re omgeving nodig had. Amster
dam bijvoorbeeld. Shota had zo
zijn vriend weer bij zich in de
buurt en Ajax had een speler die
wel bij de club paste. Kinkladze
heeft weinig'trek in kritiek op
Manchester City, maar het is dui
delijk dat hij veel verwacht, van
hemzelf en van Ajax. „Mijn goede
jaren moeten nu komen. Met het
Georgische elftal, waarmee ik me
hoop te kwalificeren voor het EK
in 2000, maar vooral met Ajax.
Want Ajax is een grote club, met
een mooi stadion en goede sup
porters. Ik wil zoveel mogelijk
prijzen winnen." Wat hoor ik nu:
is dribbelen ineens niet meer be
langrijk? Kinkladze lacht. „Na
tuurlijk wel, maar ik ga bewijzen
dat dribbelen en kampioenschap
pen ook op het allerhoogste ni
veau samen kunnen gaan. Ik hoef
niet per se te scoren, als ik maar
kan dribbelen en een goede voor
zet kan geven, waaruit gescoord
wordt. Voor mij geeft dribbelen en
beslissende voorzetten geven net
zoveel voldoening als zelf scoren.
Misschien nog wel meer."
T
'Ik heb veel
wedstrijden
nodig om de
Ajax-manier
onder de knie
te krijgen.