Ajax kan
zich na de
6-0 zege op
AA Cent
opmaken
voor de
tweede
ronde in de
UEFA Om
Ajax Life was de
hele dag in Gent.
Een sfeerreportage.
O
'BEFJES'
'VIJF VOOR TWAALF'
SAS VAN GENT
ONDER HET HORLOGE
DODELIJK SAAI
Ajax-life nummer 2 15 september 2000
Door: Erol Erdogan
Gent - De route naar Gent van
uit Amsterdam is makkelijk.
Utrecht, Breda, Antwerpen en
vervolgens Gentbrugge. Maar
vandaag is het net iets anders.
Door de krankzinnig hoge die
sel- en benzineprijzen menen
vrachtwagenchaffeurs te moe
ten protesteren. Ruim dertig
kilometer voor Breda gooien ze
de weg richting Belgische grens
potdicht. Althans, een paar
auto's die vlak achter de blok
kade stilstaan kunnen aan de
hand van een vriendelijke poli
tieagent tussen de vrachtwa
gens door glippen. Wij ook. De
snelweg achter de opstopping
straalt een serene rust uit, alsof
de autoloze zondag hier alvast
is begonnen. Wij zijn de heren
truckers achteraf dankbaar en
hebben opeens zeer veel begrip
voor hun protestactie.
Binnen een klein uurtje zijn we
in Gentbrugge en zijn op het
ergste voorbereid. Fouilleren,
handen op de auto en een sper
vuur aan vragen. Voor ons ver
trek naar Gent hadden we een
brief gelezen van de burge
meester van Gent, Frank Beke,
waarin hij vriendelijk een aan
tal organisatorische maatrege
len verkondigt die van toepas
singzijn op supporters van Ajax
uit Amsterdam. Het einde van
de brief is licht dreigend: 'Wie
zich niet kan legitimeren,
mogen onze politiediensten
volgens de wet arresteren.'
Onze vrees is volledig onge
grond. Een paar zeer vriende
lijke agenten, getooid met
baseballpet, verzoeken ons de
wagen aan de kant te zetten. Na
een vluchtige blik op onze
identiteitsbewijzen wensen zij
ons een aangenaam verblijf in
Gent. Of één van hen wellicht
Ajax ramt door
een prognose kan geven voor
de wedstrijd van vanavond?
'Allee, dat wordt een makkelijk
avondje voor jullie. Ik denk dat
Ajax dik gaat winnen. Veel ple
zier.'
Dat is klare taal van de heren
van de gendarmerie. En als hun
gemoedelijke houding teke
nend is voor de rest van de Gen
tenaren, is er weinig dat mis
kan gaan vanavond. De zoek
tocht naar de parking levert
achteraf meer problemen op
dan de blokkade vlak voor
Breda. Een aantal wederom
aardige agenten verwijzen ons
naar een grote publieke par-
Wij besluiten haar toch maar
links te laten liggen en gaan
met de auto op zoek naar het
centrum. Vlak buiten het oude
centrum van Gent vinden we
een parkeerplaats. Net als in
Amsterdam is het parkeren in
Gent een lucratieve business
voor de gemeente. We hebben
geenBefjes' in muntvorm, dus
kloppen aan bij een drogist.
Waar je in Amsterdam nors
wordt weggestuurd, blijkt de
dame met de witte stofjas er
total geen probleem mee te
hebben om als een soort wissel
kantoor te fungeren. Een klein
probleempje: onze briefjes van
honderd waren tijdens de eer
ste ontmoeting tussen Gent en
Onze wandeling door het cen
trum biedt geen taferelen die
wij hadden verwacht. Terras
sen vol met suppor
ters, veel bier en
een fijne voetbal
stemming. We
komen bedr
ogen uit. Pas op
het Emile Braun-
plein, eigenlijk ai
hartje stad, zitten
de eerste supporters
stilletjes aan een bier
tje. Het lijkt alsof ze helemaal
geen zin hebben in de wed
strijd, alsof ze liever voor de tv
thuis, bij moeder de vrouw
waren gebleven. Een aantal ter
snel
af te reke
nen en Jan van
Gent met zijn zoete
herinneringen alleen te
laten. Voor ons is de
gedachte aan de finale
tegen Mechelen net zo lood
grijs als de lucht boven Gent.
Waar nu naar toe? We verlaten
Gent en gaan naar het stadion.
Op de wandeling terug naar
onze auto worden we aange
houden door een jong meisje
met zwart geverfd haar. Ons
vermoeden is dat ze ooit een
poster van The Cure boven haar
bed had hangen. De naam van
de band heeft haar geïnspi
reerd, want ze wil ons intervie
wen over Greenpeace, de zoge
naamde geneesheren van moe
der Aarde. We noemen haar
voor het gemak Sas van Gent.
Op de Korenmarkt wil ze ons
overtuigen van de goede
bedoelingen van Greenpeace,
maar al snel draaien we het
gesprek om in onze richting en
vragen haar voorzichtig naar
een prognose voor het UEFA
Cup-duel. Schaapachtig kijkt ze
ons aan. 'Ik dacht al, wat is er
toch veel politie op straat. Wij
hebben toch gewoon een ver
gunning voor onze werving. Ik
wilde vanavond toch echt nog
wel wat gaan drinken in de
stad. Misschien moet ik dat
maar niet doen.' Teleurgesteld
sturen we onze wagen in de
richting van de Bruiloftstraat,
het adres waar het Jules Otten-
stadion staat. Wellicht is daar
meer voetbalsfeer op te snui
ven.
Langs allerlei hekjes, stewards
en mannen met gele hesjes is
ons eerste zicht op het stadion
fraai. Door een straat valt onze
blik op de hoofdtribune, die
hoog boven de gevels uit torent.
Ha, het eerste teken dat te
maken heeft met voetbal. Na
wat bochtjes links en rechts
komen we aan de korte zijde
van het stadion. Voor deze wed
strijd is er een noodtribune
gebouwd voor de Ajax-suppor-
ters. Gek genoeg stond hier
vroeger de tribune 'onder het
horloge' waar de harde kern
van Gent hun ploeg fanatiek
pleegde aan te moedigen. Twee
heren, we noemen ze voor het
gemak Rod en Dave Steward,
staan relaxt een boterhamme
tje te eten. Ze staan achter een
bord waarop een grote gele
poster hangt. Het blijkt de
bouwvergunning te zijn voor
keerplaats. We hebben direct
een donkerbruin vermoeden
dat we niet op de juiste 'par
king' zijn. Een dame van lichte
zeden wordt opgeschrikt door
het gepiep van onze banden en
laat alle drugs spontaan uit
haar handen vallen. Een paar
goed doorvoede jongens uit
Holland, dat is klandizie die ze
een tijd lang niet heeft gehad.
Ajax in 1991 al niet meer geldig.
Maar we hebben nog andere
briefjes met waarde.
Het centrum van Gent is best
mooi, met alle karakteristieke
panden uit de tijd van Floris de
Vijfde, maar ook dodelijk saai.
Niets wijst erop dat er van
avond een wedstrijd wordt
gespeeld in de eerste ronde van
de UEFA Cup. Twee nietsver
moedende heren in gifgroen
met oranje pakken vragen wij
wat de uitslag vanavond zal
zijn. Zij staren ons aan alsof wij
vragen naar een jeukende
huidziekte. Nadat wij ons wat
duidelijker uitdrukken, blijken
de mannen van de stadsreini
ging totaal verdeeld te zijn over
de mogelijke afloop van het
duel. Leunend op een bezem
vindt Polleke 1 dat Gent geen
schijn van kans heeft. Polleke 2
blijkt goed op de hoogte te zijn
van het internationale voetbal.
Hij zegt dat Ajax al lang geen
Europese grootmacht meer is.
De discussie ontaardt in een
kleine ruzie en we laten de
heren verder met rust.
rassen verderop in de straat is
dichter bevolkt met Ajacieden.
Ook zij gedragen zich keurig en
ze lijken op de toeristen die
gekomen zijn voor het histori
sche centrum van Gent. We
gaan op een terras zitten voor
het cafe met de licht dreigende
naam 'Vijf voor twaalf'. De jon
gen die het terras bedient, we
noemen hem voor het gemak
Jan van Gent, vertelt ons dat het
helmaal niet zo gek is dat er
weinig voetbalfans zijn. 'Het
stadion is net iets te ver weg van
het centrum. Meestal zijn er
maar een handvol voetbalfans
op de terrassen.' Op de vraag of
hij vanavond ook in het stadion
zit, antwoordt hij afwerend. 'Ik
ben totaal geen fan van AA
Gent. Mijn club is KV Meche
len.' Op licht cynische toon ver
volgt hij: 'Ik geloof dat Ajax op
Europees niveau nog weieens
problemen heeft gehad met
mijn club, he? Wij hebben toch
de finale gewonnen? De Boer
scoorde toen. Wij hadden toen
nog John Bosman bij ons in de
ploeg. En Aad de Mos was trai
ner. Dat was niet zo plezant
voor u, geloof ik?' Wij besluiten