'Ik was zelfs voor elke training zenuwachtig' RMS SIMON MORGEN STOP IK Rolink vroeg af zich wat je nou met zo'n klein scharminkel aan moest. En dokter Tetzner zei 'ik kan hem niet met gewichten aan de rekstok hangen om hem groter te maken'. Toch moest er iets gebeuren, want Simon at alleen maar rijst. Toen zijn ze zes weken met hem aan de slag gegaan - zijn maatje Frank Arne- sen hielp ook mee - en wat gebeurde er: Simon werd niet groter, maar wél sterker. Hij ging spelen in het eer ste, greep zijn kans, gewoon omdat hij er alles voor over had. Ik was hartstikke trots dat Simon zo'n spe ciale, belangrijke voetballer werd. Hij had hele mooie schijnbewegingen, maar er kon nog wel wat bij. Dus raadde ik hem aan om de film van Johan Cruijff, Nummer 14, te bekijken. Pik een schijnbeweging van hem! En dat deed hij. Hij draaide die backs helemaal dol!" Hield je je ook met zijn politieke strijd voor een onafhankelijke Molukse staat, RMS, bezig? „Jazeker, Simon had me over de historie van de Molukkers verteld en daarbij dacht ik 'in hun verhaal zit wat in'." „Later vroeg hij me of ik mee wilde naar de gevangenis waar de kapers zaten. Ik twijfelde, maar stemde toch toe. Voor Simon. We namen shirtjes mee, speelden een zaalvoetbaltoernooi, en gaf mensen een hand. Ja, ook iemand die gedood had. Hij had nog kogelgaten in zijn lijf. Maar ik deed het voor Simon, en heb er ook nooit problemen mee gekregen dat ik dat gedaan had." Heb je veel vrienden overgehouden aan de voetballerij? „Meer kennissen. Vrienden heb ik van buiten de voet ballerij. Maar als Leo Beenhakker met Feyenoord kam pioen werd, stuurde ik hem wel een telegram. Ook met iemand als Barry Hughes is de band goed. Hij woont ergens in de Costa Brava en wij hebben een huisje in Perpignan. Dat is niet extreem ver van elkaar van daan. Er wonen meer Nederlanders, het wordt langza merhand een Hollandse kolonie." der, maar dat was het. Wij waren de baas, over de hele wereld. Dat was Ajax, die kapsones hadden we nog. George Knobel vertelde me dat ze in zijn MVV-tijd een pooltje maakten in de bus als ze naar Ajax moesten. Geen enkele speler durfde op een overwinning van zijn eigen team te wedden, nog niet eens op een gelijkspel!" Het lijkt me vreselijk om in zo'n periode afscheid te moeten nemen, ondanks alles watje eerder gewonnen hebt. „Aan die triomfen houd ik me ook vast. Die nemen ze me niet meer af. Maar toch maak je je bezorgd om de toekomst van je club. Dit kan niet zo doorgaan. Dit is Ajax-onwaardig." Blijf je altijd naar Ajax gaan? „Tuurlijk." Lachend: „Ik kan nu ook eens op de tribune gaan mopperen. Wantje wordt wel wat mopperachtig, ha ha, ha." Met de meeste spelers had je een goede band, maar die met Simon Tahamata is nog steeds heel speciaal. Waarom? „Simon luisterde goed. Ik werd zijn tweede vader. Ik trainde het tweede en Ivic vroeg aan me of ik nog iets in het tweede had. Het eerste had wat blessures. Ik ver telde dat ik nog een getalenteerd, klein, bruin manne tje had rondlopen, die ontzettend zijn best deed. En Simon ging meetrainen met het eerste. Ivic was ook van hem gecharmeerd, maar bijvoorbeeld dokter Als jullie in dat huisje in Perpignan gaan zitten, kun je niet naar Ajax kijken." „Ik kijk dan maar naar Teletekst. We gaan er zeker een paar maanden heen. Dat hebben we in al die jaren nog nooit meegemaakt. Het is goed om even afstand te nemen. Ik ben nooit vrij geweest, en daar kijk ik nu wel naar uit. Als ik ten tijde van De Meer gestopt zou zijn, had ik het er moeilijker mee gehad. Dat was mijn huis." Je hebt in 1993 hartproblemen gehad. Hoe is het nu met je gezondheid? Je rookt nog steeds als een ketter en een whisky met ijs sla je ook niet af. „Ik ben fit, anders had ik nooit dit werk kunnen blijven doen. Maar ik ben drie keer aan mijn knie geopereerd,

AJAX ARCHIEF

Ajax Life (vanaf 1994) | 2000 | | pagina 11