WARM
Ajax-life nummer 8 7 december 2000
ters zingen
ring: De Ajax-film
Hoe de ontroostbare Cristian
Chivu, na zijn rode kaart tegen
Hapoel Haifa - zijn tweede die
week - de kleedkamer binnen-
beent en overlopend van frus
tratie en woede, zijn hoofd
schuddend, dat ene zinnetje
maar blijft herhalen: „Twee rode
kaarten in één week."
Of hoe hartverscheurend triest
kleine Nikkie uit de D-pupillen
kijkt, als hij van trainer Robin
Pronk te horen krijgt dat hij vol
gend jaar niet meer welkom is
op de jeugdopleiding en zijn
moeder opgewekt zegt daar de
positieve kant wel van in te zien:
„Kunnen we weer lekker lang op
vakantie."
om dat ene talentje; een speler
tje dat de club later glorie en for
tuinen kan opleveren. Bestuurs
lid financiële zaken Arie van Os
zei na afloop: „Zo gaat het er in
het topvoetbal nu eenmaal aan
toe. Zakelijk, puur zakelijk. Zo is
de voetbalwereld. Niet altijd
even fraai, maar Ajax moet wel.
Misschien is het wel goed dat de
buitenwereld dat ook eens ziet."
De film spreekt zelf geen oor
deel uit, registreert slechts. De
feiten. De gebeurtenissen. De
waarheid. Fraai of niet, 't is wel
de realiteit. Het maakt de film
tot een eerlijk document.
'Engelen' brengt de meerdere
gezichten die Ajax met zich
meedraagt, mooi in beeld. Want
tegenover de kille taferelen staat
de intense vreugde van de D2-
spelertjes die in de stromende
regen zojuist het kampioen
schap behaald hebben. De spe
lertjes besluiten tot een geza
menlijke 'Pierre van Hooijdonk-
buikschuiver' richting tribune
waar doldwaze vaders, moe
ders, broers, zussen en andere
familieleden om het hardst de
behaalde triomf vieren.
'Engelen' maakt nog iets ondub
belzinnig duidelijk. Namelijk
hoe gebeurtenissen in het top
voetbal als alcohol verdampen
en elkaar in werkelijk duizeling
wekkend tempo opvolgen.
Frank Kales, Frank Verlaat, lan
van Halst, Martijn Reuser, Tij-
jani Babangida, Brian Laudrup,
Dani en Jan Wouters; het zijn
slechts enkele namen van pers
onages die een jaar later in de
Arena in geen velden of wegen
meer te bekennen zijn.
Regisseur Roel van Dalen, al
jaren seizoenkaarthouder van
Ajax, lichtte onbewust een tipje
van de sluier op van de manier
hoe hij access all areas had
weten te verkrijgen, toen hij na
afloop van de film op warme,
gemeende en ontwapenende
wijze tegen de op het podium
geroepen Cristian Chivu zei: „Ik
zie jou als de personificatie van
Ajax. Dat zal er, na het incasse
ren van alle tegenslagen, ook
weer helemaal bovenop
komen."
Zijn Ajax-hart zal constant heb
ben gebloed door alle ellende
die het seizoen 1999/'00 bracht,
Van Dalens filmers-ziel zal
onophoudelijk vreugdespron
gen hebben gemaakt over de
stroom dramatische ontkno
pingen en gebeurtenissen die
het ontluisterende seizoen
opleverde. Het zorgde voor
beelden die ons doorgaans ont
houden worden en voor lange
tijd op het netvlies blijven bran
den:
En het ongeloof, nee de veront
waardiging, op het gezicht van
ad interim trainer Hans Wester
hof die de uitslag van de door de
selectiespelers ingevulde
enquête met de rest van de tech-
nische staf doorneemt: „Alle
maal schatten ze hun eigen
prestatie hoger in dan die van
het team!!!"
Het zijn beelden die deze film
maken tot wat Ajax zelf al meer
dan honderd jaar is: een klassie
ker. Jan Wouters, de onbedoeld
tragische hoofdpersoon, enigs
zins verrassend bij de première
aanwezig, recenseerde de docu
mentaire met een wrange glim
lach om de lippen: „Hij laat ver
schrikkelijk duidelijk zien hoe
de voetbalwereld in elkaar zit."
En alvorens - de rug recht, het
hoofd omhoog - de Amster
damse avond in te lopen: „Maar
dat wist ik al wat langer, hoor."