gaai al
als ik, krijg je natuurlijk de beste
plaatsen."
Jarenlang ging hij met zijn vrien
din naar Ajax; tegenwoordig
houdt meestal één van zijn negen
kinderen hem gezelschap. „Ik heb
mijn liefde voor Ajax dus ook wel
overgedragen op mijn kinderen.
Hoewel ze zelf geen seizoenkaart
hebben, vinden ze het altijd leuk
om mee te gaan. Ook mijn klein
kinderen gaan af en toe mee naar
de wedstrijd. En weetje wat het
gekke is: mensen die ik nog nooit
gezien heb, blijken mij te kennen
en zorgen er altijd voor dat ik een
zitplaats krijg."
Het maakt hem overigens hele
maal niet uit waar Ajax speelt. „Ik
kom puur voor de wedstrijd, hoe
de omgeving eruit ziet interesseert
me niet. Ik ben tegen mijn princi
pes in niet naar Limburg gegaan
voor Fortuna-Ajax, omdat ik dan
pas heel laat thuis zou zijn geko
men, maar verder ga ik nog steeds
naar alle uitwedstrijden. Ik heb
geen favoriete spelers: als ze bij
Ajax spelen, vind ik het goed. Ik
kijk niet met het oog van een ken
ner. Als Ajax verliest, ben ik wel
enigszins chagrijnig, ja. En voor
de wedstrijd ben ik altijd een beet
je zenuwachtig. Mijn mening over
voetbal is heel ouderwets: Ajax
moet winnen."
■ja*