De beste stuurlui over
O
Spitsen worden bejubeld, aanbeden en verheerlijkt, maar wat gebeurt er als ze
nauwelijks tot scoren komen? Nikos Machlas, de duurste aankoop uit de
Ajax-geschiedenis, heeft tot nu toe een moeilijk seizoen. Wat moet een trainer
wanneer zijn spits kansen blijft missen? Dick de Groot, Jan Vennegoor of
Hesselink, John Rep en sportpsycholoog Geert Savelsbergh geven hun mening.
Ze zijn het over één ding eens: geef een spits altijd het volste vertrouwen.
Praatsessie
Ware klasse
Wonderen
Hulp voor de
niet scorende spits?
TEKST: PETER WEMELINK
FOTO'S: RON RICHEL
anneer een spits een lange tijd niet scoort moet
je als trainer veel op zo'n jongen inpraten", zegt
Ajax-jeugdtrainer Dick de Groot, die met alle
grote Ajax-talenten heeft gewerkt. „Vertrouwen moet
altijd de basis zijn. Ik heb ze allemaal onder handen
genomen. Dennis Bergkamp was als jong gozertje al
nuchter. Die had zo iets van 'komt het vandaag niet,
dan komt het morgen wel'. Kluivert daarentegen zat
bijna wekelijks in het kantoortje. Die had dat druistige.
Nog steeds trouwens. Patrick kon er ziek van zijn wan
neer hij een lange tijd niet scoorde. Het is per persoon
verschillend."
„Natuurlijk is een praatsessie niet de enige remedie
om een speler er weer bovenop te krijgen. Veel schiet
oefeningen, veel balspelletjes en vooral niet harder
gaan trainen. Meestal heeft dat een averechtse wer
king. Wanneer het plezier tijdens de trainingen terug
keert, zie je dat in de wedstrijden terug. Dat was bij
Machlas een paar keer het geval."
Zelfanalyse is volgens Jan Vennegoor of Hesselink, de veel
scorende spits van FC Twente, het eerste middel waar
een falende spits naar teruggrijpt. „Hoe komt het dat
Machlas in een wedstrijd de bal ik weet niet hoeveel
keer tegen de paal en lat schiet? Als spits hik je tegen
zo'n uitblijvende goal aan. Je zoekt dan eerst de oor
zaak van dat gebrek, vervolgens pas je je spel aan door
terug te grijpen op je voetbalinstinct. Dat leerde je als
jong spelertje. Frivool spelen, alle remmen losgooien. Als
daarmee het rendement terugkeert, komt dat
zelfvertrouwen vanzelf."
„Gelukkig heb ik altijd het volste vertrouwen gekregen
van mijn trainers Fred Rutten en Hans Meyer. Die
zeiden altijd: til er niet zo zwaar aan, want een spits is
geboren om te scoren. Altijd. En zo is het met Nikos
ook. De vraag is of ze hem die tijd gunnen."
Voormalig Ajacied John Rep, tegenwoordig trainer van
de Flevo Boys in Almere, begint zijn relaas met te stel
len dat niet elke spits een Ajax-spits is. „Daarin schuilt
misschien het probleem bij Machlas. Hij heeft enorm
veel kwaliteiten, maar benut deze niet optimaal bij
Ajax. De geringe ruimte waarin hij moet spelen vormt
voor Machlas een probleem. Hij past niet zo bij Ajax. Bij
Vitesse kreeg hij alle ruimte die hij zich wensen kon, bij
Ajax is dat niet het geval."
„De ware klasse verloochent zich nooit. Iedere spits
maakt in zijn carrière een mindere periode door. Toen
ik van Ajax naar Saint Etienne verhuisde, kreeg ik een
enorme dip. Ik raakte geen knikker meer. Het liefst had
ik een weekje uit het voetbal willen stappen om vakan
tie te vieren, maar door zware trainingsarbeid ben ik er
weer bovenop gekomen. Hard trainen en een stapje
méér zetten dan normaal is de beste remedie voor een
spits die droog staat. En niet wachten tot het vonkje
plotseling overslaat. En journalisten zouden zich soms
ook wat menselijker kunnen opstellen door begrip te
tonen voor spitsen die te maken hebben met een dip."
Geert Savelsbergh, als sportpsycholoog verbonden aan
de Vrije Universiteit van Amsterdam: „De druk bij