Vandaag geblesseerd, gisteren spelen. Bij onsTiioet dat 'pang' zo gebeuren OOK MENTALE TRAINING Bobby Haarms staat voor een felle emotionele benadering naar de speler toe. Hij laat duidelijk zijn aanwezigheid verbaal en non verbaal blijken en toont zich zeer betrokken bij de speler. Hij motiveert, remt af, controleert en corrigeert. Bobby beheerst de voetbalcultuur als geen ander en weet wat een speler wil horen en niet wil horen. De hersteltraining test niet alleen de status van de blessure, maar geeft de speler ook het gevoel (zowel fysiek als mentaal) dat hij weer controle heeft over zijn lichaam, met name tijdens vermoeidheid. Bobby betrekt de verantwoordelijkheid van de speler bij het herstel. De speler bepaalt zelf wanneer hij genoeg rust heeft gehad, in overleg met de trainer. „Dan kun je weer wat geven." Er bestaat een vast oefenschema (protocol) dat in intensiteit toeneemt. Een en ander is afhankelijk van de reactie van de blessure en het overleg met de medische staf. Bobby Haarms werkt met een ruime ervaring, intuïtie en patroonherkenning. Je moet zeer geconcentreerd met zo'n jongen beginnen. Pim van Dord overlegt met mij waar we het beste mee kunnen beginnen. Dat begint altijd met een stan daardtraining, een soort van war- ming-up met de bal om het balge voel weer terug te krijgen. We doen alles met de bal. Ben je een trainer met je armen op je rug, dan kan je er beter niet aan begin nen. Je moet een stuk van jezelf geven. Die jongen hunkert naar een baltraining, je moet hem een zetje geven. Als trainer moetje met je hart geven, je moet iets van je zelf geven. Je moet hem stimu leren, je moetje bekkie gebrui ken, aanmoedigen, je moet de ballen tellen, tot de tweehonderd gaan met het binnenkantje. Dan weet hij datje in de buurt bent bij hem, datje in hem geïnteresseerd bent. Hij staat niet alleen, we staan er met z'n tweetjes. Dat is gek op je vak zijn. Het fantastisch vinden. Dan moetje een brokje van jezelf geven en niet als een dooie gaan staan. De eerste twee dagen zijn ze behoorlijk stijf. Ze worden dan geholpen door de fy siotherapeuten om het een beetje los te maken. Maar het leuke is dat ze dat ze sterker worden, dat ze onder de douche staan en mannetjes zijn, 'hé, ik heb aan mezelf gewerkt'. 'Ik moet wel hard trainen, ik moet wel ontzet tend afzien, maar goh, ik voel me wel een kerel', weetje wel." Dus ook geestelijk maak je ze sterk en geloven ze weer in zichzelf. Die ene meter. Dat is waar het om draait, dat is de meerwaarde en de winst, die ene meter. „Het is een emotioneel gebeuren. Als je een uur en een kwartier met een speler bezig bent, zo'n één keer of twee keer per dag, dan geef je ook veel van jezelf en dan lig je ook om half elf in je bed. Dan ben je helemaal kapot. 'Eind januari, begin februari spreekt 200 weer met 210 over het vervolg van de hersteltraining.' mg» 47 AJAXLIFE

AJAX ARCHIEF

Ajax Life (vanaf 1994) | 1998 | | pagina 47