o
4. kf4 -
K
1
T
,1\ 41 V
mpj 'mm1
I-
éi*
mm*
*c
B. JÉ»
- lSPw®P,f!
NAAR AMSTERDAM?
MANNEKES EN DUVELTJES
Ajax-life nummeT 4 13 oktobeT 2000
zusterclub GBA geopend
it',!?.
if
- S A i
V v«y
GBA. Gelegen tussen het ruis
ende groen van fraaie oude
bomen is de jeugdopleiding een
oase van rust. Vandaag wordt er
niet getraind. De ontvangst
door Urbain Haesaert, verant
woordelijk voor de jeugdacade-
mie, is - wederom - warm. De
sympathieke voormalig trainer
én schoolmeester is een ervaren
rot in het vak. Met de verschil
lende Belgische clubs die hij
trainde, haalde Haesaert telkens
Europees voetbal: „Ik heb met
mijn teams Hajduk Split,
Dinamo Moskou en AC Milan
uitgeschakeld. Na die hectische
periode als trainer zit ik hier
prima op mijn plaats. Ik wil niet
voortijdig op de bank sterven."
Bij de start van de nieuwe club
in mei 1999 werd Haesaert
geconfronteerd met ongeveer
650 jeugdspelers tussen de acht
en twintig jaar. Daarvan zijn er
nu nog een kleine vierhonderd
voetballers over. Haesaert: „Bij
de samenvoeging konden we
niet zomaar spelers de deur wij
zen. Sport heeft hier een grote
sociale impact." Weer blijkt de
invloed van de politiek: „Door
de gemeente wordt de hoogte
van het lidmaatschapsgeld van
een jeugdspeler bepaald. Wij
hebben tevens de verplichting
sen gewestelijke jeugd en natio
nale jeugd. De eerste groep
speelt puur recreatief, de
tweede groep is te vergelijken
met de jeugd van Ajax. De parels
uit de opleiding mogen door
naar de Beloften, het tweede elf
tal dat op het Veltwijckpark
traint en speelt. De plaatsen van
jongens die het net niet redden,
worden ingenomen door voet
ballers uit de regio. Haesaert:
„Ook vanuit de scouting komt
talent naar hier. We hebben een
13-jarig talent uit Lokeren rond
lopen. Een van onze scouts, Van
der Haegen, tipte ons en we
hebben meteen gehandeld. Van
der Haegen ontfermt zich nu
over het spelertje en brengt èn
haalt hem dagelijks naar de
club." Met aandacht en zorg
worden de diamantjes geslepen
tot - hopelijk eens - fonkelende
sterren op het veld. Haesaert
legt uit dat drie aspecten de kern
vormen bij het opleiden van
spelertjes. „In België wordt een
voetballer vaak beperkt beoor
deeld. "Zie wat een geweldige
techniek!" roept men dan, ter
wijl techniek maar een beperkt
onderdeel is. In de eerste fase is
traptechniek en technische
vaardigheid van belang. Door
hard werken en een intelligente
benadering kan een speler dat
concluderen dat daar een goede
groep trainers voor verantwoor
delijk moet zijn, komt Simon
Tahamata binnenstappen. De
bekende oud-voetballer van
Ajax, Standard Luik, Feyenoord,
Beerschot en Germinal Eekeren
heeft zijn bestemming gevon
den als Technisch Supervisor bij
de jeugd van GBA. „Mijn taak is
de trainers te sturen, ze te hel
pen met de specifieke oefenstof.
Ik heb geen eigen elftal onder
mijn hoede, maar ben aanwezig
bij bijna alle trainingen.
Momenteel werken we hard aan
de eerste fase, het verbeteren
van de traptechniek en de tech
nische bagage van voetballer
tjes. Ook ligt de nadruk op het
bijbrengen van normen en
waarden. De jongens hier zien
ons vaker dan hun eigen ouders.
We hebben een sterk opvoed
kundige functie." Tahamata is
vaak aanwezig in Amsterdam
om daar ervaringen op te doen
die hij later in Antwerpen kan
gebruiken. Het verschil tussen
Nederlandse en Belgische talen
ten is voor hem overduidelijk.
„Als ik op De Toekomst in de
kleedkamergang jongens tegen
kom, zeggen ze vaak niks. Kijken
niet op of om. Ik vind dat onbe
leefd, dat zijn slechte sociale
omgangsvormen. De meeste
foto: Louis van de Vuurst
onze faciliteiten aan te bieden
aan de Antwerpse jeugd. Zuiver
gekeken naar het rendement
kost de academie met dit grote
aantal voetballertjes ons geld.
Toch heeft dat ook een voordeel:
uit het recreatieve jeugdvoetbal
komen veel potentiële suppor
ters van GBA voort." Om toch te
komen tot een kwalitatief hoog
waardige jeugdopleiding, is er
een scheiding aangebracht tus-
leren. In de tweede fase komen
wilskracht en teamgeest aan
bod. Mentaliteit is een wezenlijk
onderdeel. Ik omschrijf het als
het positief agressief handelen
van een voetballer op het veld.
In de derde fase ligt de nadruk
op de snelheid en de explosivi
teit van een speler."
Op het moment dat we willen
v.l.n.r. Urbain Haesaert, Bob-Jan
Hillen en Simon Tahamata over
leggen op hetVeltwijckpark.
jongens in Amsterdam zijn indi
vidualistisch ingesteld. Wat dat
betreft kunnen ze 'daar' leren
van onze Belgische normen en
waarden. Het kweken van
saamhorigheidsgevoel, een
hechte band tussen spelers is
enorm belangrijk." Enigszins
foto: Louis van de Vuurst
opgelaten (zijn collega Haesaert
zit ook aan tafel) vragen we
Simon of hij in de toekomst in
Amsterdam de jeugd komt trai
nen. Tahamata, tactvol: „Door
dat ik hier kan werken, bij een
club die nauwe banden heeft
met Ajax, is mijn droom al gro
tendeels uitgekomen. Ik zal niet
op korte termijn naar Amster
dam vertrekken, alleen al omdat
mijn kinderen hier naar school
gaan. Maar eigenlijk werk ik nu
al voor Ajax."
Voor dit jaar is de gezamenlijke
doelstelling van Ajax én GBA al
gehaald: jaarlijks één Belgische
jeugdspeler de kans geven in
Amsterdam aan de slag te gaan.
In de Al staat momenteel een
'product' van de Belgische
jeugdacademie onder de lat.
Keeper Bram Verbist is het
schoolvoorbeeld van de bedoe
lingen van Ajax. Ook de jonge
Belg schrok een beetje van de
mentaliteit in de kleedkamer,
volgens Tahamata: „Hij dacht
dat hij met verschillende elftal
len in één kleedkamer terecht
was gekomen. Voor hem is het
individualisme het grootste
probleem in Amsterdam."
De tijd dringt. Over een paar uur
begint de opening van het
Olympisch Stadion. We nemen
afscheid van het rustieke Velt
wijckpark. Op de valreep nemen
Urbain Haesaert en Simon
Tahamata nog even de lijst door
met jeugdspelers die bij de ope
ning een demonstratietraining
geven. Trots wijst Simon ons
op de namen van een paar
groeidiamantjes. „Die Prince
Asubonteng, dat kan een goeie
worden. En eigenlijk geldt dat
voor alle jongens van de D2." De
lijst is een prachtig concreet
voorbeeld van de mogelijkhe
den. Haesaert: „Het potentieel
is aangeboord. De kurk is van de
fles."
Anderhalf uur voor de galawed
strijd tussen GBA en Ajax drup
pelt het publiek langzaam het
Olympisch Stadion binnen. Op
het vak aan de korte zijde, achter
de goal, zitten zo'n 180 genodig
den uit Amsterdam. Alle mede
werkers van Ajax zijn uitgeno
digd op de house warming party
van het kleine broertje in Antwer-
Aron Mokoena wisselt zijn shirt
met een Belgische tegenstander.
Wamberto haalt uit voor de enige
treffer van de wedstrijd.
pen. Na een haast overdadige
Bourgondische maaltijd, genut
tigd in restaurant 'De Jachthoorn',
arriveert het gezelschap opper
best gestemd in het stadion.
De show start met een traditio
neel nummer dat doet denken
aan de kastanjebruine dagen
van de eerste opening in 1920.
Gymnasten vormen ritmische
figuren op de groene grasmat.
Alleen de stem van de Belgische
evenknie van Han Hollander
ontbreekt. Dan is het de beurt
aan de 'mannekes' van Simon
Tahamata en Urbain Haesaert.
Met een microfoon geeft Simon
aan de supporters tekst en uitleg
bij de verschillende trainings-
vormen. Warming up in een rij
tje, de bal strak inspelen en
afronden op doel; het heeft veel
weg van de methodes die op
sportpark De Toekomst in
Amsterdam worden gehanteerd.
Aan de zijlijn staan 'de Duveltjes',
hummels van zes jaar, in hun
paarse tenuetjes al te trappelen.
Straks, na de verschillende
optredens, mogen zij de erehaag
vormen bij de opkomst.
De Belgische soulband 'Boogie
Boy The Woogies' start haar
optreden ongeveer gelijktijdig
met de warming up van Ajax-1.
Als de, in strak gifgroen en zwart
leer gestoken, bassist langs
loopt, vraagt de technische staf
van Ajax zich af of het hier wel
licht de nieuwe mascotte van de
club betreft. Niets blijkt minder
waar. De opzwepende tonen van
de gespeelde soul-klassiekers
maken van het opwarmen een
waar feestje. Ondertussen tracht
de echte mascotte, een bever
met grote kisten aan zijn voeten
en een pet op, de aandacht van
het publiek te trekken. De
belangrijkste co-sponsor heet
Beaver Software, vandaar.
Uit de selectielijst van Co Adri-
aanse valt op te maken dat hij
een aantal jongelingen in de
vriendschappelijke wedstrijd
een kans wil geven. Abubakari
Yakubu, Aaron Mokoena, Pius
Ikedia, Daniel Cruz en Jason
Culina starten allemaal in de
basis en tijdens de wedstrijd
krijgen ook de junioren Kwame
Quansah en Youssouf Hersi nog
speelminuten. Indachtig de
tweede doelstelling van Ajax en
GBA is dit een logische keuze
van Adriaanse. Het ligt immers
in de bedoeling dat jonge talen
ten, die weinig speeltijd krijgen
in Amsterdam, bij de Antwerpse
zusterclub kracht en ervaring
opdoen in de sterkste competi
tie van België. Ajax vist zo niet
alleen in de talentenvijver, het
zorgt tevens voor de versterking
van het eerste elftal.
Bij de opkomst van de elftallen
wandelt elke Ajacied met een
Duveltje aan de hand naar de
middenstip. Of er misschien
fout geteld is weet niemand,
maar als Daniel Cruz als laatste
een handje pakt, dreigt er één
Duveltje beteuterd achter te
blijven. Het Colombiaanse
talent Cruz steekt echter tijdig
zijn andere hand uit en voor
komt dat de grote jongens
droom van het kleine voetbal
lertje in duigen valt. Na het
maken van de gezamenlijke elf
talfoto betreedt Simon Taha
mata de groene mat, met in zijn
kielzog een Belgische schone.
Het publiek staat op de banken.
Samen met de voormalige Miss
België Brigitta Callens verricht
de voormalige linksbuiten uit
eindelijk de aftrap. „Simon,
Simon!" scandeert het publiek.
Met een soort overrompelings
tactiek razen de spelers van trai
ner Franky van der Eist direct
richting het doel van Fred Grim.
Pas als het eerste offensief is
gaan liggen, slagen de Ajacieden
er in de touwtjes in handen te
nemen.
Het vriendschappelijke karakter
van de avond heeft zijn weerslag
op het duel. Tot aan de 85ste
minuut is de stemming op het
veld vooral 'sociaal wenselijk',
zoals zich dat wel vaker op een
familiefeestje voordoet. Wam
berto, in Amsterdam nog wel
eens 'Simon de Tweede'
genoemd, zorgt dan met een
persoonlijke actie voor de 0-1
eindstand. Op voor hem redelijk
bekend terrein maakt Wampie -
hij speelde, voordat hij naar Ajax
kwam, eerst bij Standard Luik -
de enige treffer van de avond.
Het handjevol supporters in het
uitvak (merendeels leden van de
Belgische Supportersvereniging
Ajax) juicht hartstochtelijk.
Het laatste fluitsignaal van arbi
ter Johan Verbist is het teken
voor de spelers om een voor
voetbal kenmerkend vriend
schappelijk gebaar te maken.
De shirtjes worden geruild. Met
goedkeuring kijken de Belgische
supporters naar de jeugdige
Ajacieden die het shirt om de
schouders dragen. "Allé, dat
paarse tricot staat ze prachtig.
Laat ze hier maar komen voet
ballen", merkt een suppoost met
glinsterende oogjes op. De eer
ste kennismaking tussen de
twee zusterclubs is alle partijen
zeer goed bevallen.