AJAXLIFE
m/rmRr m
VILLEM
:rdam
INGEKLEURD
A J AX
NABESTELLEN
Horst Blankenburgjan Mulder en Johan Cruijff, 1973
Joordens, Gert Aandewiel, San-
der Boschker en Arie Obdam
ook het koppie van Tijjani Ba-
bangida je aanstaart.
Tot 1968 warn voetbalplaatjes in
feite reclameplaatjes. Ze zaten
gratis bij sigaretten, kauwgum,
boter of koekjes. Sommige plaat
jes fungeerden als spaarzegels: men kon ze
inruilen voor één grote foto ofeen re
genjas.
In 1968 veranderde dit. Vanderhout Inter
nationale Uitgaven BV uit Utrecht kwam
met de serie 'Voetbalsterren 1968-1969',
waarvan de plaatjes los te koop waren in
jaar later was dezelfde pingelende Cruyff
op de cover te zien, die daarmee de toon
zette voor de inhoud van het album: die
kende namelijk precies dezelfde plaatjes
als zijn voorganger, met als enige verschil
dat de twee gedegradeerde teams Fortuna
SC enVolendam vervangen waren door de
gen door actiefoto's. Dit
maakte de weg vrij om twee
jaar na dato dezelfde koppen
de Ajax-doelman Sies Wever
op te voeren. Dit maakte de
fascinatie voor de plaatjes al
leen maar groter. Urenlang
staarde je naar de foto van
Ajacied Barry 'Hulshof' (in
clusief spelfout): paste dat
hoofd wel bij dat lijf of was
het er 'gewoon' opgeplakt? Soms was de
waarde van dergelijke opmerkelijke figu
ren bij het ruilen groter (één koppende
Sies Wever voor twee Theo Husers). Echt
scoren deed je natuurlijk met dubbele van
Cruijff, Keizer of Swart; voor één Cruijff
kon je gerust Leen van der Merkt, Jan Jeu-
een zakje. Voor een kwartje
kreeg je kleurportretten van
eredivisiespelers als Gert
Bals, Bennie Muller, Piet Kei
zer en Theo van Duivenbode.
De prijs van de zakjes bracht
menig kinderhart aan het
bonzen. Vrijwel ieder seizoen
werd er een grotere aanslag
gedaan op het zuurverkregen
zakgeld. In 1971 kreeg je nog
zeven plaatjes voor 25
cent, het seizoen erop
weliswaar acht maar
wel voor dertig (fl. 0,30!)
cent, terwijl we in 1973 maar liefst twee
plaatjes per zakje moesten inleveren (25
cent).Tegenwoordig dokken we 80 cent
voor zes plaatjes.
Op de voorkant van het eerste album
prijkte een solerende Johan Cruijff. Een
Martijn Reuser: dit jaar afwezig.
promovendi AZ '67 en Holland
Sport.
Deze 'frauduleuze' handelwijze
was tekenend voor de begin- en
hoogtijdagen van deVoetbalster-
renplaatjes. De foto's waren vaak
schaamteloos ingekleurd (nét
over de lijntjes) en spelersnamen
werden verkeerd gespeld (Nico
Reinders,Tommie Soendergaard)
of zaten bij het verkeerde plaatje.
De arme Jo Peters van
NEC stond vanaf 1969 drie
jaar achter elkaar met pre
cies dezelfde foto in het boek. Het enige
verschil was dat zijn shirt iedere keer an
ders was ingekleurd. Bovendien werd zijn
naam geen enkele keer correct weergege
ven. Jo was tweemaal Jan en één keer Joop
voordat hij in 1972 teleurgesteld afhaakte.
Dat jaar werden de portretfoto's vervan-
ring, Jaap Zwaan, Bertus Quaars,Thijs
Kwakkernaat en Paul Roodnat samen vra
gen. Sommige plaatjes waren aan elkaar
gewaagd: Johan Neeskens en Arie Haan
bijvoorbeeld, hoewel je gevoelsmatig blijer
was met de nog immer koppende Sies We
ver dan de gewoon trappende Wim Suur-
bier.
Het ruilen is een kunst op zich. Ik bewaar
de en bewaar mijn dubbele in een oud
zakje; anderen hebben een simpel elastiek
je. In ieder geval was het not done om de
nummers van de plaatjes die je nog moest
op een papiertje te schrijven: die behoor
je eenvoudigweg uit je hoofd te kennen.
Minstens zo belangrijk was en is het zo
lang mogelijk doorruilen. In de tijd van de
reclame-plaatjes kon je met je dubbele in
AMü