Het leven aan de verkeerde kant van de zijlijn valt niet mee. Je moet wel héél goed zitvlees hebben om het lang op de bank vol te houden. Eén van die spelers was Ruud Suuren donk, tussen 1966 en 1972 vaste bankemployé in De Meer. Trainer Michels deed niet vaak een beroep op de verdediger, pardon: reserve verdediger. En als Suurendonk no dig was, moest hij ten overmaat van ramp nog wel eens op een voor hem vreemde plaats spelen. Zoals op woensdagavond 21 januari 1970 in een ijskoud Olympisch Stadion. In de return van de derde ronde van de Jaarbeursstedenbeker (de voorlo per van de UEFA-cup) tegen SSC Napoli stond het na negentig minu ten 1-0, net als in Italië. Er moest verlengd worden. Michels haalde een aanvaller, Dick van Dijk, naar de kant en bracht een verdediger, Ruud Suurendonk, in het veld. Het was een merkwaardige, maar gouden wissel. In de verlenging passeerde Suurendonk binnen negen minuten drie keer doelman Dino Zoff: 4-0. Het was voor Suurendonk de eerste en enige keer in zijn loopbaan dat hij een hattrick scoorde. Ondanks deze gouden wissel bleef Suurendonk voornamelijk wissel speler bij Ajax. Hij verloor er in ie der geval zijn gevoel voor humor niet door. Aan de toenmalige bondscoach Georg Kessler vroeg hij: „Als u ooit een elftal van reser ves samenstelt, maak ik wel een kans, hè?" RUGNUMMER 15 Voor Arie Haan lag de situatie an derhalfjaar later anders. De ambiti euze middenvelder wilde een basis plaats bij Ajax. De dienstplichtige militair greep op 2 juni 1971 zijn kans in een cruciale wedstrijd: de Europacup-i finale te Tekst: Marcelle van Hoof Eén van de drie treffers van gouden wissel Ruud Suurendonk tegen SSC Napoli.

AJAX ARCHIEF

Ajax Life (vanaf 1994) | 1998 | | pagina 19