hij een prima man. Hij heeft zich, sinds zijn komst van Willem II, verder ontwikkelt. Hij was al heel goed, daarom heb ik hem ook meegenomen. Maar hij wordt de laatste tijd alleen nog maar beter. Tomds is een steunpilaar; iemand die altijd speelt en door zijn collega's tot aan voerder is verkozen. Daaruit blijkt dat er toen, aan het begin van het seizoen, al een groot vertrouwen in hem was." Ajax Life nummer 13 16 maart 2001 Kloppend hart van Ajax Tomas Galasek Door: Arnout Verzijl, Foto's: Louis van de Vuurst 4 Tomas Galasek kwam afgelopen zomer, samen met trainer Co Adriaanse, over van Willem II. In Tilburg beleefde de Tsjech vier succesvolle jaren, met als abso luut hoogtepunt 'het rondje Champions League' van afgelo pen seizoen. Momenteel is plaatsing voor de Champions League opnieuw het belangrijkste doel. „Natuurlijk hoop èn verwacht ik dat wij ons in ieder geval gaan plaatsen voor de kwalificatie van de Champions League. Sinds de winterstop hebben we gewonnen van De Graafschap, Fortuna Sittard, FC Utrecht en RBC en de punten gedeeld met Willem II en FC Groningen. Door die goede reeks hebben we de derde plaats nu stevig in handen. Het moet mogelijk zijn die vast te houden tot het einde van het seizoen. Op de tweede plek richt ik me nog niet. We moeten nu vooral zorgen dat we ons ritme houden en dat we punten blijven pakken." „Zoiets kan ik natuurlijk niet over mezelf zeggen. Sinds ik bij Ajax speel, voel*ik wèl dat de waardering van de spelersgroep en de technische staf toeneemt. Dat vind ik heel leuk en ik ben er bijzonder blij mee dat ik nu zo goed presteer. Maar bij Ajax doen we het met zijn allen, van één echte uitblinker is dan ook geen sprake." „Ik heb bij Ajax een rol aan de rechterkant van het midden veld. Door een onafgebroken serie van veel wedstrijden te spelen, ben ik aan die positie gewend geraakt, want dit was inderdaad nieuw voor me. Ik dacht, voordat ik deze zomer naar Ajax kwam, ook in Amster dam 'op 10' terecht te zullen komen. Maar hier werkt het toch anders. De 'nummer 10' van Ajax moet nög aanvallender spelen dan ik gewend was; zeker in thuiswedstrijden. Het dient een soort speler zijn die dicht bij het doel staat, zich bij de tweede paal aanbiedt en veel scorend vermogen heeft. Er zijn andere types die dat beter kunnen. Het is gewoon nèt niet mijn positie." „Ha ha, ik heb al zeven maal gescoord in de competitie. Mijn specialiteit, het afstandsschot van twintig meter, vliegt er de laatste tijd vaak in ja. Ongeloof lijk gewoon, zo mooi als ze tegen het net slaan. Tegen Vitesse, in die bekerwedstrijd, ging ik hele maal uit mijn dak toen ik raak schoot. "Mooier dan dit kan niet", zei ik tegen mezelf. Tot ik via die volley tegen FC Utrecht scoorde; die was nog fraaier. Het gaat maar door." „Zeker, 'op 6' kom ik goed tot mijn recht, omdat ik een meer controlerende functie heb. Meeverdedigen, aanvallen, aan de bal komen en de aan vallers inspelen. Dat zijn mijn taken. In dit systeem vraagt de trainer de buitenste middenvel ders, momenteel zijn dat Rafael van der Vaart en ik, tevens bij te sluiten bij onze spitsen. Rafael en ik doen dat om beurten. Bei den beschikken we over een groot loopvermogen en dat is noodzakelijk om deze rol goed uit te kunnen voeren. Boven dien moeten we er voor zorgen dat we onze eigen tegenstander niet uit het oog verliezen; de omschakeling bij balverlies blijft daarom ook heel belang rijk." „Dat was in de thuiswedstrijd tegen SC Heerenveen, begin december, toen Richard Wit- schge en Aron Winter gepas seerd waren. Ik had er eerlijk gezegd geen seconde rekening mee gehouden en hoorde het pas tijdens de wedstrijdbespre king. Aan het begin van het sei zoen zijn vier aanvoerders gekozen. Het was het voorstel van de trainer om er ook een door de jongelingen en ééntje door de buitenlandse spelers te benoemen. Co Adriaanse koos voor Aron Winter, Richard Wit- schge werd door de spelers groep genomineerd, Richard Knopper door de jongelingen en ik door de buitenlanders van Ajax. Het feit dat ik toen al genomineerd werd, was een complete verrassing voor me. Ik was tenslotte net nieuw bij Ajax, de jongens moesten me nog Ieren kennen." „Ia, toch wel. Ik zie het als een aanzienlijke blijk van waarde ring voor de prestaties, die ik hier neerzet. Nu Richard en Aron weer af-en-toe meedoen, blijf ik de band houden. Daar spreekt vertrouwen uit. In de kleedkamer doen we overigens alles samen; het is niet zo dat ik bepaal wat er gebeurd. Aron en Richard betekenen veel voor de selectie. Kleine problemen wor den door hen vaak opgelost. Voor Aron blijft het vervelend dat hij zijn basisplaats heeft ver loren. Dat hij desondanks voor iedereen openstaat, vind ik geweldig. Aron is een prima col lega." „Geen van beide. Voor de wed strijd ligt-ie keurig op mijn plaats. De kleurencombinatie berust op louter toeval. Boven dien, mijn relatie met bonds coach Jozef Chovanec is niet goed. Hij heeft al maanden geen contact met me gezocht en daar ben ik teleurgesteld over. De band die ik met mijn vaderland heb, wordt minder en minder. Natuurlijk wil ik nog interland voetbal spelen, maar die drang neemt snel af. Het voordeel is bovendien, dat ik me volledig op Ajax kan richten." „Heel goed. We hebben veel jonge, talentvolle voetballers die een kans krijgen om zich te bewijzen. Elke wedstrijd leveren ze een goede prestatie en doen veel ervaring op. Bij Ajax bestaat veel concurrentie, iedere positie in het elftal is dubbel bezet. Dat vind ik goed voor de club." „Tsja, ik ben naar Ajax geko men om prijzen te winnen. Dat is voorlopig mijn streven. Momenteel presteer ik naar behoren en ik hoop in de nabije toekomst een nög belangrijker wapen van Ajax te worden. Ik heb na dit seizoen nog een contract voor vier jaar en als het even kan, zou ik graag mijn carrière bij Ajax af sluiten. Met een paar fraaie prijzen ja. Ik begin me steeds meer Ajacied te voelen. In Tsje chië geldt Ajax als een hele grote ploeg. Volgens al mijn landgenoten besef ik niet dat ik voor deze club speel en hoe bij zonder dat is."

AJAX ARCHIEF

Ajax Life (vanaf 1994) | 2001 | | pagina 7