f COLUMN door Piet KEIZER meter van Frank de Boer die pre cies aankomt. Of een vlekkeloos uitgevoerde combinatie van langer dan twintig seconden.' Zoals in zijn column valt te lezen geniet de ex-individualist Keizer van zijn huidige soortgenoten als Arveladze, Dani en Laudrup, maar hij beseft dat een individuele op risping als tegen Bochum (binnen tien minuten van 0-2 in 4-2) ook zijn nadelen heeft. 'Dat zijn din gen waarop je kunt speculeren, maar niet bouwen. Er staan bij Ajax te veel spelers in het team met hun vinger omhoog, omdat ze de bal willen hebben. Olsen heeft blijkbaar gekozen voor een grote mate van vrijheid in het veld. Dat is mede door blessures soms niet goed gegaan. Het wegvallen van Litmanen is wat dat betreft funest. Hij is een scharnier in het hele elf tal, die alles beter laat functione ren en zelf ook nog een grote in breng heeft. In de loop der jaren heeft Litmanen zich onmisbaar weten te maken. Hij heeft een su perbelangrijke functie, die niet al tijd door iedereen wordt gewaar deerd. Litmanen is uit het niets gekomen. Ja, als veelbelovend Fins international. Hij kwam zon der enige pretentie en heeft nu een hoop respect verworven, maar is in zijn gedrag niet veranderd. Hij blijft zich wegcijferen.' Individualisten ziet Keizer dus in overvloed in de Arena, maar de traditionele linksbuiten is een uit stervend ras in het vaderlandse voetbal. Als pleitbezorger van de vleugelspitsen staat er zelfs bij Ajax ook geen speler meer met kalk aan de kicksen op links. 'Door de komst van Michael Lau drup is er iets wezenlijks veran derd. Dat is een voetballer, die niet plaatsgebonden speelt. Een keuze voor Laudrup betekent nogal wat voor de andere spelers. Dit is ook een afwijking van het dogma van Louis van Gaal, die altijd uitging van een bezetting op de flanken. Vleugelspitsen moeten hun tegen standers de baas zijn, want anders verlies je zoveel aan kracht.' Wat een half jaar was het, de eerste helft van het seizoen '97-'98. Morten Olsen en zijn nieuwelingen hadden zich ook geen mooiere start kunnen bedenken. Als we niet van PSV hadden verloren, was Ajax bijna al kampioen geweest. Fans zijn niet zo kritisch, ik als oude insider ben dat soms wel. Ik volg een wedstrijd met andere ogen. Het publiek in De Arena wil vooral zeges en verder de hoogstandjes van hun favorieten. Die worden door vrijwel alle Ajacieden regelmatig voorgeschoteld, zodat de supporters na de zoveelste overwinning de Arena met een voldaan gevoel verlaten. Ik zit vaak te kijken en vraag me dan af hoe moeilijk het soms is voor de spelers om voor en met elkaar samen te spelen. Zelfs Morten Olsen zei in november al dat je blij moet zijn als je ook slechte wedstrijden wint. De eenheid van Louis van Gaal (discipline en rendement) heeft plaats gemaakt voor de relatieve vrijheid die Morten Olsen zijn spelers toestaat. Noodgedwongen misschien, spelers als Michael Laudrup, Dani, Witschge en Arveladze zijn moeilijk aan banden te leggen. Olsen vertikt het om zijn spelers ondergeschikt te maken aan een speelwijze. Ronald de Boer, de topregisseur, past zich aan en deelt zijn inbreng JÊB. met de andere regisseurs of individualisten. De samenwerking met Dani op rechts en in het midden loopt niet goed genoeg en Witschge en Laudrup willen vooral de bal aan de voet en bewegen niet genoeg zonder bal. Het is natuurlijk onjuist om van Laudrup te eisen, na in veertien of vijftien Europese topteams te hebben gespeeld, zijn spel te wijzigen en zich in en aan te passen. Laudrup wil snelle mooie combinaties maken, waarin hij zichzelf centraal stelt. Hij kaatst, in zijn opvatting, totdat hij iemand vrijspeelt of zelf een kans krijgt. Dat is een beetje vakantievoetbal, Michael Laudrup is ook naar Amsterdam gekomen om af te bouwen. Dani heeft acties en momenten die al goud waard zijn geweest voor Ajax, zijn speelstijl eist ook heel veel van zijn medespelers. Op rechts spelend blokkeert hij Ronald de Boer of verlaat net zoals zijn Laudrup zijn posities en gaat zwerven. Shota Arveladze kan weinig schade berokkenen, zolang hij maar in de voorste linie zijn talenten laat zien. Hij mag, nee het moet af en toe mislukken, zijn acties blijven vaak onvoorspelbaar en speels. Persoonlijke successen zijn fijn voor spelers, maar ze verstoren te vaak het toch altijd al wankele evenwicht dat een ploeg soms bezit. Ik denk soms, als ik zo kijk, dat er teveel spelers met hun eigen wedstrijdje bezig zijn en zich te weinig aantrekken van de medespelers. Dat heeft de eerste helft verbloemd, en ik ben er beslist niet van overtuigd dat het ook de tweede seizoenshelft zo zal zijn. Piet Keizer

AJAX ARCHIEF

Ajax Life (vanaf 1994) | 1998 | | pagina 53