HALL OF FAME WILLY BROKAMP: ENFANT TERRIBLE EN ajahjfe Café Aux Pays Bas aan's lands mooiste plein - het Vrijthof in Maas tricht - doet in niets vermoeden aan de opvallende voetbalcarriè re van de uitbater. Kroonluchters en oude emaille reclameborden in plaats van foto's en souvenirs over gouden voetbaljaren bij MVV, Oran je en Ajax.Voor Willy Brokamp, begaafd technicus, enfant terrible en bon vivant van de Nederlandse velden, zijn de beroemde jaren als prof voetballer voorgoed opgeslagen in een gesloten boek. Maar voor de Hall of Fame in Ajax Life wil de 50-jarige Limburger het nog heel even open slaan. Hoewel hij nog maar weinig naar voetbal kijkt, voelt hij zich nog steeds supporter van die „mooie club in Amsterdam." ANTI-HELD aamst gaase ësssr |K Vraag Willy Brokamp welke seizoenen hij voor Ajax uitkwam en hij kan het niet pre cies vertellen. „Dat was 73/74 en 74/75. Het kan echter ook een jaartje later zijn geweest. Ja, nu je het zegt. Ik geloof 74/75 en 75/76. Ach, het is ook niet echt belang rijk." Hoeveel wedstrijden hij dan in Ajax I gespeeld heeft? „Geen idee. In ieder geval veel. Ik schat dat ik zo'n 80 procent van de periode dat ik er speelde in de basis stond." Kan iedere oud-prof dit soort getallen zo opnoemen,Willy Brokamp niet. Hoe vaak hij gescoord heeft voor Ajax? „Geen idee." Hoe vaak in het Oranje-shirt gespeeld. „Zes of zeven maal." Nee,Willy Brokamp is er de man niet naar om te koop te lo pen met een glanzende loopbaan in de voetballerij. Kiest hij bewust voor een rol als anti-held? „Nee, echt niet. Ik doe het heus niet be wust, het is geen pose. Maar ik heb het domweg niet bijgehouden en heb ook geen plakboek aangelegd. Daar had ik toen geen oog voor. Je bent op dat moment te jong. Later zag ik het niet meer zitten om het alsnog te gaan uitzoeken. Ik vind het niet echt belangrijk. Het was een geweldi ge tijd en ik ben blij het allemaal meege maakt te hebben, maar het is afgelopen. Klaar. Ik heb helemaal niets meer met de voetballerij. Zo eenvoudig is dat." Begin jaren zestig brak het jonge talent uit de Kerkraadse wijk Chevremont door. Op zijn vijftiende al in het eerste van de plaat selijk SV en in 1964 op 18-jarige leeftijd een profcontract bij MVV. De 'Witte' speelde in de Geusselt de sterren van de hemel. In 1973 bekroond met de Eddy P.G. Trofee voor de beste voetballer van het jaar. Geen wonder dat de talentenjagers van het grote Ajax hem nauwlettend volg den en in 1974 naar de Meer haalden. „Twee jaren met wisselende succes," zo vat hij de Ajax-jaren samen. „Dat lag voor een deel aan mezelf, maar voor een be-^ langrijk deel ook aan Ajax. Het waren ww ik noem de wisseljaren van Ajax. Pas drie Europacups gewonnen, topspelers die ver trokken, maar desondanks torenhoge ver wachtingen bij het publiek. Daarom was het voor de club een moeizame periode en ik deelde daarin." Bij zijn debuut - NAC - scoorde Brokamp. Daarna ging het evenwel minder. Brokamp, waarin velen de nieuwe Cruyff zagen, kreeg veel kritiek te verduren. Hij zou het leven in het mondaine Amsterdam 'iets' te licht nemen en te weinig voor zijn sport doen. Er deden de meest wilde verhalen over de 'Witte' de ronde. Ook over zijn recalcitrante gedrag. Het enige dat hij er nu nog over kwijt wil, is dat die verhalen vaak schromelijk overdreven zijn. „Als je in een goed draaiend elftal komt, dan gaat het allemaal anders. Heeft de club problemen, dan heb je die als speler ook." Hoewel hiï slechts twee seizoenen in het witte shirfl) met de rode band uitkwam, is Willy Bro kamp bij vele landgenoten nog steeds een bekendheid. Zijn opvallende levenswandel als professional is daar zeker debet aan. Toch kijkt hij twintig jaar later met plezier terug op de Ajax-periode. „Het waren heerlijke jaren. De ambiance en de sfeer van een topclub spraken mij enorm aan. Bovendien was Amsterdam een leuke stad om in te leven en dat vond ik erg belang rijk. Als ik in een andere minder plezierige stad het dubbele had kunnen verdienen, had ik het niet gedaan. Je moet namelijk ook een beetje plezier hebben in je leven." In 1976 keerde hij terug naar MVV, voor zijn laatste actief seizoen als voetballer. „Ik had inmiddels dit café op hetVrijthof ge kocht. Een eigen zaak was voor mij een soort oude-dagvoorziening. Nog een paar jaartjes in het buitenland voetballen zat er niet in, het was de zaak of voetballen. Een manager of zaakwaarnemer, zoals onder-

AJAX ARCHIEF

Ajax Life (vanaf 1994) | 1996 | | pagina 56