ajaxlife
HONDERDDUIZEND
EXEMPLAREN
UITFLUITEN VERBODEN
FLATGEBOUW
In het dan nog niet uitgebreide Olympisch Stadion staan in 1932 Nederland en België
tegenover elkaar. Pas in 1937 wordt de toeschouwerscapaciteit vergroot van 31.600
naar boven de 60.000.
Jeroen Kleijne
Tijs Tummers, Architectuur aan de
zijlijn. Stadions en tribunes in
Nederland (Uitgeverij D'Arts).
Paperback: f 39,50.
Gebonden: 49,50.
mee te geven. Stadion Amsterdam wordt
dus geen onpersoonlijk gebouw waar Ajax
eens in de veertien dagen langskomt."
Tijs Tummers is in Nederland eigenlijk de
eerste die zich verdiept heeft in de archi
tectuur van stadions. Buitenlandse voor
beelden heeft hij wel in zijn boekenkast.
Zijn Engelse collega en vriend Simon Inglis
schreef het zeer uitgebreide The football
grounds of England and Waleswaarvan in
Engeland meer dan honderdduizend exem
plaren over de toonbank gingen. En ruim
tweehonderd gulden kost. 1990 Stadi in
Italia (full colour!) van Silvio San Pietro en
Matteo Vercelloni. "De belangstelling voor
stadionarchitectuur is in die landen ge
woon veel groter."
De Neerlandicus bezit verder een grote
collectie historische ansichtkaarten met af
beeldingen van stadions. "Het was erg
moeilijk om informatie en illustraties voor
mijn boek te verzamelen. Ansichtkaarten
zijn vaak de enige vorm van beeldmateriaal.
Vitesse had bijvoorbeeld niet eens een foto
van Monnikenhuizen in de originele staat.
Een gunstige uitzondering is Sparta: daar
bewaren ze alles. Bij de meeste clubs weten
ze echter weinig van de eigen geschiedenis."
Het gedrag in de stadions tijdens de eerste
decennia van deze eeuw is niet te vergelij
ken met de gedragingen van de voetbal
supporter van vandaag. Een bord aan het
Tijdens de Olympische Spelen van 1928 worden Het Stadion en het Olympisch Stadion
nog naast elkaar gebruikt. Een jaar later wordt Het Stadion gesloopt.
in 1929 gesloopte Stadion in Amsterdam
liet zien wat er toen van een beschaafde
toeschouwer verwacht werd. Het uitfluiten
of honen van scheidsrechters, grensrechters
en spelers is ten strengste verboden. Zij die
zich hieraan schuldig maken zullen van het
terrein verwijderd worden.
De moderne voetbalfan mag uitfluiten wie
hij wil, maar de kwaliteit van veel stadions
is sinds 1929 eigenlijk niet echt verbeterd,
meent Tummers. "Zestig gulden betalen
voor een interlandkaartje en dan in de re
gen zitten, niet naar een behoorlijke wc
kunnen gaan. Ik heb zelf nooit moeilijk ge
daan over die ontberingen, maar als je ie
mand meeneemt die niet zo vaak naar het
stadion gaat, besef je hoe belachelijk dat
eigenlijk is."
Hij is daarom blij met de komst van mo
derne stadions als het Philips-stadion, de
gerenoveerde Kuip én Stadion Amster
dam. "Als alles rondom de wedstrijd goed
geregeld is, hangt de tevredenheid van de
toeschouwer niet meer alleen af van het
voetbal en accepteert hij een verloren of
slechte wedstrijd makkelijker."
De schrijver is erg benieuwd hoe het sta
dion in Zuid-Oost er uit gaat zien. "De te
keningen zeggen niet alles. Bepaalde de
tails zijn nog niet precies ingevuld, maar
zullen wel het uiterlijk mede bepalen. Het
is sowieso moeilijk om je er een voorstel
ling van te maken. De afmetingen van het
stadion zijn ongelooflijk: je kunt er een
flatgebouw van vijftien verdiepingen in zet
ten. Gedurende de bouw ga ik zeker af en
toe een kijkje nemen."
In de inleiding van zijn boek zegt Tummers
dat Nederland een aantal belangrijke bij
dragen heeft geleverd aan de ontwikkeling
van de stadionbouw. Stadion Amsterdam
past volgens hem zeker in die traditie.
"Het is geweldig dat het stadion als eerste
in Europa een schuifdak krijgt. Alle Euro
pese landen zullen hier met grote ogen
naar kijken."