'De uitwedstrijden zijn het mooist,vanwege het contact tussen spelers en publiek.' Even plassen Ajax-Wijk J dichterbij komt, word ik steeds bar Op 2 juni 1971 was Peter Sertons zestien jaar toen zijn vader hem onverwachts van school haalde. „Hij zei dat ik naar het ziekenhuis moest. Niet zo vreemd voor mij, want ik heb hemofolie (een bloedziekte). Maar ineens stonden we op Schiphol en vlogen we naar Londen. In het Wembley-stadion speelde Ajax die avond de Europacupfinale tegen Panathinaikos. We dachten dat de wedstrijd om kwart over acht zou beginnen. Toen we dus met enige vertraging tegen achten bij het sta dion aankwamen, gingen we eerst nog even plassen. Ineens hoorden we een enorm gejuich: 1-0 door Dick van Dijk. Sinds 1971 belt mijn vader me altijd op als ze die goal weer op tv laten zien. Kijk, die hebben we toen gemist." De beste herinneringen bewaart de stadsdeelwethou der aan de uitwedstrijd tegen Atletico Madrid, in het seizoen 1996-1997. „Thuis was het 1-1 geworden. Met Arena vooral nodig heeft, is een paar historische over winningen. De enige echte kritiek die ik heb is dat ze hebben bezuinigd op liften en roltrappen in een sta dion van 210 miljoen gulden. Dat is ergerniswekkend." De GroenLinks-politicus heeft een seizoenkaart sinds 1992, omdat het toen moeilijker werd om losse kaarten te kopen. Hij bezoekt de wedstrijden altijd met een groep vrienden, zijn vader en zijn vriendin. Als kind ging hij al met zijn vader naar Ajax. Vooral de vele Europacupwedstrijden die hij heeft gezien, herin nert Peter Sertons zich nog goed. De eerste was Ajax- Real Madrid, in het seizoen 1967-1968. „De wedstrijd in het Olympisch Stadion was teleurstellend gua uitslag: 1-1. Uit maakte Henk Groot een fantastisch doelpunt, Cruijff kreeg in de verlenging nog een paar goede kan sen, maar helaas werd Ajax toch nog uitgeschakeld. Vanaf dat moment gingen we vast naar alle Europacupwedstrijden. De uitwedstrijden zijn toch het mooist, vanwege het contact tussen spelers en publiek. Ik merk dat hoe meer je daarin opgaat, hoe sterker de band met Ajax wordt." Ajax, maar straten mogen niet naar levende mensen worden genoemd. Nu worden het de namen van de stadions die van betekenis zijn geweest voor Ajax; Anfield Road, Bernabeu, het Prater stadion. We heb ben ze gekozen in overleg met Ajax. Het is niet mijn portefeuille, maar ik ga er wel van uit dat we er samen met Ajax iets moois van maken als straks - in 2001 - de eerste huizen worden opgeleverd. Natuurlijk ook uit het oogpunt van pr. Ajax heeft zo'n uitstraling, daar moet je gebruik van maken." „Tijdens een reis naar Vietnam zat ik een keer aan de oever van de Saigon River. Er kwam een jongen naast me zitten van een jaar of achttien die vroeg of hij zijn Engels met mij mocht oefenen. Vervolgens ratelde hij alle namen van het Ajax-team van 1992 op. Ik zei dat hij er eentje was vergeten, namelijk Wim Jonk. „Ah, num ber four", zei hij meteen. Zo'n impact heeft Ajax." zijn vieren gingen we naar Madrid. Vanwege de zenu wen hadden we al vanaf twee uur 's middags geen hap meer door onze keel kunnen krijgen. Tijdens de wed strijd was de spanning haast ondraaglijk. Toen Dani in de verlenging net was ingevallen, verloor hij op knulli ge manier de bal. De man voor me staat op en schreeuwt: 'Hé Dani, harder werken en minder neu- ken'. Een minuut later verdwijnt de bal in het kruis." Een soortgelijke ervaring had Sertons bij de eerste finalewedstrijd tegen Torino in Turijn. ("Daar is 'We are the champions' geboren als Ajax-lied"). „Wim Jonk krijgt de bal op 25 meter van het doel. Ik schreeuw kei hard: 'niet schieten'. Maar gelukkig schoot hij wel en hij hing. Meteen begon in het vak een grote polonaise. Maar mijn vriendin pest me daar nog steeds wel eens mee." Vanwege zijn liefde voor Ajax heeft Sertons zich ook sterk gemaakt voor een Ajax-wijk op het terrein van de Meer. „Ik vond het belangrijk dat de band tussen de buurt en Ajax zou blijven bestaan. Eerst dachten we aan namen van spelers uit de drie grote periodes van

AJAX ARCHIEF

Ajax Life (vanaf 1994) | 1999 | | pagina 47